u
I SCHIEDAMSCHE COURANT [j.
Joostje en de groentesoep.
Eerste sneeuw.
VAN DE
No. 4
"BIJVOEGSEL VAN DE RGHIFOAMSCHE COURANT VAN 8 NOV. 1933.
O
(Vei'volg en slot)*
Jaj, dat weet ik! nog best, hoar _ze Jaostja.
jMaar toen lagen die worteltjes niet in de soiep
JEn, zijn wij dan niet gezond en -«Jzaam?
vroegen de doperwtjes.
,Kn toen je ons op een dag naas een ha ring
zagl liggen en je moeder den haring op de roue*
tafel neerzette, wie vroeg toon hot alleraaiw.©.
„Moadorj, krijg ik qak eon slakje uit ^fraog
kleine ,uitje.
ai, dat vroeg ik' ook", stemde Joostje (,oe „Maar
toen lag je niet n do scop. Jo lag lopn naast den
hainr"*, en je smaakte zoo lokker zttui
JJZuuv o1 niet zuur"), zei het uitje. „Een ui
blijft aJtjjfl een ui. En zelfs afleg je ons in jam
olt siroop, onzen heerlijken geur behouden wij
altijd".
,iGa heon'„ jij met je iicerlijMen geur", bromde
Joostje Ti ij dig.
En mij pinkte je), toen ik aio.gj in het pbtoirlelie-
b'ed stond", vertelde een takje peterselie
„'Lag je toen in de soep naast dion ui!, dan
zou. ik je stellig niet geplukt hebben. 'zei
Joostje.
..Maar van mij hield jo toch altijd heel vee?,
Joostje", begdu heel vriendelijk tfe bloemkoiotl. I'Ein
ik lag toch oojk' in de soep, die je niet wilde ©ten".
„Ik houd nog heel veel van ja"', zei Jaostjo.
yGastooid on emt een sausje lfcdéklj, smaak je
heerlijk'. Maar je lag zoo aioht hij die akelige,
dingen, die zoo naar ruiken, en daarom! at ik je
niet
„,C|, hij bedoelt ens", riep v'roiolijh hot kleine
uitje tot de stukjes ui en dei'preitjj.es.
Do prei kroeg, toen opeens aak een vrcialijke bui.
Zo begon te dansen en do andiord preitjes dans tem.
op hun van Klaas Vaak geleende voetjes1, !ni|Ot
liaar mee 1
En do ui, die al heel uiig van zidhaclf Was(
werd door hun 'gedans nog uiiger, en wol ma.
dat hij een vers-jt maakte, op het wijsje van oen,
bekend nienHeiljo. En hij zong zóó luid, dat Jciastje).
ot hij wilde of niet, de woorden wel moest
verstaani
Joostje, .Ta'ostje, hoepla höc|pj,
Domme Joiostje lust geen soep.
Hoepla, hoepla, hoep|, 1
Joosljo krijgt geen splep. 1
Aangevuurd door üitje's vroolijke ......liedje, be
gonnen nu alle groenten dansende bp hun ge
leende voetjes le zigian:
Hoepla, hoepla, hoepj,
Joosljo krijgt geen siaop.
Ja, ze worden op 'l laatst zóó vroolijk, dat zij
over en om Joiostje's hoofdkussen gingen dansen.
Dit vroolijke gedoe deed' toen al spoedig .Taoislje's
booze bui verdwijnen, ilij werd tam ook weor
vroolijk, 'klapte van pret in zijn handjes' en riep:
Cj, ik wist echt niet, dat uitjes en proiljes zoo.
grappig konden zijn".
,..Z 1 jo chili voortaan altijd je saep -opletcnj,
als daaun ook uitjes en preitjes zijn?" vroegen
do bloenikcial en de worteltjes, i
,.lien heel hord vol saep eet ik morgen opl"l
beloofde Joiostje.
,.DaL is best, best", zongen Loeti ween d©
giroenten. f
Dim zijn ivo allen weer heel fovreden1 en blij.
Dansend op hun geleende voetj.es vei lieten alle
groenten loon weer liet kamertje. Builen, waar
het nog llieel donker was, wachtte tam Klaas
Vaak. Die kreeg* toen (de geleende voetjes wear
terug sto.pto deze iu zijn leogm zandzak en
ging heen.
In den kelder stond nog) do half met sdep gevul
de soepterrine, Daarin beerden toen alle groenten,
terug en daarin hieven ze ruston tot dion raiddag
Toen werd de soep gegoten in ©on pan; de. pan
zerd op het vuur gezet, on daarna kwam! we©r
do soep in de soepterrine op taf©]..
En loosljo deed werkelijk zooals hij dien nacht
zijn droom aan bloemkool en worteltjes had
beloofd. Ilij ai zijn bordje, keurig leeg, zelfs al
vond hij do uitjes en preitjes niet zeq héél lekker,
en nooit zei hij weor: „Ik lust alléén soep met
pgehakjes" er in'".
TAKTE; J01T.
Gehakt-balletjes'.
(Nadruk vcrblqden).
Op een morgen riep mijn broertje:
Zus, toe. kom gauw uit je bed.
„Sneeuwman"-heeft vannacht de daken
Een wit mutsje opgezet i
f-,'
f
KINDER-B lAD
l
J
i