het mm ;htlbchtje. De Bremfee. om verkeersagent die ziijin ha,nd opstookt; daar slaat eon oude liefcs mot opgeheven bezcta en die, epn eindje vorder, is nog oen oehta spring- in-'t-veld". ^.Ta, ja, u maakt er miahr Avat vatt", zei li,et boertje. ,i,Gel!ij!v lioefl do schilder", dacht do oudo wil ge- boom, al voinfl bij 'het niet prol tig, dat zelfs de mcnschen begonnen te ziein, dat bijl oud on, riiou- matiseh aauis. (Nadrak verboden). 1 (Slat uobjl). (Een Bretonsch sprookje). In Païrnpol woonden eens tAvoe Avciezfon. Waren tweelingen en hoewel zij pas A"oertien jaar oud Avarert, moesten zijl met hard Avcrlcetn don kost verdienen. Dit begon Yvon, zoo haatte de jongen te A'ervelcn, Op een zomeravond, lom h'ij zijn zusje, Gait, beiden vermoeid auiu 'tdagwerk, tus- scben do bremstruiken aHjjer hun hut uitrustten, Idagadio hij1: „Waarom moeten Avij toch zojot bard Avorken Waarom hebben Avijl geen ©ten, als Ave niet AA'erken?" 1 ,,(Iïó, ja, hadden Avij maar lederen dag zóóveel geld, dat avo daarvoor eten konden koopen. Dan Avaren avo rijkzuchtte Gait. Nauwelijks had zo lit gezegd, of er stond oen in gele zlijdp gehulde fee naast 'b,aar, die tot baar sprak: „Als ge Areor müj dit kistje Wilt beAvaren, geef ik j.G als belooning een beurs, die zich iederen ceer opnieuAv met zóóveel geld zal' AuiUen, als go dien dag voor hot fcoopen van 'vpedsal noiodïg mbt, en oo; nog vodr kleerem, ton minste als diie, Acolke gjij nu draagt, versleten zijn. Uier is die beurs, en ook hot kistje, dat giiji nimimier moogt openen. Doodt go dit, dan blijft de beurs vocnf altijd ledigJ- W'cl begrijpende, dat het da bremJfee nu zijn, die daar voor hen stond, beloofden do twe$: lingon liet kistjo nimmer to zullen openen. Z$'< kregen dit toon, ook de beurs enverdwen#* Avas weer do fee. Waar in da beurs zat geld, zoodai beiden reeds den volgenden dag heerlijk! kc luieren. j i 1 i f Docli na vele dagen begon Iblcfc nietsdoen beidel tocli te vervelen, zoodat, toen zij op oen morgaN a voor lui tusschen de brems truiicon lagen. YvoaÊsi, begon: „Zog-Gait, als we eens zooveel geld in w; beurs Arenden, dat av,o naar de groote stad kontkü gaan, of varen op cte groote zee, in eten groot mooie hoot1 f „En dan prachtige, zijden kleeran konden kon pon", viel Gait in. „Nou1, en dat kistje bermt beshfe een grooten schat. Want 'tis zóó zrvaar1 „En 't gaat zoo gemakkelijk open", hernam Yv« „Zouden avbj het eens' „illteel, heel wen dan", zei Gait on ze naar huis en haalde bet kistje. „iffiier is het", sprak z©. „Durf jij) YVon?" Da 'ongon knikte on nam' het zoor zJAvanj 'kistje. Doch namvel'ijks Iliad blij het geopend, of i t on ook Gait violen om van schrik. Want daaruit? sprongdo brem fee. Niet moer vriendelijk, doch Avèl Ihietel streng,fa spTak toen de fee: 1 „Beiden bobt g|o da belofte, aan m!ij gcdiuui, g'ebroken, door liet kistje te openen. Vaar straft' zidl ge vanaf dit oogenblik geen gehl meer in <te beurs vinden. Ledig zal ze Areortaan blijven". To®J z!ij dit gezegd had, vprdwaen de fee; nimmer1; zagen Yvon on Gait haar tprng enziij| moestem Aveer mpt hard Averlcem !b|urt kost verdienen tante: (Nadruk verboden). I i 's Avonds als Avij slapen gaan, Steekt Hlari© een lichtje aan; 't Brandt zoo stil en haal den nacfjf Jiioudt het over ons cle wacjht. 'tLichlje zegt: Wieest maar gerust. ll'eeft Moies je goênacht gekust, m' Is Marie Avaar na'air besnteên, Ik Wijf hier; jk ga niet Ibprn. i Sluit je oogjesi nu rnaar dicht; In cle kamer straalt müj'n licht Met e.en glans zo,o zacht en rein Nooit kan hot daar donker zijn. - i hërmanna. j?

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 2