Het ontstaan eener mode. zich in, stonden de jongens over deze moeilijke vraag 3va te donken, toon een armoedig uitziende man plotseling Jiulp aanbood: „Bagage dragen?" vroeg hij, Dick merkte wel, dat de man. een ongunstig uiterlijk had en bovendien half dronken was, maar zag zioh (toch genoodzaakt het aanbod aan !o nemen. i ,„Als je deze twee tasschen i*oor ons naar de werf brengt, waar do Zeevogel ligt, zul'en wijl je twee kwartjes geven", zei bijt „Top" zei de man, terwijl bij de tasschen opnam De jongens volgden hem op de hielen met de kruik tussclien zich in. Toen zij er waren, baalde Diofc zijn beurs te voorschijn en gal hij den man twee kwartjes. Dit was blijkbaar bet oogenblik, waarop hij gewacht lrad. Hij tl eed een haastige groep naar de beurs en zou er naar alie waarschijnlijkheid mee van door zijn gegaan, als Les niet met oen bewonde renswaardige tegenwoordigheid van geest hisScihcn beide gekomen was. Ilijl stak namelijk een been uit en de half dranken man struikelde er niet een vloek over. 1 „Neem die tascb en loop gauw de groote looi is binnen", fluisterde Dick nu haastig tegen Lex. ,,Ik kom met de rest". I De mani bad -niet gezien, waar de jongens ge bleven waren, durfde bovendien geen ruchtbaar heid aan de zaak geven en strompelde al moppe rende en vloekende weg. De jongens bleven nog een lijlje wachten en ■vul den zoodra zij zagen, dat de man zioh uit do voeten had gemaakt de kruik met water. Daarna gingen zij 'naai', ii'et kleine schip waar ze een plaatsje als verstekeling zouden zoeken HOOFDSTUK IV." Het schip was geheel verlaten, dodh men bad de loopplank ingehaald. Do jongens kondon echter gemakkelijk aan boord klimmen. Dick klom eerst over do verschansing heen. waarna Lex liem de bagage aangaf en eindelijk zelf volgde. Do zeilen, welke de lading bedekten, waren met touwen aan ringen in het ruim vastgemaakt. De jongens maakten één dezer touwen wat losser en kropen onder een zeil. Het schip was geladen niet geperst stroo en overal lag stroo verspreid. „Is bet niet prachtig?" fluisterde Dick. „We zullen bet ons hier best gemakkelijk maken". Do jongens kondon genoeg zien bij het licht der maan on dat was maar gelukkig, want bij al dat stroo konden ze natuurlijk geen lucifers aansteken De beide avonturiers nestelden zioh in liet stroo en vielen weldra in slaap. Toen zij den volgenden morgen wakker worden, was er iemand druk herig bet houten dek over liet stroo dicht te maken De jongens bielden hun adem in. om bun tegenwoordigheid niet te verraden en voelden zich pas veilig, toon alles klaar was Zij. spraken nu h|un proviand aan en gingen zoo gemakkelijk mogelijk zitten. De lading was op alle plaatsen niet even li'oog opgestapeld en op de plek, waar de jongens zaten, drong piet daglicht fiauw door. Zij slaagden er in de uiterste baal een eindje te verschuiven en zoo doende een patrijspoort vrij te krijgen. 'Er zonden wel meer van die raampjes zijn, doch die konden ze niet zien door de balen stroo, welke er voor, stonden. Waarschijnlijk bad bet «chip vroeger pas sagiers in bet lussohendek vervoerd, dat door de patrijspoorten van licht voorzien werd. 1 Ht glas was echter zoo dik en zoo stoffig, dat zij er niet doorheen konden zien, maar do jongens waren al blij, dat zo niet in donker zaten. Na een paai' uur verkondigde een zwaar gestamp •op bot dek en een Juid geven van orders, dat do Zeevogel van wal stak. Weldra boorden zij het water tegen den kant van liet sdhip klotsen. In,do eerste uren viel er geen verandering te be speuren. Alleen hoorden ze nu en dan beweging pp het dek. Tegen een ujnr of vier in den middag deed oen oorverdoovend lawaai hen plotseling he vig schrikken. Hot leek wel, of honderd tonnen zware sioenen niet geweld naar beneden werd én gerold. Lex groep den arm van zijn broertje en fluis terde ontdaan ,.,0 Dick, wat gebeurt er? Zou het een botsing Zijn?" Daar *li et water niet meer tegen do bark klotste en deze stil scheen te liggen, dacht Dick dat de veronderstelling van Lex juist was. Het Ingehou- dem adem luisterden zij naai' de dingen die ko men zouden, vaag verwachtend, dat er een order gegeven zou worden: m de booten te stappen. Er gebeurde echter niets en na eenigen lijl ohtdekten zij, dat »b|et anker uitgeworpen was en hetgeen zij gehoord hadden niets andors was dan bet ratelen van den ketting. Zes uur bleven zij voor anker liggen en bet was reeds lang donker toen Ar,et ratelen 1 geluid van den ingehaaldcn ketting bun verkondigde, dat do reis vervolgd zou worden. De jongens boorden de bemanning in de verte zingen en vielen eindelijk in s'laap. Toen zij wakker werden, was bet weer dag. Hun verblijf tusschendeks was verre van aangenaam, maar langzamerhand begon bet toch wel wat te wennen, al verlangden zij erg naar frissche lucht. Zeeziek waren ze ook op htm tijd, doch dat ging gelukkig vrij spoedig weer .over. i 5he waren van plan geweest niet uit hun schuil plaats to voorschijn te komen, voor er een week verstreken was. Ze hadden eten en drinke'a genoeg bij zich, maar na oen dag of vier, vijf begon bet gedwongen nietsdoen bun gruwelijk te vervelen. Zij bedachten van alles om den tijd te doodan en deden alle spelletjes van raden en vragen etn ant woorden, die ze zich maar hinneren konden. Ook lazen ze telkens bet verhaal over van bun verren voorvader, die den schat verborgen bad. Zelfs spel den zij de krant, waarin zo een gedeelle van hun bagage gepakt hadden, en duurde het niet lang, of zo kenden alle advertenties nit bun hoofd. (Wordt varvolqd). Koningen en Koninginnen, prinsen en prinses sen géven dikwijls do modo aan. Een aanlig staaltje biervan is het volgende: Koningin Helena van Italië bad oonige jaren geleden diep medelijden met do koraalvissobers uit de omgeving van Napels. Koraal was galieel uit do mode; niemand droeg bet meer en hot werd dan ook door niemand gekocht, zoadat bet er voor de koraalvisschers boel treurig uitzag. Er viel niets meer voor bon te verdienen. De wanhopige koraalvisschers wendden zich nu •tol de vorstin van Iran land. Dezo was zeer be gaan met hun lot en dacht:

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 9