Schiedamsche Courant.
m
DE WOELIGE STAL
Mijmeringen.
VERHUIZEN
SCHIEDAMSCHE COURANT
TWEEDE BLAD
Zaterdag 25 April 1031 Bf0. 19708.
Russische rruziek.
Modest Pctrowitsj Moussorgski
Slechts in enkele tientallen jaren is de
muziek der Russen in hel Westen door
gedrongen en heeft daar greote triomplien
gefield, liet Westen is zich gaan inte-
rossecren voor de Slavische govocls- en
denkwereld, waarin liet nauwelijks kon
binnen drungen en waarvan het slechts
trachtte de sluiers op te lichten, liet. is
gaan luisteren naar de ziel van Rusland,
wier zwaarmoed go zangen over eindeioöz'e
woeste vJaklen aan kwamen rollen, -aan
zwellend tot geweldige, mysterieuze melo
dieën uit ecu ongeleende weteld. „Verdoor
te dringen in nog met ontgonnen gebie
den cn deze tc bemachtigen, ziedaar de
ware zending van den kunstenaar. Steeds
Moussoigski.
naar nieuwe gewesten 1" zoo schreef Mo
dest Pctrowitsj Moussorgski, één van Rus
lands geniale toondichters, aain den cri
ticus Slassoif,
„liet is niet muziek, wat wij noodig
lioltxm, noch woorden, noch penseclcn,
noch bij Ie! doch geef ons levende denk
beelden... Do kunst is een middel om
tot de mcnsclven te spreken en niet het
doel"...
In deze gedaclitensfeer ontstaan zijn lie
deren: Ilopak, „Hebreeuwscli gezang", „De
nacht op don kalen berg",, do aangrijpende
licdeien Do Verlatene, Zonder Zo.i en de
geweldige zangen: Liederen ou dansen van
de Dood.
ïXr<-
mwmm
m
Oud m nieuw m Nazareth, „Das Alle slurzl dat '.iet 11,011 ulleiucgen. De
kiuihen, die Ooatereche vrouwen op haar hoofd plachten te diagen, maken o
zegen van den modernen lijdl tlnms plaats voer beiiznicbhkkon.
ter doen hooren en doen gelden, alzoo zijn
stom op deze wijze toch verduizondviaudi-
gende.
Het derde zal. lemslotto .niemand be-
vi c em donwij rijn rede'lijko wezens en in
het domein van die redo waar de cijfer
kunst thuis behoort zal niemand li aar
macht kunnen of durven ontkennen. Wij
weten, dat 2X2 gelijk is aan 4.
Er zlijm gevallen denkbaar, waarin del
mensoh zijn wit niet voor de ijzige logica
der koude cijfers vermag 1)3 'buigen; Ïnieï
beslaat dio twijfel met, omdat men tevo-
,icn liet stolsel niet gewraakt hoeft. Met
het stolsel aanvaardt men zlijin uil komsten.
Met dat al blijft in veijciozingsdngen oen
curieus verscli'ij isaido maciht dos gotals.
Dat deze magische macht zwarte magie
zoude -/fijin, men zij daarvoor niet bevreesd.
Want dat liet cijfer hier bet hoagere, gees
telijke en zedelijke in den mensoh, zoude
ovciiieoisqhen, is niet moer dan iiiterlijkan'
schijn.
Do uitkomsten van een geestelijk proces,
lol zeker, doel in dijfers uitgedrukt, hebben
dal geestelijke daarmede nog niet gcmat-eria;-
liseerd,
Soncca Junior.
Wat valt er van liet loven van Mous
sorgski io vertellen? Och, er valt niet
zoo heel veel van to vei tellen, liet is
betrekkelijk een beslaan zonder grootc, be-
langrijke emoties, de overgang van den
militairen dienst naar liet burgerleven en
de regelmatig terugkeerende aanvallen van
zenuwziekte, die zijn leven vet somberde,
vormen er do uiterlijke mijlpalen in. Vijf-
lig jaar geleden,, op 28 Maart, werd zijn
door 't alcoholisme verwoeste Itcliaam ten
gtavo gedragen. Weing werd er van dit
verscheiden van een groot, wegens zijn
originaliteit weinig begrepen kunstenaar,
notitie genomen. Maar zijn werk over
leefde dezen vereenzaamden en vroegtijdig
gestorven mensch Moussorgski over
leed op 42-jarigen leeftijd cn het heeft
aan het nageslacht er van getuigd, welke
gertialo gaven deze naluur-artist aan de
wereld te geven had. Van Moussorgski gold
het steeds, dat hij was een knap dilet
tant, die liet muzikale handwerk slechts
onbehccrecht en linies wist toe te passen.
Moussorgski wilde zich niet in liet aca
demische keurslijf pereen; zijn muzikale
natuur wilde zich uiten met andere mid
delen dan de overgeleverde. Zijn kunst
was bij haar verschijnen zoo verrassend
persoonlijk, zoo wcimg passend bij de gang
bare begrippen, dat zij jaren noodig had
om algemeen erkend te worden. Zipi voor
liefde was speciaal gencht op waarheid
en eenvoud, op het bijna onbehouwen on
ruwe gegeven uit bet volk. Zijn grootc
liefdo voor liet eenvoudige, ruwe volk
maakto ham lot oen muzikalen Dosto-
jofski.
llij hoeft de ellenden der onderdrukte
Mousjiks gezien en zijn kunst is dewcci-
galm geweest van den gtoeicndoii tegen
stand, die Jong-Rusland in die dagen logen
het czaren-rcgime waagde, Zjn grootste
theaterwerk is de „Bons Golounof", van
Pouchkmo geweest, dat door ltnnskyKor-
sakof, zijn vriend, technisch gecorri
geerd en daardoor voor vergetelheid be
waard is. Zijn o genaardige, onsclioobclic
leelmick was oen sltuikelbiok voor velen
in die dagen, doch nu wonscht men de
echte Bons to hooren in zijn origiueele
zetting. Tiouwens Rimsky-Korsakof schroei
zelf: Niels weerhoudt om de eerste lezing
te verkiezen, waardoorhij in wezen de
grooto beloekenis van Moussorgki's „on-
sclioolsche" muziek voor de toekomst, er
kende.
men moesten gaan.
En nu in aio provinciën, waarin dozo
zaak aan do oalo van den (Lag geweest
is, do gemoederen tot rust kwamen, nu
bestaat a'loon nog: liet getal. Voioi do
stemming gaf elk, volgens zijn overtuiging,
wijzen laad teil boste, bracht een iegelijk
der daartoe geroepenen na rijp beraad zijn
slem uit na dien kwam uitsluitend do
Cijferkunst aan bet woord, en sledlits go-
la leniecksem, eindeiooze reeksen, optel-,
ded- en verificaücsommen maakten uit,
hoe tenslotte do samenstelling van oen of
ander besiurend college zoude zijn.
Aldus demonstreerde do macht des go
tals.
De uuu'Ut des gelals.
Ik weet liet: de politiek behoort in
deze overdenkingen van zedehjk-goeslolip
ken aard niet tehuis. Niet, omdat de pa'i-
tiek niet zedelijk of geestelijk zoude wezen
want rij is 'het een zoowel als het
ander, op haie wijze.
De politiek is dan ook ditmaal onder
werp noch doel van deze overdenking,
doch s'edhls aanleiding tot eenige opmer
kingen over: de macht des gelals.
Immers: vele zijn de cijfers, de cijfer
reeksral en de daaraan weer door reken
kunst ontleende beschouwingen, die de con-
raiitenlezendo' Nederlander den laatsten tijd
onder oogen kreeg, enkel jengevolge van het
feit, dat hij en zijne medeburgers" uit stem-
Dit is een macht in meer dan één op
zicht.
Oppervlakkig en eenvoudig zoo: dat wie
de meeste stemmen heeft, wint.
klaar dandat slechts het aantal gewicht
in do schaal legt en anders niets. Enden-
slotte, dat de in dit opzioht bijna
magische macht des geta's door een ieder
zonder morren aanvaard wordt.
liet eeiste schijnt vreemd. Waarom telt
de kwantiteit cn niet dp kwaliteit? Het
antwoord zal wel moeten luiden: omdat er
geen pradisch bruikbare en redelijke kwa
litatieve maatstaf te vinden zal zijln. In
zooverre is dat niet erg; dat de geest zich
toch overal m te allen tijde baan zal brelcon
En vervo'gens do slem van den minister
van staat kan en mag aan de stombus niet
meer gowicht in dia sdhaaj leggen dan die
des oenvoudigon hamdwerkmans, wijil dat
aan bet stelsel inlhaorent is. Voor do stem
ming en daarna kan de staatsman zich eoli-
OMLÏGGENDE GEMEENTEN.
VLAARDINGEN.
De Zomlagssluiting.
Gebruikmakond van art. 9 der Winkel
sluitingswet krachtens welk, indien
bizondere omstandigheden afwijkingen van.
bepalingen dezer wet in oen gemeente ge-
wemscht maken, deze afwijkingen door
don gemeenteraaid omdc/r goedkeuring der
Kroon kunnen worden vastgesteld - lioeft
do gemeenteraad van Vlaardingen oen ver
ordening vastgesteld met de strekking om'
speciaal de Zondagssluiting, zooals do wet
deze regelt, te verscherpen.
Raar aanleiding daarvan heeft de Niedl.
R.K. Middenstandsbond zich gewend lot
den minister van Arbeid, IC. en W. met
het verzoek geon medewerking te willen!
verieonen tot goedkeuring van llozo ver
orden in g, omdat in casu alleen de ba-
staande verordening, als bizondero om
standigheid is voorgedragen, die naar del
nicening van liet bestuur van de Ned.
R.K. Middenstandsbond als zoodanig niet
dianen kan en omldat overigens geen enkele
bizondere omstandigheid ter motivoering
der afwijkende bepalingen i3 aangevoerd.
Kerk en SckooL
Gorof. Gemeenten.
Beroepen te Middelliarals, ds. M, Ilejj-
koop, to Utrcolit, -
Beroepen te Werkendam, ds. iWi 0. La-
main, te Ledden. 1
3. Tang, Wang, Gang, Zang, Langt- Bang.
4. Eon hoepel (hoepelspel).
Om op te lossen
VOOR GROOTEREN.
1. Welken vogel kun je door omzeiling der
lettel-s in can insect veranderen?
2. Kruisraadsel.
,Op do beide kruisjeslijnen komt do naam
•van een plaats in Noord-lLodland te staan.
X
.X.
.X.
.X.
XXXXXXXXX
x-
.x.
•X-
X
le rij- een ld inker.
2e rij oen vei korte meisjesnaam.
3o rij iets, dat ter verwarming dient.
4e i'ij| iets, dat dient om afval en asoh |>-i te
doen. i
5e rij 't gevraagde woord.
Ge rij eon ander woord voor pijl.
7o rij een vooiWerp, dat dient om moe te
8c ri] het tegonovoigestolde van mager.
9e rij een medeklinker.
3. Vei boigen vissclmn.
Ileeft do muscli Olga in haar vinger gepikt.?
Zoi Jaap al ingenomen hebben? Ik zie
zijn dinnkje niet.
Neen, Bob, leien worden in onze klas niet
meer gebruikt.
Al dat weik heb ik gelukkig niet voor niets
gedaan,
4. Welke voorworpen kun je maken van:
E m Lang.
Flits L a c h a u, 1
K o Blo m b a.
Jet Sik.
Leo Kina.
VOOR KLEINEREN.
1 In de leinle bon ik rose, in don zomergroen,
in don hoifsl meestal god of rood. Ik bon
roid en bob oen stoel. \Vio kan zeggen, hoe
ik heet?
2. Met N a's boginlettor ben ik oen meiaal,
met S een landbouwwerktuig en met B
maak ik deel uit van moisjesspoelgaed.
3. Haal uit elk dor onderstaande zinnen één
woord, maar doe liet zoo, dat dozo woor
den, in dezelfde volgordo gonomen, eau
bekend spreekwoord vormen.
Kom je i la de wando'ing even bij me?
Ik heb een appel voor je.
Zo-g vooral, dat je niet van do ladder valt.
Jo hebt je armband toch niet veil oren?
Zij liep te ver weg gisteren.
Daar heb ik a! iels van gehooid.
De man stand om den hoek op zijn vrouw
te wachten.
Wat is do stam van dezen boom kaarsrecht.
'4, Vier tellers noem on jo een dier,
Maar aak iels 0111 te eten.
Als jo zo door elkaar sicdils gooit.
Hoe beiden zouden hooien?
Jo kont zo a'lo twee boel goed,
En zult het dus wel weten.
(Nadruk verboden).
door
C. E. DE LILLE' IIQGERWAARD.
p w \i w urn
Hoera, wij gaan verhuizen.
Naar 'tand're eind dor slad.
In een mouw huis met tuintje,
0, wat een feest is dat.
Do k'eeden en gordijnen,
Die zijn al onderweg.
Ik kan zo echt benijden,
Het is geen grap, wat "kzeg.
Ik krijg een eigen kamer
Mei b'ncinetjos-bcliaiig.
Daarnaar weet jo verlangde
Ik al zoo licel, heel lang.
Moes zegt: liet is een drukte, -
Maar dat is geen bezwaar.
Zoo'n nieuw buis is toclh zeker
In 'n ommezientje klaar, j
I
En heel graag wil ik helpen.
'klïeb daarin juist zoo'n zin,
Ik pak mijn eigen spoo'good,
Nu vast al netjes in.
i
Mijn poppen in den wagen
Rijd ik er zelf naar toe.
iZe kunnen, niet ver looport
i En zijn zoo licel gauw moe, 1
Moes zegt: eerst moet ik slapen
Drie heole nachten nog.
Maar moet het nog wat duren
Die dag komt éénmaal toch.
I
Ik ga dus prettig droomon.
Verlunzen is een feest.
En nooit ben 'kmot mijn poppet
Zoo vices'lijk blij geweest.
(Nadruk verboden), j .i
i I*
VAN DE
No. 17
BIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 25 APRIL 1931
door i
C. E. DE LILLE HOGER WAARD.
8)
HOOFDSTUK VII.
De vredesvlag.
Verslagen keken die vier ontdekkingsreizigers
elkaar aan. Waar koudon papier en steen geble
ven zijn? Weggewaaid was'onmogelijk, dus was
er opzei, boos opzet in liet spel.
„De inboorlingen hebben zich er meester van
gemaakt", zei thuis eindelijk.
„We zijn verraden", voegde Ans er aan toe.
„Wee hem, die tegen ons den strijd hoeft durven
opnemen", klonk hot verbeven van Dolf's lippen.
„Wij moeten trachten uit te vindon, wie zoo
vermetel was", luidde Tmy's oord oei.
Over het feit, dat zij daartoe alles in het
werk moesten stellen, waren de vier ontdekkings
reizigers het gohoe' eens. Moeilijker was het ech
ter te zeggen, hoe zij dit moesten aanleggen.
„We moeten beginnen met ons verdekt op te
stellen", zei Dolf. „Kijk daar achter die struiken
kunmen wjij ons mooi veistoppem. Vlug er hoen,
Voor do inboorlingen misschien terugkomen".
Weidia zat het viertal lussrihen do struiken
gedoken, behoedzaam tusschrai do takken door
glurend en steeds liet oog gericht op den hollen
boom.
Maar lioo geheim zinnig en opwindend dit in
het begin ook was, hot werd na oen tijdje toe®
er nog steeds geen inboorlingen waren komen
opdagen toch vrij eentonig, bovendien i or-
moeieud in hun lastige houding to o'harden.
Eindelijk stelde Dolf dan ook voor, dat hij op
Zjn eentje eens op verkenning zou gaan. Bij het
geringste onraad zou hij ouniiddo'lijk zijn fluitje
laten hooren, waarop dan de drie andore ontdek
kingsreizigers die natuurlijk evenals Dolf met
stokken gewapend waren hem tor liulp zouden
snellen.
Dolgraag was Ans met haar oudste broertje
meegegaan, doch deze b'ocf bij ziijn planalleon
do naaste omgeving te verbennon.
„Als ze maar niet in can hinderlaag liggen",
waagde Ans inog een laatste poging om haar
broertje te vergezellen, doch Dolf zei:
,Dnn kriebel ik zo er met mijn stok wel uit".
In gespannen verwachting kook, het drietal nu
tusscihen de struiken door Dolf na die zij jep
een in huis gehouden vergadering éénstemmig tof
hun aanvoerder benoemd hadden tot hij einde
lijk uit hun geziiolit verdwenen was.
„Als hem maar niets overkomt", zei Tiny be
zorgd.
Och, welnee. Dan zijn wij or toch om hem
to redden", riep Ans uit.
„We moeien maar goed luisteren, of we zijn
fluitje hooren", vond Ilans.
Aandachtig luisterden zo nu, maar nog steeds
vernamen" zij geen sein van hun aanvoerder.
„Gewapend als hjij zullen m hom niet licht
gevangen nemen". Met deze woorden sprak Tiny,
zichzelve en don anderen moed,in.
TLeek wel, of Dolf nooit terugkwam. En da
drie anderen wisten van goon uur of tijl. De jzon
scheen wel op haar hoogste punt te staan. Zou
den zo niet nqjir huis moeten?
Juist waren zij op liet puilt hun schuilplaats
tc verlaten en do richting in te slaan waarin
hun aanvoerder verdwenen was ,toen de laatste
plotseling weer verschoon cn teleurgesteld uit
riep:
„Niets ontdekt. Maar we moeten gauw naar
huis. 'lis al over twaalven".
Haasiig word nu do terugtocht aanvaard. Moeder
stond rcfeds op den uitkijk en vroeg, waar ze
toch gebleven waren.
Toen zij bemoiklo, hoe eclit haar vier oudsten
in hun spel waren, zoi rij maar niet voel (moer
van liun te laat komen, doch merkte alleon op:
„In Afrika is het nu het warmste gedeelte van
den dag cn wagen die mensclien zidh niet buiten.
Komen jullie in 'tvervolg dus wat eerder thuis;
andere houdt jo het niet vol".
Lachend beloofden allen dit en onder druk ge
babbel werd er op de veranda koffio gedranken.
Bert en Liesjo luisterden met apen mond naar
do verhalen en voigaten bijna hun bolerliam op
to eten.
Wat had Bert dolgraag deel uitgemaakt van
het gezelschap ondekkingsroizigcrs. Alleen het be
sef dat moeder zoo „a'loon" met Liosje zou zijn,
als Iilij haar in dan stock liet, deed hem bij ihanr
blij ven om haar te besdliermen, zoodra er onraad
dreigde. Op die manier speelde hij immers ook
mee.
En Licsje? Neen, dio bleef vast bij moeder. Zij
'Mond do avonturen van „do grooton" veel to
griezelig.
Onmiddellijk 11 ade koffie trokken de ontdek
kingsreizigers dien dag voor den tweeden keer liet
Losch in.
Even voor zij aan don lio'lon boom kwamen,
sloop Dolf op rijn teoncin vooruit, terwijl do an
doren bieren wachten, ton einde zoo min mo
gelijk gedruiscli maken.
Dolf dacht de inboorlingen misschien to kunnen
overrompelen.
Doch ook nu was er niemand te bekennen. En
toch waren rij er geweest, want onmiddellijk nadat
Dolf den hallen boom bereikt had, zag hij oen
DER
SM
11
Al
SS' A|J*.S
Ti.
nr,.vX\>*M
VOgOll.
ODD.
I
KINDËR-BU D