INDISCHE KROMEK.
Schiedamsche Courant.
„Net een bord snert", maar groen en groen
is twee. Het spel der schaduwen. De legende
van het eeuwige blauw. De Gedeh werkt.
De mensch en zijn omgeving.
MOORD OP ABBOTSHALL.
Mijmeringen.
Werkzaamheden in den
volkstuin.
Batavia, Sept. 1933.
Dfej meeste menschen misson d'o gava
Jojra iiicih snel te ariënteeretre en zoo> kan
Ihiet gebeuren, dat iemand jaren lajng in een
toqjaal.de streek woont zander or ooit iets
rotor van to tobben goden dan zijn dago-
lijfescto work meebreng!. Indië is ongelooflijk
mood, docb te velen, die bier women en
sJeüfa zicto |V|ootrstellen te blijven wonen,
tobben dit nimmer opgemerkt.
Speenhof! toeft ma zijn reis gezegd', dat
Indië net een bord snert was, altijd warm
en altijd' groen en do juistheid daarvan is
niet te ontkennen. De Vergelijking toont ech
ter, d'at onze dioluter-zanger de gave van
IHet zlien Van do natuur ton oenen male
ïnist.
Indië is altijd' groen. Inderdaad. AVjj kon-
njem hier geen horfst en winter en lente,
als de hoornen weer groen worden. Wij
tobben hier alleen een 'natten en een dro
gen tijd', maar hoe anders ziet de natuur
er in d'io maanden uit! Groein, dat weken
Sin do zon heeft geblakerd, zender dat
d'at een Verfijissctond drupje wat verade
ming bracht of groten ina dat eoni goede
slagbui alios lieoft schoongespoeld' en. wat
dor tem oud was van dc hoornen heeft ge
slagen. Groen ïin de landen langs de kust
met de brooiïng van do lucht, dlo niet
weg kan trokken, of groten op do lioog-
fvüaktm en d'o borgen, waar eiken nacht
|een koele navel neerstrijkt en alles wat
plant ten bootm is den volgenden morgan
als herboren d'otet zijn.
Groten on groen is niet twee, d'ocb on
eindig Veel on wie ziert wil on zien kan,
zoools zij sbeodts oen minder intogrccrend
dOel uitmaken hij don indruk van een
landschap dan iln Europa Lawaaigbeid is
geen karaktertrek v&n don inlander.
En hot spel van groen houdt aan. Zijn
er eorst diepe schaduwen, als de zon on
der een hoek do aarde verwarmt, het
hooger aan d'en homed komen doet- don
ziwarton ondergrond1 van die schaduwen
steeds meer verdwijnen.
Hot groen wotrdt helderder, feller, het is
alsof het intenser uit de bladen gaat sto
len. Het goud' van de zon verdwijnt, do stra
len hebben geen tint meer, het kleuren
spel wordt eenvoudiger, harder. Rots en
bosch en daken en water krijgen scherpere
kanton. Een onzichtbare hand heelt alles,
wat de zuivere lijnen verborgen hield, weg-
gev'aagd.
Dan wordt liet uitzicht hard. Het spel van
schaduwen is verdwenen, omdat de zon
bijna loodrecht aan den hemel is geklom
men. Er komt een gevoel van even be
drukt te zijn, alsof iets zwaars uit den
hoog© daalt, zonder dat wij het zien. Hel
schelle blauw van dc luchl, de vormen
Van alles wat vooir ons is de hardheid van
het stuk loven, dat i'n de onmeodoogend-
toid van een vruchtbare natuur vocir ons
staat, worden tot een tegenhanger van wal
enkele uren ".elecldn te zien was, lo_m de
schemer e het verschieten van gouden
stralen ee i rousaohlig sproa&jebloomeol
deed' vermoeden.
Wie dit opgaan van do zoin en het stij
gen heeft gemaakt van ecu punt, vanwaar
hij niet alleen van can berg in een dal,
TWEEDE BLAD
ZATERDAG, 21 OCT. 1933. No. 20471.
(spel van zon en licht, vaM wolken' en
kleur, dat zich in eeuwige wisseling aan
ons aog Voltrekt
iWij hebben alleen do moeite te Woman
tot te willen zien.
moet zijn behagen vi'ndeia in deze ctnein- j doch levens de zee kon zien, zal naast
digle Verscheidenheid van kleuron. Groen
Van dien palm of groen va'n de struiken
groen van de tjemara at groen vaar de
loietkanvillo. En om het verschil te zien,
is het werkelijk niot noodig om maand®,
ja zelfs niet om weken te wachlan. Wie
slechts eenmaal in de bergen heeft Ver
wijld op leen plaats met een ruim uitzicht
tot diep in het dal en hij' heeft daar
op leen morgen de zou zien opgaan en do
tinten aanschouwt totdat tegtin 12 uur het
dansen van de lucht het vergezicht in1 Gil
ling dOed komen ön alles vervaagde, kaïn
oVotr het „groene" Indië meepraten.
Eerst de nevel. 'Als de nacht aan het
wegtrekken begint dit gaat snel, evenals
Sn dten aVctad het invallen van. de duister
nis wordt de kam Van de borgen evelni
licht, d'an blauw, dan oranje tot fol rood.
Plotseling schiet een straleinbundel van
goud' d'oor dm nev'el heem, die zich 'nog
niet gewonnen geeft en soms d'en rijzon
den dag weer evlen doet verdwijnen. Maar
die gouden stroom zwelt aan, straalt langs
de helling omhoog, slaat dan oVer den
kam heen, totdat de zon zelf boven do
bergen uitkomt en d'en top aaln dö zijde,
waar wij zicht op hebben, in gloed' zet
Van goud' en groen, van het bruin van de
rotsen en het dojnkor v'are spleten ere klo
Won. Een enkele boom komt soms vreemd'
jeu eenzaam uit, tegen den steeds heller
wordenden ach tergrond. Dan vluchten de
nietvels weg, ©en enkele blijft nog even han
gen, in eön dieper stuk, achter eefre uit
steeksel, waar de grauwe tint de boomon
len struiken, welke het Verborgen houdt,
donkerder doet schijnen dan de werkelijk
heid' wel is.
De zou blijft stijgen, en als ©an waterval
sahiuivlen de stralen van den top van den
Berg af.
Sawahs toornen zich, soms fel groen,
soms gooi Van de rijpende paddi, kampongs
worden zichtbaar in het aansterkende licht.
jHiocidetrtgeblaf klinkt va'n verre, doch gei-
luidtefn van nvdnsclieln blijven nog vreemd,
Een Detectiveverhaal,
loor PHILIP MAC D'JNALD.
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
60)
Ik neem nu even aan, dat Digby Coa-
tos om 11.03 do studeerkamer verlaat.
Nu het alibi. Aten zal zich herinneren,
d'at Digby Coates een paar minuten over
tien zich in zijn zitkamer had teruggen-
trokken. Het was warm. Hij opent liet
raam en laat ook do deur open, om wat
lucht te krijgen. 'Op de deur prikte hij
©en papiertje: „Aan het werk niet sto
ren".
'Om 10.15 komt Deacon en vraagt hoe
laat het is. Digby Coates liep in de ka
mer op en neer en Deacon, die het briefje
met ziet, vraagt het van uit do gang.
Zeven minuten later zag Relford', toen
hij door de gang kwam, Digby Coates in
de deur slaan.
Het eerste, wat wij hierna hooren, is
door Elsie Symo, oen van de dienstmeis
jes, die „sir Arthur zag zitten in zijn
grooten steel bij het raam," toen zij langs
d'e deur kwam.
Dit was, voor zoover zeker kan war
den aangenomen, niet meer dan vijf mi
nuten, nadat Belford voortgoloopeii was,
dan 10.57.
'?afrila komt een ander dienstmeisje,
'Mabel Smith, lie gewerkt had in de lin
nenkamer, welke tegenover Deacon's ka-
er 1S- Z'J had' opgemerkt, dat sir Arthur
een gcslage wisseling van tinten op bet
land, oak hot aanlioudond kleurvera,nderrn
hebben opgemerkt van do zee, die in liaar
feeuwigo beweging het licht van do zore
'telkens onder ©an anderen hoek weer
kaatste.
Zieker, Ind'ië is groen, maar do donna-
hoioiineai in Holland' zijn het ook cn de
heide is grauw, behalvio daa in den kor-
llm tijd', dat de Erica zijn blauw-roole
teekemng tusscheire d'o gele vlakten za,n 1
icire het bruingroen van do taaie plantjes
liegt. Maar is do heide en zijn de dcnncin
daarom minder mooi dan een eik, die
in dan herfst zijn groen voior can gcol-
goud'-bxuni kleed verwisselt ©n het dare
laat Vallen om in den winter met naakte
takken te prijken, d'io "3©'verlatenheid vain
dan boom, van eon gohoelo strook in het
zich naar omhoog richten te komman,
scliijijnein te geven?
ITiet heet ook altijd', dat dc hemel hier
constant blauw is, hardblauw. Doch wi©
tegen het dalen van do zon aan het einde
Van dien AVest-moesscire de dooroanschic-
tend'o kleuren heeft gezien, die door het
snelle dalen van do lichtbron soms a' in
golvten schijnen te bewegen ©n wolken als
in een zoeklicht van vele fc-Uo liinton zet
ten, totdat van onderop een lichtgrauw,
d'at snel klimt, den dag als het ware onder
oen dicht waas bedekt, die dat gezien
etn genoten heeft, zal van de legende van
tot eeuwige blauw genezen zij'n.
Doch hoe weinig monsclien kunnen zien
en opmerken!
Dat is dezer dagen weer eens merkwaar
dig gebleken. Buitenzorg ligt tusschan twee
bergen, don Salak ©re dein Gedeh, beide
vulkanen, d'och die in geen (ientalten van
jaren iets van zicli hebben laten merkein.
Nu kwam plotseling liet bericht, d'at de
Gedeh werking vertoornde. Menschon, die
d'aar in da omgeving optrekjes hebben om
Batavia tijdens een weekend to ontvluch
ten, werden zanuwaohüg. De Gedeh
werkte!
Het was dan ook om te schrikken! AYairet
zij wisten niet,' dat de Godeh aanhou
dend werkt en er steeds een lichte rook
pluim uit zijn krater komt, die merkwaar
digerwijs, niet hij den top, doch op een
tamelijk Veel lager gelegen-plateau te vin
den is. Wie vian Buitenzorg inaar Bandoeng
rijdt kan bij het bestijgen van dein
Poenljakpas, die tol 1650 .meter gaat, op
drie plaatsen duidelijk de wolleen zien, ten
zij de achtergrond' door een liemeldek van
gelijke kleur wordt gevormd. De Gedeh
werk altijd', doch iemand, die reeds meer
dan 15 jaar elkê week den Poentjakpas
passeert, had' d'io',wolk nog nimmer gezien!
Bewoners VajroBui len zorg, die daar vol
komen ingeburgerd zijn, hebban hef nooit
opgemerkt en zij' verbazen zich waarvan
daan tochde zwavelucht komt, die op
so-mmig© avonden soms tot 't sluiten van
da rumen dwingt.
Indië is wondermooi, doch hoe weiuii-
gen weten het te waardeeren, hoe weini
gen weten da schoonheid te vinden. Reizen
staat Voor te velen gelijk met zicii langs
asfaltwegen van het eene groote hotel
naar ©en ander groot hotol laten voeren.
AVie neemt de moeite een kampong door
4q wandelen, tochten (o voet te maken
langs glibberige' sawahdijkjes cn myste
rieuze binnenpaadjes, om over bruggetjes
van twee bamboes, waar hij met zijn
schoenen aan.'«'zijwaarts op voort moet
schuiven, zijin weg verder fo vindon? Iloo-
veel Europeanen hebben een snclstraomcn-
den kali overgestoken op een bamboevlot
van ©en halveirimeter breed ©n vtelo meters
lang, dat ©erst togen den stro-om wordt
opgelrokkcn om dan, draaiend en soms
in stroomversnellingen hoen ©re weer ge
slingerd, den overkant te bereiken? liet
geelt wel eens ©en paar matte voeten, cn
liet kost wel eens moeite te blijven slaan,
zocdat het beste is de methode vare do
bruin© medepassagiers Ie volgen ere rustig
op zij'n hurken te gaan zitten, maar wat
kan dat een natuurliefhebber schelen.
Is het bijv. geen studio waard om een
inlander Ln> zijn kamponghuis zon liooi!i|k
rustig 1©. zien liggen in een houding, welke
een Europeaan goem minuut zou volhouden,
doch di© kampongman ttm juist voor zijl
rust heeft uitgekozen? De lenigheid' van
zijn lichaam doet hou spierciiionlspannng
vindon bij een buiging, welke ons juist
zou vermoeien. Doc.li wie let op zulke
dingen? Welke Europeaan, die niet in dc
cultures werkzaam is, kent liet gezang
v'niu ttoopJuksters als zij' in haar kleurige
baadjes haar werk verrichten, tonvijil liet
zwakke gelu.d' van de ijle stemman zooi
wonderwel bij de rust v'an de natuur
schijnt aan 1© slhiitoii?
Karbouwen zijn gewoonlijk alleen bekend
als geweldige obstakels op de wegen, waar
zij bat snelverkeer vare de auto door hun.
logge lichamen in gevaar brengen, doch
wie kent zc in hun gewonen „doen"? Is
hot geen wonder den kleinen poedelnaakten
jongen te zien, die op dein rug van het
geweldige beest zit om het te leiden, als
hij niet in slaap gevallen is ©n rustig
v©ontslaapt, terwijl de karbouw verder
loopt ore Iri de cadans vare zijn gang, zijn
„baas" nog vaster ire don. dommel schijnt
t© wiegen?
Er zouden dikke hoeken te schrijven
zijn over hetgeen toeristen en monsolian,
di© de kunst rare reizen niot verstaan,
niot zien.
Het is jammer, niet alleen omdat soliaom-
Ivcïdsscnsalies worden gemist, die blijven-
den indruk kunnen maken, doch ook Voor
d'ein naam van dit zeldzame land, dat nog
altijd niet don roep heeft, welkön het
'verdient, wegens zijn ongerepte natuur,
d'e vereonzelving van de landelijke bevol
king met haar omgeving on het wondere
In de mist.
Het is al bijna oen halve eeuw gele
den, dal we ia de laagste klasse van eern
lagere school zaten. Wie in onzen lip
hoort en ziet, welko oisdven gesteld wor
den aan do leslokalen en aam het leerma
teriaal; misschien ook wol aan do onder
wijzers, wil het onderwijs hij do jeugd
zijn doel bereiken, en die can en ander
van vóór een halve eeuw zich nog herin
nert, die verbaast zich er Over, dat luj het
nog lot iels in tie wereld gebracht heeft.
Hoe ver die tijd al achter ons ligt moge
blijken uit oen herfstlied, dat wij, kinderen
vaii zeven—acht jaar, op den bekenden
cadans, regel na regel, uit ons hoofd loer
den en waarna de eerste twee regels
luidden:
dlgen kan. Ook! de mist duurt niet altijd.
Wel kan lijf in late najaarsdagen lang aan
houden, maar*liet einde komt. Dan kan
hot wezen, dat zoo op eens cte wind' opzeit
en dra allen mist wegvaagt en we de zon
weer aan den hemel zien staan. Volop in
haar luister. 1
Het einde komt toch. Want niets en nie
mand heeft dp dit ondermaansche con
blijvende plaats. De voorspoed niet ©n da
tegenspoed niet. En ook do mist niet.
Hel leven gaat voort al den dag. Er zijn
menschen noodig o|m Hat levente dasia
doorgaan. En wijl hebben de roeping om
in onzen lijd dat leven te doen doorgaan,
Door te arbeiden en te rusten; door vreug
de to doorleven en ook droefheid. Door
to zorgen, maar ook eens uit do ziorgon
te wezen. Want zoo is het leven.
En als wc zoo het leven dragen door
onzen mistigon Itijd heen, misschien aar
zelend on voetje voor vodje, dan zuilen
ook wij zonder liet misschien bewast te
voelen, door het leven gedragen worden.
Gedragen, zelfs dc»or den mist heen.
.T. NAGEiL.
zat in zijn kamer." Het was, schatte zij,
cn bet werd beslister verzekerd door Elsie
Symc, di© wist, hoe laat zij de kamer
van hot personeel had verlaten, tusschen
11' en 11.01.
Nu komt Belford weer. Herinner u, dat
hij in de studeerkamer kwam op oen oogon-
blik tusschen 11.03 en 11.04. 'Op zijn weg
van de bovenste verdieping passeerde hij
Digby Coates kamer en „zag sir Arthur bij
het raam". Daar hij regelrecht naar dé
studeerkamer ging, kan hot oogenblik, dat
hij Digby Coates deur passeerde, niet vroe
ger geweest zijn dan. 11.03.
Hierna komt woer Pilsje Symo. Nu is
zij op weg naar bed1. Door do gang loo-
pend', „zag zij sir Arthur zitten bij' heit
raam". Het kan niot later dan 11.06 ge
weest zijn.
Tenslotte d'o ouda Poole. Nadat hij de
studeerkamer was binnen gegaan, ómdat
hij miss Iïoodo hoorde gillen, was hij naar
hoven gerend' om den vriend van mr.
lloode te halen. Hij vond sir Arthur, die
met een boek in den leunstoel bij hot
open venster zat. Daar miss Hoodte do
studeerkamer binnen kwam, ongeveer 11.10,
was dit dus ongeveer 1T.13.
Dit is' het alibi, en het is goed te
goed.
Ik wist, d'at hij do moordenaar was.
Dus moesten enkele van d'io getuigen, die
gezworen hadden, dat zij hem zagen, mis
leid zijn.
Een voor oen ondervroeg ik de drie
van het personeel1. Ik zei: „jo zag sir
Arthur zoo en zoo Taat in zijn kamer
op don avond van den moord en diat liij
„Het woud heft zijn verstorven top
In donk'reu mist en nevelen op".
Dat was nu wel geen kindertaal, maar
wc beteerden het, waaneer we langs liet
mot haoge toornen omzoomde water des
middags, als do liorfstschemeiing al was
gedaald, huiswaarts gingen. Wc zagen de
kruinen der hoornen niet meer. In donker
reu mist waren die verborgen
'tGaat nu weer herfst woiden cn weer
komen de nevelen vroeg in (Lm morgen en
in den avond het land bedekken. Wat
is de wereld dan klein. Wo kunnen micd
ver vooruitzien, maar enkele met rs. Dan
heeft de mist een grauwen muur opgjlrok-
kou, die evenzeer het doorzicht belemmert,
als een muur van steen
We welen, dat hel nu zóó L in heel
do wereld om ons heenwat loeft ons
menschen wereldje in den mistwat is int
uitzicht bepcikl en voorzcover hot nog
niet beperkt is, zonder licht, zonder le
ven, zonder zon.
Het licht is van ons gegaan. Missdren
voel te weinig gewaardeerd, toon we het
bezaten; voel te vod aanvaard als iets
vanzelfsprekends. Maar 't ging van ons
heen. 'tls wel geen duisternis, waarin wo
leven; maar 'Lis de mist
We hebben geen uitzich'. Dat gemis
weegt het znvaarsie. Leed, dat man mot
den dag kan aftellen wordt lichter gedra
gen dan leed, waaraan geen ©inde komt
Twintig jaar ge vangen isa'raf ,s m meer dan
óéu opziciit minder zwaar dan ievcnslagc.
We weten niot, wanneer het einde komen
zal van de mist, omdat wo geen uitricht
hebben. Wisten we het maar erin, twee,
drie jaien nog, wo zouden gren aansporin
gen noodig hebben om ons te oefenen in
soberheid, om den moed er in te houden
cn wat dies meer zij - we zouden I röcllts,lamKg j,a t1<M1 hgk gepoot. Daarna
ades van zelf doen, omdat iedere dag I b
aftelt naar liet einde. En hel is juist dit,
nat het zwaarste weegt: tiet ui zicht is
we?
Nu loopen wc en we dwalen. Wat al
ongelukken go=chiedon bij mi-dig weer. Trei
iieu botsen; auto's rijden tegen elkaar. Er
komen docden en gewoiden Menschen ra
ken van den weg af; zo vallen in liet water
en verdrinken. Alles, omdat het uitzicht
gemist wordt.
Een oud spreekwoord zegt: besturen i->
vooiuitzien maar hoe zullen z'ij die daartoe
geroepen zij'n rogecrem, als hun 'het ui'zicht
is henomen,
AYc vragen: wat zullen anzo kinderen
worden en we zijn van ouds gewoon ora
de vooruitzichten in ambt of beroep na
to gaan. Hoe zullen do ouders hot zoo
verantwoordelijk werk van de beroepskeuze
kunnen volbrengen als de vooruitzichten
verduisterd zij'n.
Zoo we zoudoa rog voel meer kutm n
noemen leven wo aan allen kant ju
den injst. We worden onzeker. We worden
bang.
Want bij kan moedig blijven; kan blij
ven dragen, die leeft uil eein verwachting
uit een vooruitzicht, waarvan hij weet al
thans vast gelooft, dat hot zal verwezen
lijkt worden.
Men zal zeggen en terecht dat
is al heel weinig bemocd gend Dei vraag
is niet of het bemoedigend, maar of het
juist is. En de juislho'd is onaanvechtbaar.
Toch is er nog iels anders dat bcmoe-
in zijn stoel zat bij het raam. Ben je
er zeker van?"
Zij zeiden: „Ja, sir" en zeiden het met
nadruk.
Toen speelde ik mijn Irocfkaart uit. Ik
deed het met oen zekere angst: als do
antwoorden niot waren, wat ik verwachlte,
viel mijn theorie in elkaar.
Ik zei: .„vertel mij nu hoeveel precies
zag jo van sir Arthur? Ik bc-doel welke
licliaamsd celen."
Toen kwam, .nadat ik hen op weg ge
holpen had, maar mot overtuiging, hun
antwoord, dat al wat zij gezien hadden,
was de kruin van zijn hoofd, een stuk
van zijn pantalon, en d'e zolen van zijn
schoenen.
Belford, die een verstandig man is,
voegde er bij: „U begrijpt, sir, wij zijn
er allen zoo gewoon aan om sir Arthur
zoo te zien zitten en in dien stoel, dat
wij natuurlijk denken, dat wij hem dien
avond heclcmaal gezien hebben."
Ik sloeg aan het denken. Ik ging naar
Digby Coates too en praatte met hem.
Ik keek, nauwkeuriger dan ooit tevoren,
naar zijn hooid en kwam tot do con
clusie, dat hij kaal was, maar dat hij
de meest-kunstige pruik droog die ik, ooit
gezien had. Ik herinnerde mij, dat hij mij
verteld had, dat hij nooit een kamerdienaar
gebruikte. Ik stelde mij hom_ voor hij
is or het tvpo voor als iemand, voor
wion do gedachte, dat iemand anders zou
ontdekken, hoo onsmakelijk hi) er uit zon
zien, zonder zijn haar, afschrikwekkend
Was, Na begreep ik, wat hij gedaan had.
Hij heeft een tweeda pruik deze vult
Late groenten cn Brussclscli
witlof.
Nu halt October achter den rug is nomen
wo oak in d'en moostuin onao voorzorgs
maatregelen, opdat inu te verwachten nacht
vorsten ans niet luuinua verrassen.
Aindijvic, die volgroeit is, wordt hij'
droog weer opgebonden, on wat niet grooL
genoog is om op lo binden brengen wo
met kluit over in eön bak, opdat wo ©r
zoo noodig glas over kun,non brengen.
De laatste tomaten plukken wo af. In
dien ze iniot rijp zij'n leggen we ze voor
een zonnig venster, waar ze nog na zul
len rijpen.
Do late prinscsse- en snijiboanen heb
ben geducht geleden, van den wind; waar
nog wat te plukken valt daan wo dit ge
regeld, daar hoornen bij liet ©orslo macht
vorstje al weg zijn.
Aan hot einde van dozo maand nemen
wc ook liet Brussclscli witlof op. De wor
tels avorden voorzichtig gerooid, waarbij
wo do bladeren ©etnigo c.M. bovdn don
wortelbals afsnijden. Ook het dunne uit
einde der wortels sinijden we af. AYo kun
nen de wortels apkuilcin, waarbij we zor
gen, dat ze togan strenge vorst voldoende
gedekt worden mot eau laagje aarde <*f
ruigte. Ook kunnen wo de wartels direct
opplanton om zo te forceeran. Zoo kun
nen we zo opplanton in een niet te lagen
bak. Do wortels worden op 4 c.M. onder
linge afstand' on met de kruinen gelijk,
wordt een laag fijne aarde, turfmolm of
zaagsel, tor d'ikto van 20 a 15 c.M. aan
gebracht, waarin do kropjes zich kunwen
ontwikkelen. Om den hak brengen wo een
dubbelen wand aa'u niet een tussclianruim-
van 39 c.M. Deze ruimte vullen ave met
droog blad, turfmolm of zaagsel. Met ©en
dergelijke koude werende laag omgeven
we ook do andere bakken, die wo vorsl-
vnj willen houden. Do wortels vain het
Brusselsch witlof mogen niet iin het water
staan, daar dit de groei belangrijk zou
tegen houden. Daarom mag do bak iniot
lo laag zijn.
Ook in don vrijen grand kunnen we witlof
forceeran. W© handelen dan als in dein
bak. Om een snelle ontwikkeling der krop
jes te bevorderen kan men over en om de
bovenlaag riüg een laag versche paardein-
mest, droog blad, of ander broeiend ma-
teriaal aanbrengen.
Tenslotte kaïn mein ook d'o wortels in
een kist plaintein en deze in ©en kelder,
of andere donkere ©tl niet te droge of kou
de ruimte plaatsen. Op deze wijze krijgetni
wo geen vaste kropjes, maar losse blade
ren, die echter evön goed te gebruikdre
zijn. 'Alledn in het donker blijven do bla
deren witgeel on worden niet te bitter.
hij op mot -een zakdoek, en plaatst haar
op een stapel hoeken op do zitting- van
den stoel, zoo, dat juist alleen het haar
te zien komt boven den rug van den
stoel. Een paar broekspijpen, een beetje
opgevuld en om de voorpooten van den
stoel hoen en oen paar schoenen, vol
tooien do schilderij.
Wanneer eindelijk het oogenblik geko
men is, laat hij het zijden koord, vast
gemaakt aan do draaibank, uit het raam
naar beneden, on laat zich zakken. Pen
paar minten later koert bij langs dezelfde
onzekere trap terug.
Ik heb weinig moer to zeggen. Nog
een onkel woord. Ik begrijp, dat het on
mogelijk is, Digby Coates ter dood te
veroordeclen, alleen op grond van wat
ik heb uiteengezet. Ik weet, dat de laat
ste doelen van hot rapport slechts gissin
gen zijn. Maar ik weet, dat, als cr bo
den ten dage gerechtigheid in Engeland
is, ik genoeg had verteld van do ware
geschiedenis van John Hondo's dood om
de onmiddellijke invrijheidstelling van Ar
chibald Deacon gedaan to krijgen.
Ik weel, dat Arthur Digby Coates schul
dig is. De oenigo manier om hom voor
het gerecht te brengen is: mijn werk den
steun te geven van een bekentenis van
don moordenaar zelf. Ik ben van plan
deze te verkrijgen.
Ik kan niet anders gelooven dan dat,
indien ik slaag, mijn werk voltooid is
cn do instemming van do meest scepti
sche menschen verzekerd' is.
A. R. GETRHYN.
Hoofdstuk NUIil.
De goede fee komt op.
1.
De maaltijd was d.on avond voor de
zusters een sombere bezigheid'. Op den dag
had Archie pijnstillend nis zij is, haar
soms bijna vioolijk gemaakt, maar van
het oogenblik af, dat zij de kamers van
den assistent van den grooten Marshall
haddon verlaten, was haar opgewektheid
langzamerhand beginnen te zakken.
Van de twee leed Lucia misschien het
meest. Zij was ouder. Zij bezat niet do
onervarenheid, welko Dora in slaat stelde
om de geruststellende beweringen van ad
vocaten en dergelijke volgens hun norm-
male waarde te aanvaarden. En zij leed,
ofschoon zij het nauwelijks zich zelf wou
toegeven, door een complicatie van ang
sten.
Do avond werd hoe langer hoo boozer
cn tegelijkertijd' ovenzoo Lucia Lomcsurier.
Zij voelilo iels van verachting voor zich
zelf. Moest oen vrouw van dertig hemel,
wat een leeftijd niet meer gevoel heb
ben, moer tact, wmter baar jonge zusje
zoo'n groot verc had, terwijl zij slechts
de helft van ha.ziel afstond voor liet
werk van troosten? Mocht zij wel—zij',do
vrouw, (lio bijna een vrouw op middel
baren leeftijd was mocht zij wel tob
ben op een oogenblik als dit, over een
onbeteekenenden twist met oen man, dien
ze nauwelijks kende? Maar, maar wel,
hij kon in ieder geval toch geantwoord
hebben op dat briefje, als hij niot kon
komen? /Wordt mirvnlndl
"DER