KINDER-BLAD SCHIEDAMSCHE COURANT DAPPERE DICK. Bijvoegsel van de Schiedamsche Courant van 18 Februari, VAN DE Naar hot Engelsch van M. £1. PARATS. Vrij bewerkt door C. BE LILLE IIOGERWAARD. 6) HOOFDSTUK VI. In den trein. Dc voerman had BSck gewaagd, hem even bij het uitspannen van zijn "paard te willen helpen en de jongen was dadelijk hiertoe bereid. Itij' ver- lelde nu, dat hij op weg rwas naar Ironbnrough om zijn oom te zoeken. Voerman Rrown boezemde hem vertrouwen in en vóór Diick hel zeil wist, luul liij hem zijn geschiedenis verteld. De man luid schik iri den kordaten jongen en Zei .Vannacht 'blijf je hier met mij slapen". Dick had daar wel ooren naar ,en toen hij den volgenden morgen van 'zijn nieuwen vriend af scheid wilde nomen, zei deze: „Hier lieb je een rijksdaalder. Koop daarvoor (en spoorkaartje naai' Aioaulaursf, dan kan je"zo>- ver imot den trein gaan. Als je daar uitstapt, bonje niet, ver meer van Ironborough en kuu'jeliet laatste gedceite van de reis gemakkelijk loopen". Dick was blij verrast- Onderweg had hij niet veel gelegenheid gehad wat te versionen, zoodat liet geld, dat Paddy hem meegegeven had, nagenoeg geheel verdwenen was. Bovendien begon liij erg moe te worden. Geen wonder dus, dat' de godaehla te kunnen sporen tot hij bijna zijn bestemming bereikt had, hem zeer toelachte. 1 Dankbaar aanvaardde hij dan ook hot geldstuk en een hartelijk afscheid volgde. Weldra zat hij nu in een hoekje van >n spoor coupé nipt eon vaag govoel van weelde over zich. P'at hield hij stijf tegen zich aangedrukt. Een oude boerenvrouw zat op dezelfde bank. Zij droeg een zwarte japon en Juni een paarde muts op. 'Stijf hield zij het handvat van een groote maikttasch vast, die boordevol bleek te zijn. Aan den overkant zat een vermoeid-uitziende moeder met twee kibbelende kinderen. Zij schenen van de kermis naar huis terug te. koeren. Do kinde ren waren eersit eig lastig, maar 'bij het zien van,Pat hielden 'zij op met huilen. Dick on zijn bond hiel den hen bezig, tot zij 'aan het volgende station bit- Stapten, ,,'tls altijd jammer, als kinderen zoo verwend worden", zei de boerin op vervrouwelijken toon. ,,Zc den heclen tijd te laten snoepen. In mijn jeugd gebeurde z,oo iets niet. Haar nou ,m.o>el je niet den ken, dat ik tegen een enkele lekkernij bon lk zal jou wat lekkers geven, als je mij kiezen brief voorleest", voegde zij er aan toe, terwijl zij Dick onderzoekend aankeek. „Ilij is van mijn zoon en die Jipeft mij geschreven, waar lik moet over stappen. Zelf kan ik geschreven schrift moeilijk lezen". Mek genoot van het uitzicht over de volden en probeerde de telegraafpalen to tellen, maar keerde zich dadelijk bereidwillig naar de oude vrouw om en zei: „Ik wil 'lu heel graag voorlezen, als ik kan". Het kostte den jongen heel wat moeite den slecht geschreven brief te ontcijferen, maar het mocht hem toch gelukken. Hij leerde de daarin voorko mende aanwijzingen uit het hoofd en zei, (lat hij juist moest uitstappen aan het slation, waar de vrouw moest overstappen en dat hij haar graag wilde helpen. „Alsjeblieft", ,zei de vrouw, ,,en wil je dan mijn tasch dragen? Ban neem ik mijn reisma'nd in het net en mijn paraplu pa Mijn klompen. Die heb ik maar meegenomen, want ik weet niet, boe do wegen zouden zijn en als ik natte, voeten, krijg, heb ik altijd dadelijk last van rheumatiek". Als belooning gal' feij hem een dikken, eigen gebakken kook uit haar tasch. Dick vond hot een heerlijk gevoel, dat de snelle locomotief hem zoo dicht bij zijn Instemming bracht en lüj was er den voerman wiens paard hij den vorigen dag gegrepen had, dan ook heel dankbaar Voor. Zoowel Pat als 'zijn baasje Iratklen wel altijd door willen sporen, maar zij 'hadden spoedig bet drukke station bereikt, waar zij moesten uitstappen. Hij hielp de boerenvrouw in den anderen trein overstappen en verdiende nog een dubbeltje moor een zware tasdi voor een medereiziger te dragen'. Daarna trokken de beido reizigers te ,voet verder. Ze hadden een paar uur geloopeu, toen zij aan een wegwijzer kwamen, waarop stond: Ironborough 2 K.M. Blek nam zijn pet af en gooide die in ('Ie lucht, zoo blij was hüj 'in het vooruitzicht, eindelijk het doel Van zijn reis te bereiken. Haar toen hij naderbij1 kwam, zag dit doel er niet veelbelovend uit. Een grauwe waas hing over de nauwe straten, hooge schoorsteenen zonden Juin zwarte rookwolken de lucht in en er was een gestamp en gesnor van allerlei machines, terwijl het geklop cn gc-dreun van groole, zware mokers zonder ophouden doorging. Hij kwam de stad van den minst aan trekked ijken kant binnen. Aan de eene zijde ,van den weg stond een rij armoedige huisjes en aan den and^rou

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 8