KINDER-BLAD SCHIEDAMSCHE COURANT DE ZONDEBOK. No. 24 Bijvoegsel van de Schiedamsche Courant van 14 Juni 1930 VAN DE Naar het Engelsch van E. M. BRYANT, Beknopt bewerkt door C. E. DE IJLDE HOGERWAARD. 17) (Slot). „Dal (heb ik eigenlijk ook bedoeld, mevrouw, maar de anderen waren zulke kaffer?, dat zo dat toch niot snapten". En Jaap ging voort met 'vertellen, lot hij aan den brandenden hooiberg kwam. Plotseling rat bij opgewonden overeind in bol. „0, mevrouw", riep hij uit. .,lk kan liet met verdragen, dat u denkt, dat ik er bij stond zonder iets te doen. Ik heb tilt allo macht geroepen, dat zo liet niet moesten doen en zo Tacthtejn. "Ze had den altijd nog gedaan wat ik zoi, maar toon met meer 1 Do stem van don jongen klonk teleurgesteld on mevrouw Swaters zei ernstig: „Zoo zio je, Jaap, dat het veel gemakkelijker is. anderen lot verkeert'» kladen aan to spoion dan hen er van af te houdenMaar waarom vertelde jo niet aan dominee Swaters, dal jo geprobeerd hebt liet te verhinderen „Ik ik dacht, dat bot niet veot ver?cihd maakt o", zei Jaap. „Erf hoo kwam jo nu aan pijn? Viel je ot ge beurde io iets anders tijdens don brand?" „Neo mevrouw", antwoordtlo Jaap1 Het gebeur de pas later", 1 „Wanneer dan? Kom Jaap, verlet het 1110 lk zou zoo graag alles wi'lon weten". „lk werd afgeranseld", fluis'orde Jaap' nau welijks hoorbaar. Verschrikt ktek mevrouw Swaters hem aan, „Door wie?" vroeg zij. „O, 'twas niet do>or dominoo Swaters ot den majoor", antwoordde hij glimlachend. „Do jongens dachten, dat ik mij ongcdoerl uit do voeten go- maakt had, omdat ik in do pastorie thuis hoorde on een paar van _n Vorder kwam hij niet. .Mevrouw Swaters wed echter reeds genoog on zei verontwaardigd: „Hebben die jongens je afgeranseld? De scha vuiten. M'io waren liet? Maar natuurlijk wil je dat niet zeggen. Hebben zo jo ergo pijn gedaan Jongens kunnen soms zoo ruw zijlti. Jo /uit wel hel wat builen opgeloo) tem hebben. En wat heb jo er aan gedaan?" I „0, 't is al bijna ovor", zei Jaap, die niot graag voor klcinzcotig word aangezien (Mevrouw Swaters begon erg moo to worden on toch lag hel moeilijkste gedeelte van haar huik nog voor baar. Ongemerkt bracht zij liet gesprok op Jaap s vader, liet voorzichtig doorschemeren, hoe zijn loven steeds gevaar liep on deelde dein; jongen heel be hoedzaam hot gehemde mede. Doodstil bleef Jaap liggen. Eindelijk klonk liet bijna als een zucht van veilielilmg. „Misschien zal vader nooit weten wat een beest ik geweest ben". .Maar toen liet ti.!ern duidelijk werd, wat dit alles beteekende, gooide hij' zich wld in bod om Het lievige schokken van zijn Ik haam maakte hot mevrouw Swaters dubbel moeilijk bean to troosten. Toen hij eindelijk echter wat kalmer geworden was, ging zij baastig heen zij was uitgeput nam afscheid van den maj'oor «in stapte met den kleinen George in do auto. Do laatste wist niot, dat liij zóó dicht bij „zijn Japia" goweeet was. Hij zou anders niet zoo gemakkelijk weggegaan zlijn. „O, Hans", zoi mevrouw Swaters, toon zij thuis kwam. „Zijn valer is lij een vliegongeluk mstig gowond en de arme jongon ig zóó ellendig, dat we hem hier verplegen moeten". „Onmogelijk. Jo bent veel to zwak, lieveling", zn dto predikant „Ga n|u eerst wat rusten". „Dadelijk. Maar eerst moet ik je van Jaap ver tellen. Hij heeft nog getracht hen er van af te houden, maar zij luisterden niet meer naar hom. Later hebben die ellendige jongens hem afgeran seld, omdat zo dachten, dat liij zictti uit do voeten gemaakt had". Do predikant liep op 011 neer en barstte los: „Dio kwajongens. Ik zou lust geve «ten, zj n voor één at' to ra.meten". „Ik ook", zei zijn vrouw, maar voegde or glim lachend aan toe: „Ik bon alleen bang, dat zo er niet vodt van zouden voelen". Do laatste woorden herinnerden don predikant opnieuw aan de zwakke gezondheid v'an Zijn vrouw en hij overreedde haar te gaan ruston. „O, Hans", zei zij nog. ,,tk moet mijn jongcin terug hebbenStol jo toch eens voor, dat zijn vader sterven zou. Wat zal hij zioh eenzaam voelen in liet gi'oote huis on do vreemde om geving", „Voor do vacant io kan hij in geen görtU terug- komen", antwoordde do predikant. ,,Hot splijt mij werkelijk heel eig voor hem, maar ik bon bang, dal bij dit moeilijke gedeelte vim don weg alleen zal moeten afleggen". HOOFDSTUK XVII. Mevrouw Swaters hield gedurende do eerstvol gende dagen baar kamer. Zij was niot bepaaki, SÉÉ f hi Li-1 - \S li*. !-» )Ak!<<W

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 8