DE SIGrA-A-R.
is de Z.QOU van juffrouw Bedford. -Me dunkt",
zei Jim na eren nagedacht te hébben, „we moes
ten hem vanavond maar eens opzoeken. 1 Dj zal dan
waarschijnlijk wel thuis zijn en ons wat tonnen
vertellen", i
„Ja, dat lijkt me een good plan", stemden Bob
en Hu dolf in, terwijl de meisjes vroegen, of ze
mochten meegaan.
„Het is nogal een eind", zei Bob, „maar als
jullie graag wilt
„En ,of", riep Nora uit, die niet togen een flink
eind fietsen ojizag.
„De weg is mot al te best en bofvendion. org
heuvelachtig". Het deze woorden mengd© dokter
Barker zich in het gesprek,
„O, daar geven we niet om", riep Jenny nu uih,
„maar Ik herinner mij op eens, dat ik Jljolly For-
ster beloofd heb, vanmiddag bij haar te komen. Zij
zit tórj mij in de klas en hooft geen broertjes of
Zus] es".
„Ja, ik herinner inijj dat je 'tmij gisteren ver
telde, maar dacht er nu niet aan", zei Nora.
„T3e jongens moeten dus maar alleen gaan".
„Maar wij hebben ook met stilgezeten, terwijl
julhe uit waren", zei Jim. „Ga maar eens mee
naar de speelkamer, clan zal ik jullie wat laten
'zien". i i
De drie, die niet in hot geheim waren, volgden
Rab nu, niet weinig nieuwsgierig, wat h'et zijn
zou, dat h!ij hun had te laten" zien. Bob ging ook
mee ©n maakte den Ouden lessenaar open, waarin
ze de documenten weggeborgen hodden
„Probeer maar, wat je er van maken leunt",). zei
Jirii, terw'ijl hij het papier met de cijfers on dat
met dert sleutel voor do meisjes en Rudolf op
tafel legde. Zij togen aan den arbeid ©n hadden
weldra de boodschap ontcijferd.
„Haai' hoe ter wereld ben je er adder gekol
men?" vroeg Rudolf, nadat Mj den sleutel nauw
keurig bestudeerd had.
„Ik héb net zoolang geprobeerd, totdat het uit
kwam", antwoordde Jim, „maar voordat ik er
mee klaar was, kwam Bob en vond Wij, Wat ik nog
niet had, zoadat we ©r nu heclemaal arihter zijn".
„Jullie hebt je morgen goed besteed", zei Ru-
dolf, naidat Bob hem van Zja bezoek aan juffrouw
Bedford verteld had.
„O en er is nog iets, dat ik jou vergeten heb
to vertellen, Jim", ging Bob voort. „Hij schijnt
's avonds nog laat uit te ziijn om te waiiïdeOen,
heeft hij haar verteld, maar uit hetgeen wijt gezien
hebben, geloof ik wél, dat wij woten, wat hij met
wandelen bedoelt en waar Wijl heen gaat".
„Op het papier stond: „vanavond zelf dén tijd".
Zou hij daarmee het uur bedoelen, waarop jullie
hem zagen?"
„pat geLaof ik niet, want Mj ging toen, pas het
papier halen. Ik denk, dat het afgesproken ©ogen
blik later was. Als hetgeen Hij in zijn1 schild' vloert
iets is, dat Hét licht niet verdragen kan, Kal liet
wel tegen middernacht ziïju".
„Ja, dat denk ik odk", \zei Rudolf ©n daar de
bel ging als teeken, dat alen aan tafel moesten
komen (er werd gewoonlijk vroeg gegeten in, het
gezin van den dokter) liepen sdj haastig de trap.
pen af.
Het eerste gedeelte van. den middag werd door
gebracht met tennissen, want er hoorde een goed
tennisveld bij de Instuif. Onder liet spelen" zat
tante Liize in den koepel te handwerken ©n naar
liet spel t© kijken. i
Be tijd ging zoo gauw om, dat allen Verbaasd
waren tante Liz© plotseling te hooien roepan:
„Jenny, Kara. liet is kwart voor vier. Julii© moe
ter,, nu gaan, andere kom jo te laat".
De anderen speelden nog ©ven door, totdat de
thee gebracht werd. Daarna gingen zij ©r samen
per fiets ©p uit in de richting van Job Bedford's
woning, want zij wilden hem spreken, zoodra hij
van -zijn werk thuis kwam.
„Kom niet te laat thuis", zei tante Lizo tegen
hen, „en ga ,ond©r geen voorwendsel op het ter
rein van Bosclnvijk, wat Job je ook vertellen
mag".
„Haakt u zich maar niet ongerust over ons",
zei Bob. Hij wilde niet beloven het terrein ren
Boschwijk niet te 'betreden. Zij hadden het den
dokter niet beloofd al waren ziïj niet Van plan
er heen t© gaan, als er zidh mets gewichtigs
voordeed. ©n wilden zich door geert enkel©
belofte hinden. I i
fWordt vervolgd).
(Vervolg en slot).
Oom gmg naar binnen om in de kast 'naai
een andere pijp te kijken. En berend liep Vol ver
pachting achter hem aan.
•Maar 'oom vond geen pijp.
„Wacht", zei hij, „'kweet wat anders'",. Hij
nato een doosje van de bovenste plank, deed dat
©pen en daar lag een sigaar in.
„0, een chocolade-sigaar",» zei Berend, toen
•dom hem de sigaar overreikte.
„Ja, nu kan je roeken", zei oom met oen effen
■gezicht. I
Berend stak de punt van de sigaar in zijn mortel,
maar haalde die er direct weer uit en trok een
allemest gezicht.
„*tls zeep", zt liij en legde meteen de sigaar
idp tafel.
Oom had de grootste pret, maar Berend zei,
dat Mj het flauw vond.
Toch ruim hij de sigaar me©, toen hij naar 'huis
ging. En thuis legde hij die in oen leeg doosje,
dat hij met zijn verjaardag v.ol chocolade-sigaren
gekregen had.
Een van de volgende dag on wiMe Hij weer
graag öp Job's hollander,
„Ga eerst wat lekkers thuis halen", zei Joib als
naar gewoonte. I
„Heb ik soms nog lekkere van mijn; voijaardagV
zei Berend bij zichzelf. Toen dacht hij ©p! eens
aan de sigaar van oom Kees.
Berend ging naar binnen en. haalde het doosje,
„'klleb er net nog één", zei Berend, terwijl
hij Job het geopende doosje voorhield.
Begeerig greep Job de chocolaido-sigaar. Hij! had
juist 'ZOo'n trek in chocola. En 'twas nog wel
zoo'n dikke.
Ilij pakte de sigaar uit het doosje, brak' hem
in tweeën ©n duwde de een© helft m zijn mortd
om er meteen gulzig op te gaan kauwen.