Bij den Tandarts.
„Wat lees je, Rie?" vroeg Roe-der, die bezig
was de thee in te schenken. Het schoolwerk van
de kinderen was klaar en dan dronken ze altijd
samen nog gezellig een kopje thee, voor ze naar
,tbed gingen. Ze zaten dan met z*n allen rustig bij
elkaar en ieder :deed, waar hij. 't meest lust in had.
Teekenen, handwerken lezen of met do meccano
bouwen. j
Jan zat meestal te bouwen, gewoonlijk bruggen,
want hij wou later waterbouwkundige worden. En
Rie zat altijd te lezen; aan handwerken liail ze
een hekel, dat deed ze alleen, als ze 't moest.
„Wat lees je?" vroeg moeder nog eens, want
Rie was zoo verdiept in haar lectuur, dat ze niet
eens hoorde, dat er tot haar gesproken werd.
„Ronder vraagt je wat, Rie", zei vader daarom
met forsohe stem. 1
„O, wat vroeg mam?" vroeg Rie nu verschrikt.
wonderd. Rie hield anders wel van oen snoeperijtje.
„Ben je ziek?" inofrmeerde vader dan ook.
„,i\Teen paps, maar ik heb een holle kies en
als daar zoet in komt, dan doet 't zoo'n pSjln".
„Dat hadt je dan wel eens eerder mogen zeg
gen, dan had de tandarts hem kunnejn vullen",
beweerde vader. i t
„Jakkes, dat gehoor is zoo vervelend", zei Rie,
tc-rwij'l ze haar boek weglegde en haar thee
uitdronk. 1 I
„Uittrekken is nog vervelender", beweerde moe
der, ,,'tis morgen Woensdag, dan moeten we
maar meteen even naar den tandarts gaan".
„Eu ik zou nog wel met Lien gaan fietsen", zei
Rie spijtig. i i
,„Dat stel je dan maar uit tot Zaterdag", besliste
vader, „morgen ga je naar den tandarts".
Rie zette eeu nijdig gezicht en mopperde iets
over „ik wou dat er geen tandartsen bestonden".
Haar voor het vier en twintig uur verder was, was
Rie heel blij, dat er wel tandartsen bestonden.
s'fpiSék
1 i li i I I 1 1 1
Want 's nachts kreeg zo erge kiespijn, zoo erg,
dat ze er niet van slapen kon. Moedor liet haar
den mond Spoelen met lauw water, omdat er mis-
sohieni ets in de kies gekomen was, maar 't hielp
niet. Tenslotte gaf moeder een half aspirientje
en toen bedaarde 'twat en sliep ze in'. Doch toen
ze vroeg in den morgen wakker werd, voelde ze
de kies weer. 't Was zoo'n vervelende pijn, dat
ze hoopte, dat het maar gauw middag weid, op
dat do tandarts haar van die pijn af kon helpen.
's Morgens aati bet ontbijt had moeder met het
oog op Rio's pijnlijken mond een b'otfdje pap
voor haai- gekookt. Moeder stelde zelfs voor, of
ze soms liever thuis wilde blijven, maar Rie zei;
„Neen, mam, zoo erg is! 'tniet. E,n ik voel do
pijn bier evengoed als op school"
Dus trok Rie- naar school, maar de morgen duur
de lang. Toch kwam het eindelijk zoo ver, dat ze
met moeder bij don tandarts ia Üe wachtkamer
zat. En kijk, nu was op eens de pijn. weg.
,,'tls over", zei Rio lachend tegen moeder.
,,'kVoel niets meer".
,„.Ja kindje, maar we moesien het nu toch
„Wat je las?" 1
„O, 'n boek".
„Wat 's dat nou voor 'n antwoord. We zien wel,
dat 'tde krant niet is", zei vader een beetje boos.
„0, 'tis de Negerhut van Oom Tom". En Rio
wilde zich' meteen weer in haar boek verdiepen.
„Dat 'sheelemaal geen lectuur voor je", meende
moeder. „Lees liever een meisjesboek. Je hebt
zulke aardige boeken"
j „Ja, maar die heb ik allemaal al uit",
i „Dam lees je ze nog eens. Ze zijn er aardig
genoeg ,voor", stelde moeder voor.
•„;Neen, mam, daar vind ik niets aan, om een
boek tweemaal te lezen".
Eb Rio verdiepte zich weer in haar lectuur.
„Hier is th'ee. kinderen", zei moeder Overt later,
^em ik heb nog een paar bonbons op 't schaaltje.
Kom maar eens bij me, dan mogen jxdlie uit
hoeken". 1
'Jan Was er dadelijk bij en zocht de grootste uit.
„Wil. jij geen bonbon, Rie?" vroeg moeder.
,0, neen, mam, dank u", zei Rië.
„Hé, wil jij* geen bonbon?" vroeg moeder ver-