VERSL AG VAN DEN GEMEENTERA/
Schiedamsche Courant.
BtëSgjmeBingen,
RELATIVITEIT.
,oo 'r)JK nr
SCHIEDAMSCHE COURANT -1
Het leelijkste Meisje
van de school.
TWEEDE' BLAD
Zaterdag 14 Febr, 1981. No. 19C50
Arbeiden.*J en niet
vertwijfelen!
Deze maand Vijftig jaar geleden stierf
in hengen ouderdom do groot© Brit Th©
Jmas CaiiLyle, Zijin levenswerk is nooit po
pulair geworden. Maar hot is ook nooit
(vergeten. En ais we ons nu na ©en halve
eeuw, weder in lijn. geschriften verdiepen
dan is het of wijl naar oein profeet Ihooiretnj
die onzen tijd heeft voorvodld', on oma
laMen sadmn dein wpg Wij'zten kan naar
een hetere toekomst.
Bovenstaande tiitd is niet oen woord
(van hemacthten, zoover wij weten. Doch
het vat wel in één gedachte saimon do
leYensloer die Oarlyle aan zijn tijdgenoo-
ten cn nu, aan liet nageslacht pre
diken wil. liet is de titel van een Werkje,
indertijd verschenen in de AVercSdbiblio
theefc, dat een bloemlezing bevat uit zijn
geschriften, van do hand van J. A. Eytmiccrs.
Ónder vijf hoofdstukjes groepeert d'e ver
zamelaar in overzichtelijk zinsverband
een aantal kortere on langere citaten. I.
Arbeiden. II. Niet vertwijfelenIII. Man
nen en lidden. IV. Verkeerde wogen en
bedoelingen. V. Zwijgfcln. Het boekje is
een goudmijh, van treffende, verhelderde!
en opwekkende gedachten. En bet geeft
aan de zoekende menscldieiidi van onzen
lijd precies wat zie behoeft: liet
haar een" riem onder het hart.
Arbeidenroept Carlyle ons toe.
Ilij zag ook roods liet schrikkelijke pro
bleem komen, dat ons heden teistert: de
(massale weikloosheid, en hij voelt do el
lende ervan rruede: ,,Een man, die gaar
ne zon wdlen Werken, doch geen werk
kan vinden, biedt misschien den Irourig-
sten aanbLk, die de ongelijkheid! van het
geluk ons op dit oudettnaalnscho ver
toont". Hij! ziet sterk den zegen van deni
arbeid, len rijm add. Ja, nog liooger waar
deert bij bom: Hij verkLaart zich eensge
zind met diie oude mjonnikeni» dia als lijf
spreuk voerden: „Laborare est Orara"
iarbelden is bidden.
Alle iccbto arbetld is voor hemi gods
dienst. En hij rdept ons huidige geslacht,
dat twijfelt aan den gaaien weg en trujat
recht bet doel weet dos levens, met vuri
ge geestdrift toe: ,,Gijj, vooraoovea? gij ar
beiden moogt, werk gevonden liebt in
uw leven, om taak, Zijl het daim (een ne
derige en bescheiden laak, dio op uw
schouders rust: verricht dezen uwen ar
beid met uw volle hart, wetende dalt daar
in het geluk des levens ligt, en, 'uw In
stemming als mensch!,,
Wiet vertwijfelen! voegt Carlyle er bij.
(Want gij vraagt wellicht, ondanks al
les telkens naar het waarom? Waarom
dit leven, met Zijin grooto moeiten on
bezwaren, rijn korte vreugden, zijn klei
ne resultaat? Waarom deze wereld, met
haar verlorenheid in dit zonnestelsel, liaan
schijnbaar doelloos wentelen in de-ruim,"
te? Waarom deze levenstaak, die schijii-
baiar nutteloos cn redeloos is, oen hope
loos verloren gaand stipje in een oneui-
dig verschiet?
Gij zult het niet weten zoolang gij
mensch zijt. Doch do roepstem tot ar
beiden is het zekerste dat er is tin uw
bestaan. En wel tot arbcèdyn in denhoog-
sten zin: In uw arbotd ,in uW leven1 van
eiken dag moet gij geven uw liart. Gij
moet willen wegschonken, aan de wereld
aan do mensch cm, aan bet verwezenlijken
van uw idcaten, üv liarteblood. En als
gij dit doet, Idan Zult gij ervaren, dat
daarin ligt liet geluk, het levensdoel, dei
vervulling des levens. U zielf gevende
vindt go het ware leven. En voor Yen
twijfeling is niinimer plaats 1
1
Zoo loert Carlyle ook aan bet huidige
geslacht dat het leven tragisch is, maar
heroïsch moet worden geleefd. Dan v.ndit
men do rechte weg. Niet voor niets
stelt hij1 ons heldenlevens voor oogenr'Aan-
vaarden van do tragiek dar werold. Geen
grondeloos -optimisme. Maar in dat tra
gisch eleven heroïsch te zijn. Als oen
held, een heldin moedig loven en de le
venstaak aanvaarden. En God zal met U
JAOOBUS DE KLEINE.
-Hl-
Zitting van Dinsdag 23 Dec. 1930,
's namiddags 2 urn-.
IV.
Voorzitter: de burgemeester, de hoer
H. Stulemeijer,
Uitbreiding der politie.
(Vervolg).
Do lieer Slavenburg gelooft niet, dat
een heftige bestrijding van het voorstel
noodig is, Maar hot voorstel is .van grooto
invloed op onze financiën en daarom wil
spr. er tocli iels van zoggen..
Een wanhoopsuiting.
Spr.. betreurt liet, dat dit voorstel den
raad lieeft bereikt, niettegenstaande zooveel
stemmen op de overdrijving, die er in ge
legen is, hebben gewezen. Het ware in
derdaad beter geweest, als eerst in hot
college van B. en AYl overeenstemming
was bereikt, wat wel mogelijk zo-u zijir ge
weest. Maar wat nu aim dou raail is aan
geboden, is oen soort wanhoopsuiting.
In langen tijd balden we hier van de
politie niets gehoord.
De voorzitter: Leg dat looal geel
vast!
Do licur Slavenburg: In 1920 is de
politie hier iets versterkt, maar in 1923 is
zij, in varband met don toen lieorschenden,
toestand, weer ingekrompen.. In 192G is
die inkrimping te niet gedaan. In 1928 heeft
spr.. in liet georganiseerd oveileg con
amoro meegewerkt om ©enige versteking
van het corps te verkrijgen, waardoor een
betere regeling van don diensttijd mogelijk
werd. En nu komt, men kan wel zeggen,
als een donderslag bij helderen hemel, een
voorstel om het corps met 40 pCt- te ver
sterken cn de voorzitter en Ido commissaris
van politie verklaren daarbij; AVe kunnen
niet wachten, geen dag on geen nacht!
In het schrijven van den voorzitter would
gezegd, dat de zedelijke èn stoffelijke be
langen der Scliiedamsclio gomoensehrij^vei
lig gesteld moeten worden. Olok dó wet
houders willen Üat on ze zijn ook voer
goede dionstvoorwamJen. Do ovo.dtijvïng
ligt eclHer hierin, dat in de toelichting ge
zegd wordt- Doze voorstellen bepalen zich
tot „het hoogst noodzakelijke" en liet „ab
soluut noodzakelijke", welke uitdrukkingen
zijn onderstreept. Maar als wordt toege
staan wat gevraagd wordt, komen we met
de sterkte van ons politiecorps ver uit bo
ven die van Ho meest luxueus© steden met
do grootste oppervlakte. Do boer Ilocgcn-
dam beeft Leiden, genoemd, maar behalve
dat tiaar veel studenten, vertoeven, is liet
ook een garnizoensplaats, terwijl Delft vroe
ger eveneens een garnizoensplaats is ge
weest.
AVe behoeven do begrafenis van liet voor
stel van den voorzitter niet al te lang te
rekken.
Do juiste financieelo consequenties van
liet voorstel zijn niet overwogen. liet voor
stel zal minstens 7 ii f8000 per jaar moor
kosten dan is meegedeeld!
Do voorzitter: Wam om
De heer Slavenburg: De kin de, toe
slag 1
Do voorzitter: Kom toclil Voor die
jonge agenten?
Do lieer Slavenburg: Ik' neem aan,
dat niet uitsluitend vrijgezellen, zullen wer
den benoemd.
De voorzitter: Recht op kindeitoe
slag ontstaat eerst bij liet vierde kinl.
De lieer Slavenburg: Bovendien, de
In den meest absoluten zin
verwerpelijk,
commissaris van politie meent,, dat liet sa
laris van de agenten verbeterd moet wor
den en ook dat voorstel van den com
missaris van politie lioett u, mijnheer de
voorzitter, tot hot uwe gemaakt. Als dat
voorstel wordt aangenomen, zal do post
politie ze-kor nog met een f20.000, moeten
worden verhoogd, dus in totaal ongeveer
f75.000. En mot een dergelijke verhooging
van liet budget moeten wo zoor voorzichtig
zijn, AVe zitten liior lang te praten over
een heiclassificalio ten. aanzien van do
personeel© belasting, die f23.000 zou kos
ten en er wordt betoogd, dat onze finan
ciën een dergelijke vermindering van in
komsten eigenlijk niet kunnen dragen. Maar
als wc onze diensten ook de andorel
dan de politie sterker gaan bezetten,
zal dat een aanmerkelijke verhooging van
lasten voor de burgerij ten gevolge heb
ben. Niet louter financieel© overwegingen)
pleiten togen liet aanvaarden van het voor
stel van den voorzitter, maar alleen van
den financieelon kant bezien, is het voor
stel reeds in den meest absoluten zin ver
werpelijk, Spr. acht bij don raai genoog
gezond verstand aanwezig om het voorstel
af to wijzen.
Do heer ir. Houtman heeft in den
aanvang van deze verga lering getracht eea
rein aan te loggen, waardoor do debatten
zich niet zoo breed zouden ontplooien.
Spr. heeft opgemerkt, dat er geen speld
tussehen te krijgen was en veronderstelde,
dat tie voorzitter nog wel een heel stelletje
argumenten zou hebben om zijn voorstel
to verdol ligen. Do voorzitter hoeft echter
\ciklaard na een vraag van don hoer Van!
den Tempel: Ik heb na 13 December nog
wel ecriige argumenten bijeen gezameld,
maar voel is liet toch niet.
Do motiveering van het voorstel acht
spr. tot nu toe nog zeer onvoldoende.
Spr. zou in herhaling treden, van hetgeen;
reeds door do hoeren A'an Yelzen en Sla
venburg is gezegd, als hij' dat zou willen
Prclcssor Einstein verklaarde
dat do groudsfog van bet alge-
meen beginsd der relativiteit
lombeviedigend is
(Krantenbericht}.
■Alles in do wereld
Is slechts relatief, I
Niets al lijkt het ashderS
Niets is positief.
Mooi dat is betrckk'lijik,
Xicd'ijk evenzeer,
'k,AA'as daarvan doordrongen,
Lang voor Einstein's leeir.
AA'at is ifjk? wat arai?
Wat is dun? wat dik?
AY at is tijd? wat ruimte?
AVat een oogenblik?
riolscling komt Einstein
Met een grooto grief
Togen eigen ste'ling:
iZij bleek relatief.
'k Leerde op de schoolbank,.
Min voior min is plus.
Dit als grondbeginsel,
i iAA'ordt de zaak aldudj
'Al wat relatief is,
AV'ordt nu positief,
■AA'ant bet relatieve
Is ook ïe'atief.
Is bel positieve
't Relatieve min
Dan zit positief daar
't Relatieve in.
lAYie probeert te snappen.
Relativiteit,
Die makt positief zlijn
P|ositicven ku5jti
ELAND.1
aantoonen. Er is den voorzitter menige!
goede wenk gegeven, maar daar beeft deze
geen acht op geslagen. Daaruit spreekt oen
zekere overmoedigheid I
De voorzitter (kort)Eii
Be heer ir. Houtman: De lieer Aran'
Noordennen heeft reels opgemeiktU moet
zich wel een krachtmensch voelen oni
tocli uw plan te willen uitvoeren! I
Kift aan alle wcnsclien Kan
worden voldaan.
AA'ij vervullen een hoogst eenvoudige rol
in de gemeente, maar als wij als wettam,"
dexs zien, wat u wilt doorzetten, kan dat
voor ons aanleiding zijn om dia beschei
den rol niet langer te vervullen. Bit den)
,iaad ontvangt spr. als wethouder van ge-
Hct -onweer wad voor hen en tart mede-
1 fietser zoar onverwacht opgekomen. (2)
De fruithandelaar z:d mij waarschuwen, als
hij weer me'oenen Ihieeft (3).
(3. lAVcttk vruchtjo wordt, ads men de ©etrsto
letter wegneemt, iets voor paarden, kcwien
enz,, doch' wanneer man adeem de tweede
letter wegneemt, oen vogd?
jL' 'Alls 1, 2, 3, 4, d een insect is, 6, 7, een
Voegwoord cn 8, 9, 10, eein vreemdeling;
IWat is dan oen 1, 2, 3, 4 5fc G, 7,
10? i
TOP; KLEINEREN.
1', lAYia kan van *4 maan, pat, 1/3 Ril cm 1/2
d een lichaamsdeel van oen d,er makdn?
2, Kruisraad-sd. i
I Op de beide kruisjesiiijmen toont do naam
"van schrijfgereedschap,
X
.x.
.X.
XXXXXXX
-X"
'X'
X
le lij een medeklinker.
2e rij oen dietr, dat onder dm guclnd graaft'
en bed wat sdhado aan kam richten.
3e rij een>lengtemaat.
4o nj 't gevraagde voord,
öe nj oan snaarinstrument.
'Go rij het togonovergesteitd© Van glanzend.,
(7e rij eoa medeklinker.
S3. (Men voettt mfj en men ziet mij,
(Maar in den nacht tce|h met.
Er zou een ramp gebeuren,
Als 'kin den steek je liet
'k Stoof bed wat vruchten rijp en
(Good missen kan m|>j gocm;
'k Spreid warmt' en licht op aarde,
(Maar Soms ga ik toch heen.
Dat is,' als donkTe wolken
Boos Idjiken naar do
Er. ik om hen te dreigen
(Miij fluks verstoppen kom.
ft. AA'10 eten meer: de witte scbapton -of de
izwarto? 1 1 I
(T.c/e,ö/fe fjbjerwaarc!f.
Arriond Groenrok, *n deftig Kikkerheer,
Kon reok'nen, schrijven, lezen.
Ik zou ook zei bijl tol kens woöri
Geen domoor willen wezen, r-
1
Htij schreef zd'fs met zijn ganzenveer
1 Verbalen en gedicjhten
'Als blij die voorlas, zag th'ij stoedsi
-AVcer lachende gezichten. 1
I I 1
Ook schilderde vriend Groenrok graag;
1 Dc graiptpiigsto tafieelen.
Of. tloek op de matuur? Och', ja.
1 'tKom wd oen beetje sabelen.
I I
'Zoo was Zijin nieuwsto schilderij:
Schels uit het Kiktcoi leven.
maar u/ach eer?
Het riet langs 't kantje van do sloot
1 g tand wd wat erg te boven.
1 I I
Na al zijn werk ging Groenrok octad
Op reis, maar 'n mooicn vijver.
Zijin knecht, do trouwe Jan Kwaak Kwaak*
Pakt' al zlijln goed vol ijver.
Meneer, zei liij, (liet isl alt laatf
1 'tls vaaiilijk al bij achten.
AA'at denk je, dat toon Groenrok aed?,
Dan moet do trein maar wachten. —O
Ha, ja, Wij was een deftig thoer. j
Dat liet housojh' niets te wenschian,
'Alleen 'twas in zijn eigen loog.
En niet in dal der menseben.
VAN DE
-hep
No. 7
BIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 14 FEBR. 1931
Naar bet Rngelsch van A. THOMSON.
Vrij bewerkt door
C. E. DE LILLE IIOG-ERAVAARB.
2)
'Alles was nu gereed en Chini wendde ziqli' tot
juffrouw Coflins en cms, terwijl ze zei:
„Dag juffrouw. Dag meisjes. Ik ga dus. Er zal
niets gebeuren, maar a's er wat gebeurt
wil ik allen toch goedendag gezegd hebben. Jullie
zlijn altijd goed voor me geweest Zeg mijn
(Ouders, dat ik niet anders doen kciru. Dag allemaal".
Als verlamd van solirik stond juffrouw Collins
too te kijken, zichzeüve do vroceelijksto verwijten
makend, dat zij haar niet van haar plan terug
(had kunnen houden,
t En wij, meisjes? 1 I
„Goed voor haar geweest", dachten wij on. we
hadden haar toch „Ohim" genoemd. O, kondcin
Wij liet maar ongedaan maken. AA'ij hadden allen,
.eon prop in de keek
Onverschrokken, glimlachend zelfs, zei Ohim mm
togen, de mannen:
„Klaar". i
In het volgend ©ogenblik zagen wij haar la-ng-
Saam dalen.
Haar kleine, bruine bandjes hielden het touw
Stevig vast en Ghnn liet zicih zakken 0111 haar
daad van zelfopoffering te volvoeren.
Sommigen omzer snikten luid, doch enkelen bo
gen ziel» ©ver don rand dor rote hoen en vo'gdm
kuaar met een kfloppcsid 'hart. Langzaam daalde
zSij, een kleine, witte vlek boven de smalle zasid-
Btrook. Nu en dan raakte zij bijna oan vooruit-
Stekend rotsblok, doen Chim wist zioh etf met
handen en vreeten af te houden.
Na wat ons een eeuwigheid schoen, doch in
iwoikoh'khieid slee,hts een enkele minuut was, stond
ah ongedeerd naast den jongen ©p het strand.
Her strakke touw werd nu slapper en vviji slaak
ten allen een zucht van verlichting. Da beide man
ual bogen zicli ©ver do rats heen en keken vod
Kpm.ning maar beneden,
„Bravo, juffie", riep do oude vissolior uit „Tot
sroover is a los dus gced gegaau".
Geen der andoren zei eein woord en Wij wacht
ten in een angstig zwijgen; a'lor oogeni ivardn ge-
"vestigd i©p Chim en hetgeen zij dood.
1 Z|j| was nog maar net bijtijds, want de vloed
Bftecg tot vlak bij den jongen. AA'ij zagen hoe zij
»oli ©ver hom heen boog, vlug liet touw, dat
©m liaar eigen middel bevesligd was, losmaakte,
en ©m dat van den jongen bevestigde. Daarna
keek Zij naar boven, stak een hand op en gaf
een ruk aan het touw.
Gi.middellijk haalden de beide mannen nu het
touw in en wij zagen, Ih'oe do jongen weldra boven
liet smalle strand hing en al Imager en liaageW
gchcsa'hen weid. Langzaam kwam hij naderbij en'
eimiellijk o, heerlijk ©ogenblik m liad hij den
rolsramd bereikt en greep een der mannen hom.
En naar lag dan aan onze vo-eton de doodsbloeke en
bevvustdlioaze jongen, die door ©nzio Chim gered
was.
Wij uitten een flauwe kreet van vreugdci, welke
gehoord werd door het eenzame figuurtje op liet
strand, want Chim stak opnieuw do 'haind -o-p. Do
gekwetste jongen werd een eindje van den rand.
af gelegd en nadat de heide mannen haastig hot.
touw om zijin middel losgemaakt hadden, wijkle
juftrouw C-oflins zich met een paar onzer aan den
nog steeds bewusteloozen jongen.
De oude visscher rtep intussctiien uit:
„Nu de kleine heldin".
Plotseling echter keek de jongste visscher, die
scherper oogea had dan Zijn kameraad, vol ent-
zetting naar het touw en wees er maar. Do oude
man bekeek het nu aandachtig en1 s'aakto oen
kroel van ontzetting. Op een pek was het erg ge
sleten. En het leven, van Cltiim hing aan dat oaba-
troivwbaro touw. Het kon goen uitstd velen; cfr
moest luilp komen en wol onmiddellijk. Steeds
honger kwam do vloed op. AA'as er dan nergens
uitkomst?
„Ik geloof, dat liet jliaa- nog wel houden zal,
Jim", zei do oude visscher emdelijfc. „God geve
bet Ex slaat ons maar één "ding to doen 0:1 dat
isiets om do zwakke plok te binden. Hebban
do jonge dames soms iels dat daarvoor dienst
kan doen?" 1
In bet volgend oogenblik weTdon den vissqlier
van allo kanten zakdoeken, ceintuurs cn zelfs
kousen aangeboden. De beide mammen konden 'éo
laatste bet best gebruiken en legden een dik ver
band om do verraderlijke plek.
Daarna werd het touw onder do grootste span
ning, opnieuw moergfiatem. Hot was hoog lijd, wamt
liet smai'le strookje zand was bijna geheel ver
dwenen. Cliim stond nu vlak bij do rotsen en bet
touw kwam in haar onmiddeTijke nabij'ieil neer.
Zij greep het en bevestigde het haastig om haar
middel. Reeds spoelden do golven over haar
voeten.1
•Zij rukte nu aan hot touw en de mammon be
gonnen hot weer in to ha,'en, heel langzaam en
voorzichtig, met samengeknepen lippen en angst
in do ©ogen. I
Langzaam, o, aoo Langzaam kwam Chim naar
'ons too 3ang3 do overhangende notsenu en struiken.
Z'ij was nu bij hot godoello van den rotswand, dat
DER
zijn.
I
I
c/oor
A&/>/
7/
O
1 1 -
1 1
KI N DER-BLAD
**»wBS"