0 in disch zoo volgeladei i
PUZZLE.
Paarclensprongpuzzle.
Be goede man uit Spanje Jean te kust
en te keur gaan.
Nog leen dag of wat en 't heerlijk avondje
is gekomen. En nog een dag of wat kor
ter en onze welgezinde tantes en ooms, die
den intellectueel willen geven wat des in-
ellectueels is, zullen naar den boekver*
kooper snellen en dezen armen man het
vuur hunner geestdrift en de ijselijkheid1
mimer onkundej in zake de aangelegen
heden des hoeks, na aan de vermoeide
schenen leggen.
n het vooruitzicht van dezen hocgtij-
a.voiidi des lieren huiselijken levens is de
toeken-recensent zich ernstig vgn zjn taak
bewust. Hij zet zich achter zijn sohrijf-
del met de zekerheid dat voorkomen
heter is dan genezen en dat hij da'end
uit zijn ivoren toren, als gids moet gaan
fungeeren voor het publiek dat hij welis
waar veracht, doch dat hem niettemin in
die gelegenheid stelt dagelijks drie maal
een bete broods te verorberen. En zoo zit
ik dan n een stille avondkamer en heb
voor mij, achter mij en naast mij boeken
liggen. Stapels boeken. Nederlalndsche boe
ken allemaal. Over de ontsteltenis dezer
veelheid ben ik reeds héén. Jaren werk
zaamheid in deze materie hebben mij on
gevoelig gemaakt voor de litteraire in
digestie die ioderen Novgmb eï~weér mijn
recensenten-maag bedreigt. Ik laat de pa
pieren kinderkens tot mij komen. Ik bezie
hun welgestelde stoffelijke aanzijn met wel
gevallen. Een enkele naam belooft mij wat.
Een enkele titel voorspelt .mij wat. Er is
wd eens een verrassing. Er komt óók wel
eens een gevoel van teleurstelling over mij.
Doch wat blijft is verbazing, diepe en zéér
ernstige verbazing om het feit dat zoo
veel goedgezinde dames en mijnheeren zich
aan bet schrijversmetier wijden, dat zoo
vele uitgevers hen daartoe m slaat stel
len (zij het wel tegen een klein honorarium)
of géén honorarium of een honorarium
voor hm zelve tóe) en dat zocvelen zich
geroepen voelen en zoo weinigen vorko
ren worden den Parnassus te betreden.
En nu, mijn© tantes en ooms, mag ik u
misschim even den weg wijzen in den
doolhof der vaderlandsche recente 1 tie
ren, opdat gij niet al te veel onheil stich
ten zult op de Siat Nicolaas-tafels uwer
aan- en bloedverwanten en opdat ge me*
het misselijke en ondankbare, schoon ge
rechtvaardigde verwijt op uw vricndelijk-
glimlachende hoofden zult laden, dat ge
beter em dos of een paar handschoenen
aan neef Pi eter had kunnen schonken of
een tasch aan nicht Willemien, die trou
wens überhaupt niet zoo dol op lezen is.
1
- Eaat ik beginnen met u op het aller
beste te wijzen, dat op de Nedcrlandsehe
Sinterklaas-boekenmarkt voorzoover ik
dien kan overzien verschenen* is Ik
denk aan Marsman's „De Dood van An-
gèlo Degroux" en aan Men no ter Braak's
Dr. Du may verliest". En indien ik uit -
den grooten stapel nog wat goede boeken
mag aanwijzen, dan zon ik in do
eerste plaats willen zeggen dat ik „Vader
en ik" van Willem Putman (Nijgh en Van
Ditmar) belangwekkender vind dan de béide
eerstgenoemden. Dat is oea merkwaardig
goed t ck. Het behandelt een hachelijke
materie: de ongewilde en onbewuste haat
van den zoon tot den vader; ceu mcderni
woord voor dit klassieke begrip is: Oedi
pus-complex, doch ge behoeft nief be
vreesd te zijn, dat liet zóó diep ,»roet
'in den Freudiaanschen geest dezer twin
tigste eeuw, dat het iets van zijn frischbeid
(baarbij zou verliezen. Van hot vele dat ik
in dc'ze weken onder oogen heb gehad is
het zeker het allerbelangwekkendste. Em
mooi en merkwaardig boek met Vlaam-
sche verve geschreven, gevoelig m na
vrant en om zijn gansche geesteshouding
merkwaardig en boeiend. Er is méér goeds
uit Vlaanderen tot ons gekomen. „Trou
wen" van don begaafden Gerard Wal
schap^ (Nijgh en Van Ditmar) heb ik
het zij eerlijk erkend nog slechts door
gebladerd, doch zelfs deze vluchtige ken
nisneming gaf mij de overtuiging, dat do
schrijver van „Adelaide", „Eric" en „Car-
la", weer een voortreffelijk boek heeft
geschreven. Ook Willem Elscliot, de man
van het door velen zelfs niet bij name ge
kende „Villa des Roses" en van het prach
tig© „Lijmen", dat het vorige jaar ver
schenen is, verblijdde ons dit jaar met
„Kaas" (Nijgh en Van Ditmar), een won
derlijk en zéér levend boe';, dat afteve-
rings-gewijs reeds in Forum werd gepubli
ceerd en dat om een even oppervlakkig
als akelig cataloguswoord te gebruiken tot
bet „beste van het beste" behoort, dat
heden ten dage geschreven wordt. En nu
ik toch de Vlamingen den voorrang heb
gegeven et pour cause! zij tevens
melding gemaakt van Felix Timmermans'
nieuwe boekje „Pijp en Toebak" (Van Kam
pen), een dier zoetelijke Lierscho producten,
die in Vlaanderen onbekend, doch in Ne
derland hartstochtelijk bemind worden
welke liefde allerminst een bewijs is voor
mn voortreffelijke eigenschappen. Wat mij
betreftik vind die zoetsappighedekens,
die lievige dingsbes met hunne marsepei-
nige vullingskes nare kost, zulle.
V. M. de Jotng, de man die ééns toch
Marcus vain Houwaert en De Zware Weg
geschreven heeft, doch mot zjjln Mcrijntje
de eerste stap op het pad' des oetrzamaa
kruideniers geziet heeft, komt thans aan
dragen met „De Schotel" (Arbeiders
pers) een zéér burgerlijk en langdradig
verhaal en zóó ouderwetsch als deze on
getwijfeld „gezellige verteder" maar zijn
kan. Het is verwonderlijk dezen schrijver in
zijn lijfblad Marsman te zien verwijlen dat
die hopeloos ouderwetsch is met zijn ro
man. Dan komt die andere sociaal-demo
craat, het Tweede Kamerlid Schaper beier
voor den dag met zijn uiterst merkwaar
dige boek „Een halve eeuw van strijd"
(Welters' Ü.M.), waarin deze waardige
veteraan bi zender veel interessante dingen
vertelt uit zijn politieke loopbaan.
Hier zij slechts verzekerd', dat menigeen
de voorkeur zal geven aan dit even be
langrijk als waxm-menschelijke documen
taire boek, dan aan de vele dikke to-
De oplossing.
De oplossing van de paardensprongpuzzle;
in ons St. Nicoiaasnummer van de voiige'
week luidt:
Zooals de leeuwerik stijge uw stem in
den stralcnden hemel/
Dat ieder aanzicht verrast naar hare
jubeling hoort
Zooals de leeuwerik drage zij da-i over
zingende treden
Weer tot de aarde den zin van uw
gevleugelde woord I
C. S. ADAMA VAN SCHELTEMA.'
ortuna's cljferrad.
Gevraagd de cijfers in de kem
en in de eerste omlijsting zoo
danig te arrangeeren, dus gebruik
makende van de cijfers 0 t/m. 9,
dat bij vermenigvuldiging de som
der producten niet 121, doch
precies 100 wordt.
5 X 7 35
6X0=0
9 X 8 72
2X1= 2
4 X 3 12
121