KINDER-BLAD SCHIEDAMSCHE COURANT Met z'n vieren op een eiland. No. 31 Bijvoegsel van de Schiedamsche Courant van 6 Aug. 1927 VAN DE Naar het Engelsch van L. T. MBADE. Beknopt bewerkt door C, E. DE LUXE IlOGERWiAARD. 5) „Dat weet ik, maa» g| hebben 'den stroom 'dan. in ieder geval mee en biet tegen;. Laten wo do bootin 'do strooming zien to krijgen en daii .trachten te Landen. Ik weet wel, dat het een waagstuk is, maar we moeten het probceren. In bet allerergste geval kunnen jij' en ik ons gereed houden elk oogcnblik in het water te springen,' en ieder één. van do kleintjes op sleeptouw te nemen'. Mocht "de Zeemeeuw verongelukken, dan Zijn wij 'ten minste in do baai, waar het water minder onstui mig is dan hier". Ferdinand zweeg eenJgo oogenblikken. Joke's plan was in ieder geval do moeide waard o-m overwogen te worden. „Het is heel gewaagd"! zei hij. eindelijk, „maan niet meer dan mijn voorstel en ik zcxu Elly graag een koud! bad willen besparen. Ze heelt zoo'ri kleui- en haar oogen schitteren zoo. Ze is bepaald koortsig 1 „0, zo rial weer heelomaal opknappen, als zo maar weer eens wat gegeten en gedronken beeft", zei Joke, terwijl zij haar nichtje met een bemoedi genden glimlach aankeek. „Laten we maar eerst voor ons avondeten" gaan zorgen. Elly, maak je onzo mand alsjeblieft eens open". „Wo zullen dus maar wachten op! het .'hoogo water", zei Ferdinand. „Ik ben beniieuwd, of die lage rotsen beejemaal onder water verdwijnen zullen". Elly was sploedig afgeleid door de toebereidselen v oer den maaltijd. De kinderen zouden- dien al heel karig hebben gevonden, als zij bohagelijk in bun gezellige huiskamer gezeten haddent Maar in vergelijking mei den geringen voorraad voedsel, welken zij den gehoelen. dag haddeni gehad, was hij werkelijk overdadig. Quick kwam ook op voor zijn aandeel en nadat do arme opvarenden gegeten en gedronken hadden, voelden zij zich veel opgewekter en luidden zij weer meer hoop op -een goeden afloop van het avontuur, waarin zij zich tegen wil en dank go stort i hadden. Do minuten kropen voorhij, maar tegen luilf zeven zag, Ferdinand, dat het water bijn|a zijn hoogste punt bereikt had. Die zon stond reeds laag aan deni hemel,en daar de duisternis bijna onmiddellijk na zonsondergang zou invallen» hadden, do kinderen ruim een hnif uur tijd om te landen. Zeevogels vlogen schreeu wend rond en oenjige hunner zalm op de rotsen, waar tb kinderen met hun boot tusschenldoor moesten. Joke had gelijk, dat zij dit met hoog water boter konden doen. Do lage rotsen waren nu geheel on der, water en daar'de Zeemeeuw niet diep ging, dreigde liaar van dien kant n|iet voel gevaar. Die diepste en veiligste doorvaart voor ilo boot was tusschen twee steile rotsen, door, 'die op cotrigen afstand van elkaar uit de zee verrezen, piaaij welker toppen zich grimmig naar elkaar toe bogen, zoo dat zij 'den aanblik opleverden vart een doormidden gebroken poort. De kinderen luidden zich gebecl voorbereid op hetgeen hun mogelijk to doen stonfd. Ferdinand, en Joko hielden zich gereed om zoo noodig in het water it'e springen. Ferdiband had Elly vastgemaakt aan een sterk touw dat hij om zijn middel bevestigd had en Joke had hictzelfde mot Tony gedaan. „Gelukkig, dat ik dat dikke tousv onder het wasdoek gevonden heb", zei Tony n'iet 'zonder trots. De groolo moeilijkheid was nu do boot in de stroorning tol leiden, die tusschen bovengenoem de rotsen door in do veel kalmere haai over ging. Op Ferdinand rustte deze laak ent zij werd nog bemoeilijkt door het feit, dat hij slechts één goede roeisjiaan had, want do gerepareerde was van geenerlei nut in liet woelige water. „Ziezoo, zei Ferdinand zoo opgewekt mogelijk, „nu moeten wij liet wagen. We mogen; geen oogen- blik verliezen. Ik zal do boot naar het plant tus schen de rotsen sturen. Bern je klaar Joke? Klaar voor een onderdompeling, als het nioodig is? Mooi zoo. Vooruit dan ma ruil" „Doe je oogen dicht", fluisterde Joke. Elly in het oor. Het kind was doodsbleek en nestelde zich tegen Joke aan. Terwijl Ferdinand <]|a boot zoo goed en zoo kwaad als het ging, stuurde, schommelde het vaar tuig hevig. Plotseling werd het editor rustig. On. middellijk legde Ferdinand zijn roeispaan neer en ging hij ofp den bodem der boot liggen. „Oogen dicht. Liggen", gelastte hij den an|dorcin. Hot scheen allen, of zij door de Jucht vlogen. Het 'bulderen der golven overstemde elk ander geluid. Diit alles duurde slechts een halve minuut. jDlaar- na schommelde do boel opnieuw en maakte zij cciï wending. 'Op dit oogcnldik had Ford ia." ad ge- a

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 8