VERSLAG VAN OEN GEMEENTERAAD.
Schiedamsche Courant.
DE VERDWENEN DELORA.
TWEEDE BLAD
Zaterdag 1 Febr. 1030. No. 10333.
Werkzaamheden in den
Volkstuin.
Bestrijding van plantenziekten.
Onder do bestrijUingsm iridel-en, welke kun
nen worden aiangowand togen tal van in
secten. en hun eieren neemt boomciaaftio-
leum een votamamo plaats in. Het is een
goed middel tegen, Dloodluis en hare eie
ren, welke lnizenSiOOift veel voorkomt op
appel boomen en mede dikwijls oorzaak is
van het ontstaan van kanker. Oo'c tegen
Bladluis, Dopiluis, Wintervtodetf en Manilla,
welke o.a. op pruimen, kofcen en appels
voorkomen, is het een uitstekend besliüji
dingsmiddel. Bessen bespuiten we tegen:
Bcssonspruihneter, bladluis en kruisbessen-
mijt (Bryoibia ïibis). Verder is het oen goed
middel tegen de wieren en kooi denossen op
de stammen en dikke takken onzer vrucht-
hoomen, zoodat deze glal worden, en ver
kieslijke schuilplaatsen voor taf- 'Van onge
rechtigheden verdwijnen. Nu mag oen bo
spuiting met boomcafboleum, alleen warden
toegepast wannepr do boomen in rust ztijn,
dus gedurende den winter, en daar de
meeste insecten en hun eieren hot ge
voeligst zijn in don naiwinter of het vx'ooge
voorjaar spuiten we dan.
We moeten echter zorgen, dat het tijdig
gebeurt daar juist de uitbottende knoppen
en het jonge groen licht beschadigd wor
den door de cnfboleum, Het is dan ook,
vooral na dezen zachten winter, nu lij 1
om dit bestrijdingsmiddel loo te passen.
We gebruiken Uitsluitend boiomcarboleum
voor dit dool, daar deze door toevoeging
van groorm zeep oplosbaar gemaakt i> en
«Je schadelijke besta udkteelcm er uit verwij
derd zijin, Met oon ?Vr pCt. oplossing doo
dden we bovengenoemde insecten en hun
eieren, alleen voor blooJIuis gebruiken we
oen 10 pCt. oplossing. Een sterkere op-
lassing heelt viij zeker beschadiging ten
gevolge daaiom zij mon voorzichtig. Voor
bespuiting gebruiken we een pulverisaiteui
met straalveistuivcr; voor 'n enkelen boom
zou men ook een kas- of bloemenspuil kun
nen gebruiken, liet L vol tornde, wanneer
we de stam en takken overal even raken,
de vloeistof mag niet langs de boomen
afdruipen. We spuiten bijl windstil weer,
wanneer de boomen droog zijn. Met dit
middel bestrijden we niet de op vracht-
booinen en tal van andere houtpoorten
voorkomende ba'-.taaril-sialiju'vlinder. De jon
ge rupsjes dezer zeer schal lelijloa vlinder
soort vindt men nu in spinselnesten een
de takken, deze nesten zijli op do kale lak
ken goad zichtbaar. Men knip'pe doze neuten
zorgvuldig weg en verbrande zo; een an
dere wijze van vernietigen is niet vol
doende. G.
gj—
Vergadering van Dinsdag 10 December 1929
's avonds 8 uur.
6e Begrootingszitting.
IV.
Voorzitter: de burgemeester, de lieer
H. Stulomeljer.
Algemeene Beschouwingen.
(Vervolg).
De Voorzitter' vindt het aangenaam
te vernemen, dat zijn nadiere verklaring, in
eersten termijn gegeven, omtrent eraitueele
noodzakelijkheid van annexatie in passie-
ven zin, de angesruston hoeft gafus'gesteld.
In Piet College van B. en W. zal spr.
do vraag aan de oude stellen, óf, en zoo ja,
np welke wijze de correspondentie tussdhun
liet Dagelijksoh Bestuur en, do Commissie
voor de Ilaivenbelangeii ter kennis van don
raad zal worden gebracht.
De Zondagswet.
Inzake do toepassing Van de Zondagswet
stelt spr. zich voor door eigen waarneming
zich te overtujgen of strengere handhaving
dan tot lieden noodzakelijk is.
Siptr. meent het juiste standpunt in te ne
men, wanneer hij ais grondslag van han
delen uitgaat in dezen, van do stelling,
dat de vrijheid van het oemo doel dar bur
gerij niet mag leiden tot hinder en last
van liet andere deel. Dit zoowel m geeste-
lijken als in stoffelijken zin. Politieke winst
e! verlies-mogelijlklioden kunnen voor spr.
natuurlijk geen gewicht in de siclhaal leggen.
Do heer Collé lioeft zich geërgerd aan
een opschrift in oen plaatselijk Mal, dat,
doelend op de behandeling van de begroo
ting d,e tekende woorden uit de operat De
Paljas gebruikte: „Het spel kan, beginnen".
Een dergelijke aanhaling behoeft beusdi
niet kwaad iof belocdigend bedoeld te zijn
Of de ergernis van den ilieor Collé moer
uitging naar hot geschrevene dan wel nu ar
den sclmfver, of naar beiden, word spr
niet duidelijk. Wel bleek Spr., da,t de hoer
Cello een der leden van den raad voor
den solirijver ajan'dipJ oa liom een verwijt
wilde maken icver het geschrevene. Maar
ook met die hem niet kenmerkt en spir
rekent er op, dat de hoer Collé aan dit
vriendelijk gedane 'verzoek zal wil'en vol
doen met jai do welwillendheid, die hem
kenmerkt en ook met die, welke hom nog
niet kenmerkt. 1
Dpi de wethouders zouden gelachen heb
ben, terwijl spr. voor den raad zijn rechten
cn verplichtingen schetste, is wei mogelijk,
maai' vooialsnog kim spr. niet aannemen,
dat zij daarom gelachen, hebben, daa.r
spr. hen daarvoor te ontwikkeld en te wel
opgevoed acht.
Do heer Collé: "Meent u dat?
De Voorzitter: Ook geloof ik, dat zij
daarvoor te veel eerbied bobben voor dien
raad, waarvan zij zelve deel uitmaken.
Een goede dosis gepast zelfrespect kent
spr. derr wethouders ook toe.
Spr. heeft gezegd, dat de geheele op
brengst van de plaatselijlke inkomstenbelas
ting of zoo goed als die golrealo opbrengst
aan steun is besteed en de boor Collé heefi
het willen doen voorkomen, alsop spr. toon
oen onwaarheid heeft gezegd
Op 16 Maart lieeft do heer De Bruin spr
op vriendelijke wijze geïnstalleerd en spr.
beroept zich op de bi) die gedegenheid ge
sproken woorden.
Do heer Collé: Daarmee moet u toch
erg voorzichtig Zijn!
De Voorzitter: Be heb geen reden
om aan de juistheid van do 'cijfers, dio de
heer De Bruin noemt, te twijfelen.
De heer De Bruin zeido bij die gelegen
heid: „Schiedam heeft heel moeilijke tij-
don beleefd. Het is nog niet zoo heel laing
geleden, dat Schiedam zoo goteistaixl werd
door de na-oosrlogscho ellende, dat, hoewel
er heclemaal -8 ton kon worden begroot
voor hoofdolijken omslag, ook 8 ton moest
woiden begroot voor uitkeering aan oudor-
stand-behoeiftigen". Met deze aangehaalde
woorden meent spr. z'ijn uitspraak te bob
ben gerechtvaardigd!
De hear Fetter: Cijfers lozen is nog
geen cijfers begrijpen!
De Voorzitter. Zeer juist opgemerkt'
Spr. erkent, dat na liet ingesteld onder-
liet gaat niet aan in don raad remand zoek en na d[o gebonden besprekingen, na-
ter verantwoording te roepen voor niet oa-
derteekenda artikelen, in een of andere
krant, 1
_Spr. doet den lieer Collé daarom het
vriendelijk verzoek dit in het vervolg ach
terwege to laten. Spa', doet dit verzoek met
do vriendelijkheid; die hem kenmerkt en
Door E. PHILIPS 0PPENHEIM.
Geautoriseerde vertaling van
Mr. G. KELLER.
5)
Br volgde zijn raad cn inderdaad kreeg
>k, na do bezoekers wat nauwkeuriger te
hebben opgenomen, don indruk, dat we
hier niet in gezelschap waren van rnen-
schcn, die hun. loven mot niots-doen ver
lummelden, maar dat zij, ondanks do schijn
bare zorgeloosheid en vroolykheid, wa.au-
meo zij van liet oogenblik genoten, allen
eon levenstaak hadden, of gehad haddon,
dan jyol nog moesten aanvaarden. Vooral
eon dame, die aan eeti tafeltje tegenover
mij was gozoten, met blond haar en een
marmerbleek gelaat, trok daarbij mijn aan
dacht. Ik vond liet een bijzonder opval
lende persoonlijkheid. Haar blauwe oogen
lagen diep in hun kassen en zij scheen
gocn poging gedaan te hebben om do don
kere kringen er onder weg te schminken,
zoodat ze nog sprekender waren. Een prach
tige collier van turkooizen sierde haar
Moeten hals, oon womdcrlyko ster van edel
gesteenten was in hour haar gestoken. Ilaar
kleedij was van do niouwsto modo. Haar
stem had iets kwijnends, maar zij was er
niet mindor bekoorlijk oim. Naast haar zat
een grooto kerel niet pikzwarte snor, bleek
nn. met kleino wallen onder de oogen.
Zijn kleedij was wat al to modieus en
do kloinoodiün, welke hij droeg, waren
tvat te opvallend.
„Zog eens,"- vroog ik, „wie is die heer?"1
Louis hoog zich naar mij too cn zoo
zacht mogelijk fluisterde, hij mij toe:
mens liet Dagehjksch Bestuur het College
vain B. en W. eerlang den raad' in da ge
gelegenheid zal moeien stelen zich uit te
spreken voor of togen gemeentelijke railio-
distributie. 1
Votorloopig blijft spr. nog van meening,
dut B. on W. het adres is voor raadsle
den, waar zij mot hun. verzoeken om in
lichtingen moeten Zijn,
Indien de raad in meeatdorheid wenscht,
dat bij het onderzoek der bogroating in de
aiEücelingen ambtenaren aanwezig zijln voor
liet maken van het afdoalingsverslag, zal
hij daarvan op de gebruikelijke wijze, d.i.
door aanneming van een motie meel en di ren
blijken en dam kam. het Reglement van
Orde op duit punt herzien worden.
Den heer DinkeLaar wijst sptr. er op, dat
hij (spr.) niet de bedoeling gedund heeft den
raad les te geven in gemeenterecht. Op da'
gebied behoeft s'pir., naar hij meent, geen
klassikaal, noch privaat-ondervvljls te geven,
't W'ais alleen de bedoeling de aandacht van
de 1-cden van den raad opnieuw op deze
materie te vestigen, omdat spr. den indruk
luikl, dat in do hitte van hot diebat en
door do geestdrift voor de zaak welke zij
verdedigden, sommige leden de plichten en
de rechten van dm ïaarl verwarden met die
van do lellen van den raad.
Bet toegezegde uitbreidingsplan zal don
raad ten spoedigste bereiken. Het College
van B. en W. hoeft het toegezegd oa hot
College is het aan, zlijh eer verplicht zijn
woord te houden.
liet St. Jacobs-Gastliuls.
Spr. is den lieer Duikelaar mot erkentelijk
voor de uitzondering, welke hij wil mai-
ken voior den tegen wooodigon voorzitter
van het College va Regenten van het Sl.
Jacobs Gasthuis. Spr, aanvaardt die uitzon
deringspositie niet, wijst die af en verklaart
zich geheel solidair met hot tegeriwooidl.ge
Cellege van Regenten.
Spr. wil er den luier Duikelaar nog op
wijzen, dat hij natuurlijk onbedoeld' --
door hot indienen van Zijn motie, afkeu
ring uitspreekt over het beleid van wijlen
burgemeester Gijteen. in diens kwaliteit van
voorzilter van het College van. Regentan.
De kwestie van het St. Jacobs Gasthuis
is niet een aangelegenheid die hot College
van Regenten alleen aangaat, maar daarbij
Zijn zoowel (liet Faibrifonds als het Col
lege van B. en W'. betrokken.
Het College van B. en W. staat in zijln
grootst mogelijke mee-rderheid afwijzend ie
genover het voorstel van den heer Dui
kelaar, om Zijn motie in handen bo stellen
van B. en W„ om prao-advies.
Geen bezwaar bestaat er echter a Ivies
uit te brengen over de instellmg van een
sport-commissie.
Uitbreidingsplan
Bij deze algemeene beschouwingen is het
verlangen kenbaar gemaakt om in so innige
deelen van de stad tot stailsvarbetering te
komen. Naar spr.'s meening is bot dringend
gobolcn deze aangelegenheid bread te be
zien en meet men zich hoe Ion voor parti
eele verbeteringen te willen aanbrengen.
Wat niet wil zoggen, dat men de verbeterin
gen niet partieel zou mogen uitvoeren. Maar
dan behaoren die partioele verbeteringen
deel uit te maken van één broed opgeze!
plan van stadsverbetering.
Binnen afzien baren tijd zal de Commissie
voor liet Gem. Ziekenhuis zich kunnen bo
zig houden mot do regeling van de rechts-
politie van hot ziekenhuispersoneel De
vraag zal echter onder dia oogen moeten
wonden gezien, of déze regeling van de
rechtspositie voor een deel van hot perso
neel niet verband zal moeten houden me'
«Ie algemeene regeling van de rrehLpositie
der ambtenaren, welke nood zak e'iji'c wordt
na aanneming van do Ambtenarenwet
Politie.
Voor wat de vraag betreft omtrent uit
breidingvan de politie, verwdj t spr. naar de
in de M. v. A. gegeven inlichting. AL na
maanden, in welk lijldbbostek 'spr. moes
kennis nemen van verschillende aangelo
genheden, hiji reeds een oordeel zou uil
spreken over do noodzakelijkheid van uit
breiding der politie, zou bijl de kans loo-
pen een weinig gefundeerd ooftleri ton
boMo te geven. Beter kan met dat oioPdvl
gewacht worden, tot spr. door eigen waar
neming dit heeft gevormd
liet abattoir.
De heer v. d. Kraan heeft gesproken
over -de plaats van het abattoir. Toegege
ven moet worden, dat, nu samenwerking
met Vlaardingen niet meer verwacht kan
worden, ernstig zal moeten wo.don ovcr-
„Het is een der gewichtigste persona
ges van hol gansche gezelschap. Alen noemt
hem wel den ongekroonden koning. Van
oorsprong was hij zadelmaker. Kijk hem
maar eens goed aan, nu hij niet op ons
let."
„Hoe heeft hij zijn geld verdiend?"
Louis glimlachte, even zijn lippen ver
trokken.
„Het is niet verstandig dergelijke vragen
lo doen omtrent iemand, dien men hier
ontmoet. Henri Bartot was destijds een
der losbandigsto jongelieden van Parijs. Hij
heeft do eerste organisatie van dieven in
het leven gorocpon, waaruit zich later de
tegenwoordige bende vim apajehen heeft
ontwikkeld."
„En nu?"
„Nu is hij er de ongenoemdo leider
van," fluisterde Louis. „Wio hein heden
avond beleedigt, mag zich gelukkig noe
men, als hij morgenochtend nog tot do
levenden behoort."
Nieuwsgierig keek ik naar don man tegen
over mij. Er was niets bijzonders aan hom
to zien, behalve misschien, dat zijn dikke,
opeengedruktc lippen en zijn forsche onder
kaak spraken van brute kracht. De vrouw
naast hom scheen mij onbegrijpelijk toe.
Ik morlcto nu' op, dat haar oogen blauw
waren als haar turkooizon en dat haar tint
iets wasachtigs had. Zij lichtte een ba
rer armen in do hoogte en ik zag, dat
zij ook getooid waren mot armbanden van
lichte, blauwe stoenen.
Louis zag, waarheen ik koek on tikte
mij aan, zoggetul
„Kijk niet zoo naar haar, zij hoort aan
Harlot, on liet is niet geradon, mot haar
to flirten, zelfs uit do verte."
Ik lachte oven en nam oen slokje uit
mijn glas.
„Hoor eens, Loiuis," merkte ik op, „het
wordt tijd, dat je naar Londen terugkeert.
Do omgeving werkt te sterk op je ver
beelding."
„Het is volkomen waar wat ik zog.
mijnheer," antwoordde hij norsch. „Ook zij
is niet to vertrouwen. Zij vindt hot aar
dig do mannen hot hoofd op hol te bren
gen. liet verdriet, dat zijl daardoor onder
vinden, is voor haar oen aangename prik
keling van haar ijdelheid. Er was eens een
jong Engelsclunan, hij deed haar een hriefj-
toekomen niet hier, maar in hot Café
do Paris op een morgen teg-en lunch
tijd. Hij was van plan den volgenden mor
gen uit Parijs to vertrekken. Ilij vertrok
niet en men heeft nooit meer iets van
hem gehoord."
Er viel niot aan te twijfelen of Louis
was zelf overtuigd van de waarheid van
wat luj mij vertelde. Met eenigen tegen
zin keek ik intusschen den anderen kant
uit. Alsof zij Louis' waarschuwing had
gehooid vertrok zij haar lippen tot een
minachtend laohjo. Zij boog zich voorover
en tikte Bartot op den schouder, terwijl
zij hom iets in hot oor fluisterde. Toen
ik kort daarna in hun richting kook, za
ik, dat zijn oogen met eon kwaadauüigen
blik op do mijne waren gericht.
„Mijnheer mag niet uit het oog verlie
zen", fluisterde loon is mij too, „dat
do verantwoordelijkheid draag voor zijn
bezoek aan deze inrichting."
„Neon, daar donk ik wol aan", verklaar
de ik op geruststellenden toon. „Ik koos
ter niet het minsto verlangen om het met
een der bezoekers aan den stok to k'rij
gen. Ik zal niet meer naar ze kijken. Zij
wist intusschen wel wat zij deed, Louis
toen zjj zich tooido mot stoonon, die oven-
blauw zijn als haar oogon, niot waar."
„Ja, mooi is zij", gaf Louis toa, „en zij
wogen of 't gemeentelijk slachthuis; voor
Schiedam alleen, ,op do vastgestelde pl'aats
kan af moet worden gebouwd. In welk ge
deelte ook dor gemeente hot slachthuis zal
errijzen, steeds zullen da.ar tegen bezwa
ren kunnen warden aangevoeld.
Het College van B. on W. heeft reels
uitvoerige besprekingen gehad met den
lieer Aikema over oen viertal andore plaat
sen, waar vestiging van. het gemeentelijk
slachthuis mogelijk is. Den heer Aikema is
daarna verzocht in een overzichtelijk rap
pcufc de voor- cn nadoelen aan te geven,
Welke verbonden ztijln, zoo-wel ann de plaat
sing van. het slachthuis aan de te graven
haven in het Wejfcen, als aan do 4 andere
plaatsen. i
Onder die naideolen is niet genoemd
tankversproiding, daar eon modern inge
richt slachthuis, zonder neve.nbediijvcn, ge
acht wondt geen stank te verspreiden
Ook is don heer Aikema oplracht gegeven
liet plan 4o herzien, uitgaande van de
stelling, dat het slachthuis oi'loea voor
Schiedam zal dienen.
B. en W. hopen zoo spoedig mogelijk
een definitief plan aari den raat ter aan
neming to kunnen aanbieden, Waarhij ook
zal weiden meegodecld, welke stichtings
plaatsen mede zijn overwogen, met ver
melding van de v.oar- en nadoelen daaraan
verbonden.
Spr. stelt zich voor don raatl te leid"»
aan do hand van do Gemeentewet ei lie,
Reglement van Orde. Dan alleen ij oen
behoorlijke behandeling gewaatboigd van
do zaken, die hier aan do orde komen
Spr. doet een warm beroep op da loien
van don raad om hun onmi baren s'eun t
verlconen en zoodoende woikzaam ta zij
ten bale van hot geestelijk en tijdelijk wel
zijn van onze goede stad Schiedam en
haar stei'k stijgend inwonertal.
Omtrent deze stijging hoeft tepr enkele
merkwaardige cijfers aan don raad ovoi-
gelegd. Spr. Waarschuwt tegen hot trekken
van eau voorbarige conclusie. Slechts deze
algemeene aoudurie wil spr. trekken: Een
gemeentebestuur van oon zoo snel groeien
do staid moet optreden met voorzichtigheid
en tarzelfdertiijü mot weloverwogen door
tastendheid.
Sipr. sluit do algemeene beschouwingen.
De behandeling der hoofdstukken
Hoofdstuk I. Vroegere diensten, woidi
goedgekeurd. i
Inlichtingen aan raadsleden.
Hoofdstuk II. Algemeen Beheer.
De Voorzitter stelt aan de orde oen
motie, ingediend doer don heer Collé, lui
dende als vdgt:
De raad dor gemeente Schiedam, kon
nis genomen hebbende van liet standpunt
ingenomen door B. en W., dat door amb
tenaren geen rechtstreeksdlie inlichtingen
mogen worden verstrekt aan de leien van
den Baad;
van meening, dat liet daardoor dan i aaits-
leden practisdh onmogelijk wordt gemaakt
hjidig die inlichtingen te verkrijgen, die zij
noiodig hebben ter beoordeeling van die
vraagstukken waailover liet oordeel van den
raad wondt gevraagd;
ncoJigf B. en W'. uit bedoelde ambtena
ren ofp te dragen, desgevraagd den raals
leden zooveel mogelijk die gevraagde in
lichtingen te vemciharfen.
De Voorzitter constateert, dat deze
motie voldoende wordt ondersteund.
De heer Collé zegt, dait bij "de Alge
meene Beschouwingen wel duideljk is ge
bleken de behoefte aan meer inlichtingen
De antwoorden van B. en W. Zijli niet zel
den ontwijkend en als de vragen niot naar
den zin van het College zijl, woidt daar
over collectief het stilzwijgen bewaard
Meermalen is bier gezegd, dat de raad
niet alleen oritiek moet leveren, maar ooi
db lijnen moet aangeven van het stadsbe
stuur. i
De motie zelf lijkt spr. zeer duid dijk. De
voorzitter beeft zooevpu reeds ziji mee
ning kenbaar gemaakt. Ilij zeido. dat d
loden van den raai, die oen inlichting won
schcn, zich kunnen wenden tot B. o:i W
Daaruit valt waarschijnlijk te dordu loeren
dat dit hot standpunt van B on W'. is Den
ambtenaren is het verboden zelfs die meest
eenvoudige inlichting aam raadsleden te'ver
heeft tal van bewonderaars. Maar wat hoeft
men, goed beschouwd, daaraan? Veel ge
noegen belooft men iniet van de dingen,
die men niet mag aanraken."
Gedurende oeriige minuien, bleven wij
zwijgend zitten kijken. Plotseling kneep i
Louis in den arm. Was ik al dien tijd
blind geweest, dat ik zo niot had opge
merkt? Zij ging nu zitten aau een tafeltje,
dat haastig voor haar in orde was ge
maakt en ik kon daaruit opmaken, dat zij
juist waren gekomen.
„Zeg eens, Louis", vroeg ik opgewon
den, „weet jij ook wie die twee menschen
zijn daar aan het tafeltje links; zij schij
non zoooven te zijln binnengekomen. Ja,
die heer daar met een jonge dame".
Louis koek in de door mij nangogoven
richting en ik zag, hoe hij zijn lippen sa
mendrukte, zag hoe do onverschillige trek
op zijn gelaat plaats maakte voor een
ernstige uitdrukking.- Om oon of andere
reden scheen mijin belangstelling voor dat
tweetal voor hem van eenige beteekenis
lo zijn.
„Waarom vraagt mijnheer drt?" zoiile
hij.
,,'0oh, uit pure nieuwsgierigheid',', ver
zekerde ik hem. „Ik weet niets van ze af
behalve dat zij van goeden stand zJju en
natuurlijk ben ik ook oen bewonderaar
van do schoonheid van de jumgo dame".
„lieeft u ze al meer gezien?"- vroeg
Louis zacht.
„Ik hel» je al medegedeeld,Ikmis, Jat
ik te Parijs zoekende ben naar iemand. In
oon tijdsverloop van tiön dagen heb ik
alle plaatsen van uitspanning bezocht, de
races, het Ho is de Boulogne, Armenonville,
strekken. Spï. kam zich best begrijpen, dat
het huidige College dit standpunt inneemt.
U, mijnheer de Voorzitter, zult zeer voor
zichtig willen zijn met die 'raad leden, ge
zien do minder prettige ervaringen, die^ u
lo Bergen op Zoom hebt opgedaan.
De Voorzitter: Zeer juist!
De lieer Collé: U zult in den korten
tijtl, dat u hier is, de ervaring hebben
opgedaan, dat do raad zich gemakkelijk!
'aiat leiden en dat 13,. en W. het wel klaar
pelen. U hebt een beroep gedaan op den
raad om zijln medewerking te verleenen,
maar de raadsleden hebben er toch ook
•echt cup lijldig gegevens te ontvangen, op
dat zij zich een oordeel lcunn.au vormen.
'lis nog niet zoo lang geleden, dat hier
een klacht is gehooid over da late indie
ning van voioratellen. Eén of 2 dagen voor
lo raadszitting woelden soms nog voor-
lellen aan de agenda loiegevoegl eai zou
men, daaromtrent een inlieh i'ig wen. dban,
dan zal diat toch niot kunnen over de
chijf van B. en W.
Spr. zelf heeft minder prettige ervaringen
opgedaan met een hoofd van diem-M, dien
lm) om inlichtingen vroeg. Deze antwoordde
ui.„Ik voel er niets voor je het ge
vraagde te verstrekken, want liet is er je
toch maar om to doen den wethouder oen
hak to zetten!" Do hoer De Bruin hioaüt
hier beweerd, dat er niets van aan is, dat
.lie ambtenaar zoo iets zou hebben gezegd
De lieer De Bruin: Ik heb gezogft: Dat
behoort tot die betwiste vor leringen1
De beer Collé: 'tGebeurt meer in het
leven, dat iSmand, die wat heeft uitge-
pookt, waarbij' niemand aanwezig was, vol
houdt onschuldig te ziijn aan liet hem ten-
laiste gelegde.
Spr. weet in dit geval toch wel, wien
hij' het best kan gelooven: zichzelf of een
ander! Ook dit is tenslotte oen kwestie v n
vertrouwen. Ieder zoekt de momchon, die
hij meent te kunnen vertrouwen en de
ervaring doet in dit geval ook wat!
Als de raad door te stemmen over een
eerstol beslissen moet, hebben de raads
leden er recht ap volkomen te worden in
gelicht.
Wal is er tegen om de motie aan te
nemen?
Nai de mooie redevoering van don voor
zitter over de taak van den raad kan spr.
zich zelfs voorstallen, dat de voorzitter
straks een warm pleidooi zal houden om
de motie aan te nemen, want Zijl ligt ge
heel in zijn lij'nl 't Geldt hier oen ptriticipi-
oelo kwestie en 'ti s goed, dat de raad zich
daarover maar eens uitspreekt. Langzamer
hand komen die raai Lieden een bootje to
veel onder do voogdij van B. en W. Dow
de onlangs aangenomen Wijziging is hier
hot vraigenrecht geregeld als in zoo goedi
als g een enkele andere gemeente. Do raads
leden hebben met het schriftelijk ant
woord olp hun vuaigon zonder moer maar
genoegen te nemen. B. en W. van Amster
dam namen een paar weken geleden, een
zelfde standpunt in, maar wijselijk heb
ben ze maar heel spoedig die bepalingen
omtrent ihot niet geven van inlichtingen
door ambtenaren ingetrokken. Als die raads
leden hier over ook maar eenig zei he pret
beschikken waarover u, mijnheer de
voorzitter, zoo mooi gesproken hebt
dan zuilen ze de ingediende motie moetan
aannemen. 1 1
De Voorzitter zal ae lioogge pan
nen verwachting van den hoor Collé moeten
beschamen, want hij! moet den raad ten
sterkste ontraden do motie-Colló aan tc
nemen. De behartiging van de bela igen van
de gemeente is aan den raad toevertrouwd
Die belangen züjln veto cn 'velerOoize zijln
van stoffelijken en van acdelijken aard.
S,pi'. zal zich beperken tot de stoffdrjike
en dan bcgrij'pt men dadelijk, hoe gevaathjfc
het zijn kaïn, als ambtenaren o-igccon ro-
leerd door B. en W. inlichtingen ver
strekken al an de leden van den raad indi
vidueel. Er zijin soms aangelegenheden ta
bespreken, die zoo belangrijk zijn, dat de
Gemeentewet toelaat deze in gelieimo ver
gadering te behandalen. De raad moot dan
zelf bedissen of over liet gesprokene ge
heimhouding moet worden opgelegd Niet
alleen de aangelegenheden in die vergade
ringen besproken, maar ook die welke in
openbare verga lering beliandeld worden,
den Pré Catalan, de Rue de la Pak, de
schouwburgen enz. Ik ben ze haast eiken
dag tegen gekomen. Van avond kwamen zo
uit den Grand Opera".
„En u weet mets anders van ze?"
„Geen zier moor," verzekerde ik. „Lk
ben geen houlevardier, Louis," vervolge jk
bedachtzaam, en zoaals je weet, is het in
Engeland geen gewoonte o.n zoo do vrou
wen aan te kijken, gelijk, hier in Paijs
blijkbaar straffeloos kan geschieden. Maar
ik wil je wel bekennen, dat ik van dit
meisje mijn oogen niet heb kunnen af
wenden."
„Wndt u haar zoo aantrekkelijk?"
„Ik vind haar allerbekoorlijkst," vlera
klaardo ik. „Alleen lijkt zij mij ter nauw er-
nood oud genoog om een café als dit te
bezoeken."
„Do heer," zeido Louis, „is een Brazi
liaan. Hij heet Deiora."
„Woont hij te Parijs?"
„Wel neen. Hij is oen schatrijke koffie
planter en bezit uitgestrekte plantages in
zijn geboorteland. Elk jaar komt luj hier
om zijn oogst op de Londenscho markt
to vorkoopen. Ik vermoed, dat hij nn op
wog daarheen is."
„En het meisje?"
„Dat is een nichtje van hom. Zij is
opgevoed in een klooster ergens in het
Zuiden van Frankrijk, geloof ik. Ik meen
gehoord to hebben, dat zij ditmaal met
haar oom naar Brazilië teruggaat."
„Zou jo denken, dat zij met bom mee
zou gaan nacu- Londen?" vtok^ ik.
„Vermoedelijk wol en als mijnheer mijn
klant blijft, zal hij ze zeker meer dan
eens zien. want de heer Dolora behoort
tot do vaste bezoekers van het rosUnurant
waaraan ik verbonden ben."
Wordt vervolgd).
PER