EMDE 8IHT KREEE OOK EEHS WAT
m
mededeeling.
SCHIEDAMSC -ÏE COURAIV T
VAN DE
BIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 5 DEC- 1931.
No. 49
Daar dit' 1«l Sint Nicoloasnunimcr is, Zulten
Wij do volgende week weer mot „Het Neefje uit
Xndiis" voortgaan.
't Was in den middag van 5 December, en 'twas
Zaterdag. Dien avond aoti SJ. Niaolaiais Zijn jaar-
Mjtecb, bezoek brengen in do huizen en vol kin-
doren met zijn geschenken gelukkig maken. Docli
in het kleine huisje, waar da weduwe Smit met
haar twee zoontjes woiondo, aon da Sint niet ka-
van daag maar weer. met con tiental mandjes*. 0$
ui (gol rokken.
'LZo-u toch' wel vrcenul zijn, als' hij1 dien dag
weer niets verkoeld, dacht li'ijl Uüji, Jan, ging dien
namiddag alleen; Gijkjo, die org lilocstte,- en nok
niet heel sterk was, meest thuisblijven. Daar zat
hij nil, met zlijn bleek snuilje togonn liet venster
gedrukt, te kïjik'cn naar do sneeuw, die in dikke
vlokken neerdwarrelde, en liüjl vond het blijkbaar
lang niet prettig, toen zSjla moedor tot hiem sprak:
„Niet voor hel venster staan, ventje. Ilct tiocht daar
lo veel. Ga liever Mj tafel zitLen, en vCochit een
mandje".
,,'k \7il liever naar de sneeuw kijken, moeder",
pruilde Gijlsje. „Die ligt al zoo lilopg, moeder
Fn wat waait liet, hè?"
,.!a„ Gijls", zuchtte do vrouw. ,,En die arme
Jan z'al in dit weer wel geen mandje kunnen ver-
men. Dit lind vrouw Smit reeds den vorig en avond
aan G'ijlsje en Jan verteld, teen Zijl met e jongens
bij het roestige potkacheltje do mandjes za;en te
vlechten, waarmee de jongens, op! hun vrije mid
dagen, langs de straat moesten vonten.
Soms verkochten Jan en Gijls, die negen on
zleven jaar end waren, hun gohoelcn voorraad,
s'oms geen enkel mandje.
Dit laatste was ook weer oonigo dagen geleden
gebeurd. Schreiende waren ziijl toen thuisgekomen,
wel wetende, dat moeder nu geen eten zou kunnen
koopen.
Maar ondanks deZe teleurstelling wa|s Jan er
koopen
„Dat zal hij wèl, moeder", zei G'ijsje beslist.
„Want er zijn ook kinderen, die veel liever oen
mandje dan oen schoen onder den schoorsteen)
zetten, omdat daarin veel meer lekkers kan
Maar dal zlijln inhalige 'kinderen hè, moeder? En
ik zou al heel blij zlijln, als! ik wat in één. van
mijn klompjes kreegEven zweeg Grijs joblij,
voelde, dat i|ij zou gaan huilen, omdat do Sint niet
b'ij hem zou komen. En'huilcn wilde hij! niet; pij
slikte daarom een traan weg en begon daarna;
weer: „Z,ou Sinterklaas al in de staal zlij'n aan
gekomen, moeder?"
KINDER BI.AD
E
ai