Raadselhoekje.
Zoo'n domme Haas.
y,on'u (linke jongen, als. jlij dient, iemand tol aller
lei vei koerde dingen ka!n aanzetten?"
„Ik ik won, dat u ïriij een pak slaag gal",
baistlc Jaap plotseling los.
,,Ik geloof dat ik daartoe vanavond de kraclit
niet zon liehben", antwoordde mevrouw Swators
met oen fl an wen glimlacb. „Koirn maar eens terug,
als ik weer Wat sterker ben".
Plotseling trok er een, vnurroode 'kleur over het
gezicliL van den jongen. Wat oen lafaard was hij
gewoed, liaar zoo'n verdriet te doen, terwijl zij
nog zoo zwak was.
,,Ilcl liet spijt mij' vreeselij'k", stamelde hij
heroinvvol. „lief is soms, af ik alan niets of nie
mand denken kan. Han.ia zag zoo tegen haar
piano-les op, en het kwam Iheelemaal niet in mij
op, dat ze in moeilijkheden zou komen door een,-»
één keer te verzuimen,".
„.Te vergat, dat het heel laf was, gebruik te
maken van mijn afwezigheid door haar over te
halen iets te doen, waarvan zijl stellig wist, dal
ik hel zou afkeuren. Je hebt me erg teleurgesteld.
Jaap1. Ik hjui dit nieL van je gedacht. Ik kan je
niet verantwoordelijk stelten voor Ilauna'S gedrag,
omdat zij oud en verstandig genoog is on zelf
te weten, wat zij doen moet, maar nu hot gebleken
is, dat jij een slechten invloed op tiaar uitoefent,
mogen jullie niet met elkaar omgaan, voor z'ijl ge
loond heeft de verleiding te kunnen wocrdaian"
Op dit oogenblik klonk do stap van den predi
kant in de gang en verliet Jaap 11a eenigo
haastig gestamelde verontschuldigingen de ka
mer door het openstaande raam.
Den volgenden morgen schroef I farina een
briefje aan meneer Bolman om hem haar spijl
Ie betuigen en bracht zij 'hot aan haar vader.
„Zoo i-, het goed", zei deze. „En denk er aan,
1 Jan na, voorloopig gec wandelingen meer met
Jaap, tenZi) je toestemming hiervoor hebt. En
geen ondeugende stroken meer met hein uitvoe
ren, of je gaat binnen can week naar kostschool"
(Wordt vervolgd).
Oplossingen der Raadsels uit 't
vorige nummer,
VOOR GROOTEREN.
1. Slurf, turf, Turk.
2 Wat ion malLE, Ondeugende meid ben 'je
1ocli. (Leo)
Ik zag, dat hoi sliB ER Tegen aan gegooid
Was, maar MET Al die gekheic kreeg
ik bel er niet gemakkelijk af.
(Bert en Melai)
Wee toch voorzichtig met dat vuurscIIEHM,
ANdero schermen heb ik niet!
1 (lierman).
Wal ben j| laaT. HE, Oom, ik haastte mij'
nog zoo. (Theo)
Ik hoop, dat het vliegtuig s'poedig MAG
DALEN, Anders vrees ik oen ongeluk.
1 (Magdalena) -
3. (Jaia) r, ei, ger (rit); reiger.
4 AALSMEER.
I p a A i' d
kraai
Delft
Assen
1 zomer
vlerk
leeuw
April
VOOR KLEINEREN.
1. Onze KAT zat op een TAK.
2. Nooit.
3 Een muisje.
4. Een nippel (ceist de bloesem).
Om op te lossen.
VOOR GROOTEREN.
1. Mijn geheel wordt met 10 letter., geschreven
en noemt een stad in ons land.
1, 3 10, 0, is oen meisjesnaam.
Een 6, 7, is een voertuig, dat som-, 's win
ters, maar in ons land nooit 's zomers
gebruikt wordt.
Een L, 9, 2 4, 5, is eau groot roofdier.
Een 8 3, 10, is een boom.
i, 9, 2, L, 8, 3l, boleekent overdaad.
2. K suis raadsel.
Op de beide kmisjeslijnen komt de naam
van een bloem.
X
X.
.X.
XXXXXXX
-X'
'X'
X
le rij een medeklinker.
2e 1% een klmtingduk.
Haas Wiemper Piemper ging naar school,
Al zeker zeven jaironl
Do moester kroeg van dezen haas
Te vroeg zijn grijze haren!
I
Haas Wiemper Piemper kon maar niet
Do letters rechtop schrfjvcnl
Due moest' hlji bijna elkön dag
Na schooltijd nog wat blijven!
HET1T BOREL.