De groote blijdschap, Ons Kerstnummer. SPECIAAL BIJBLAD VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT 22 DECEMBER 1933. Bureau; LANGE HAVEN 141. No. 20524 „Groots blijdschap" zoo Iuïdde im mers de belofte aam die herders: „Vreest niet, went zie, ik verkondig U groote blijdschap, die al den volhe wezen zal." „Groote blijdschap". Bij het overdenken van deze woorden moet ik mij losmaken van de werkelijkheid van het beden, van, dreunende woorden zonder liefde, valn ver zuchtingen zonder hoop, van moedeloos heid zonder veerkracht, die het leven te hooien en te zien geeft. Doch ik w i 1 er mij van losmaken en mij verdiepen in de be teekenis van het heerlijke feest, dat straks zal aanbreken, hot feest met de bekoring, de betoovering van de Kerst boodschap, aanzeggend het onmetelijke, het onschatbare, het zoo moeilijk te grijpen geluk van den vrede voor der menschen; ziel. Ik wil de sfeer voor mij scheppen van stilte en rust, de sfeer, die ontvan kelijk maakt voor de Kerstboodschap: vrede voor allen, die van goeden wille z ij n. Zoo zal de „groote blijd schap" over mij komen, waarvan het oude Kerstverhaal gewaagt. Die groote, sterke, niet luidruchtige blijdschap, het stil geluk en het vertrou wend besef, dat, sterker dan het kwaad, sterker dan het leed, Je goedheid en de vreugde zijn daar, waar het leven be- heerscht wordt door de liefde, dit zijn de hoogheerlijke geschenken van een goed begrepen en ontvangen Kerst-evangelie. In stilte moet die vreugde geboren worden, voorbereid door laing en ernstig overden ken. Over de kwetsende realiteit van liet lieven heen moeten we komen tot een. klaar besef van een macht, grooter dam die van het kwaad, welke de mensclibeid, door vallen en opstaan, leidt tot hooger standpunt. De zoekers van de stilte, van de eenzaamheid, hebben geen ongelijk, wanneer zij aanmanen tot overdenking en inkeer, als voorbereiding tot rust en be rusting. Ik schrijf hier een paar strophem van Adama van Scheltema over. Ze zijn tals een advents-tekst, waarop het jubel lied' der Engelen em de aanbidding der Herd eis kunnen volgen; We bieden onze lezers hierbij een extra blad aan, hoofdzakelijk met lectuur en plaatjes, die rechtstreeks of zijdelings betrekking hebben op Kerstmis. De Schiedamsche Courant, het eenig zelfstandig hier ter stede ver schijnend blad, heeft o.a. een uit gebreide Sladsnieuuis-rubriek, zoodat ieder die op de hoogte wil blijven of komen met wat er in zijn naaste omgeving geschiedt, op de Schiedam sche courant is aangewezen. Behalve de rubrieken, die men in elke krant aantreft, vestigen we o.a, de aandacht op de brieven uit de wereldcentra, de geestige Film- glinsters, ons Kinderblad op Zaterdag en ons Sportblad op Maandag. De Schiedamsche Courant kost slechts f 0.15 per week of f 2. per 3 maanden. Onze Bureaux zijn gevestigd: Lange Havenhoek Korte Haven, onze telefoonnummers zijn 68103, 68617 en 68923. Min de stilte in Uw wezen, Zoek de stille, die bezielt. Zij, die alle stilte vreezen, Hebben nooit geknield. Hebben nooiit geknield. Leer U aan de stilte laven, Waar het leven U geleidt. Zij is Uwe veil'ge haven, Want zij is de groote gaire ïan de Eeuwigheid. Het heel groote geluk van den Kerst nacht, de vrede op aarde voor de men- schen, die van goeden wille zijn, is ge- horen uit het onbegrensd vertrouwen, dlaiti de besten der menschen hallden in de eind overwinning van-het goede. Zij legden dia gedachte op de lippen der engelen en de eeuwen herhaalden haar: „vrede op aarde voor de menschen, die van goe den wille zijn". Die boodschap werd opgevangen en ver der •voartgediagen, ai was vle werkelijkheid soms wreed daarmede in strijid. Om die blijde, vertrouwensvolle gedachte jdrongem zich do scharen, drong ziöh„hetvolk,'dat in duisternis zat",en nu „een groot licht" zag. Waint-' ''dl'; boodschap sprak van het eind der ellende, van een nieuwen staat van zaken, waarin het geweld zou wor den beteugeld en de zachtheid zou re- geeren. Had niet de oude profetie gewaagd van een nieuwe aarde, die zou worJeu ge schapen, en voorspeld', dat „de vorige dia gen niet meer gedacht zouden worden eü' in het hart niet opkomen"? Tot zelfs da dieren zouden zich voegen naar de nieuwe wet: „De wolf en het lam zullen samen grat; zen, de leeuw zal stroo eten ais het rund, der slang zal het stof tot voedsel strek ken; zij doen geen, kwaad, noch richten verderf aan op gansch mijn heilig ge bergte, zegt Jahwe." Dat vast vertrouwen in een betere toe komst ontsteekt de ster boven Bethle hem's stal. Daaraan danken we de heer lijkste uitingen van vrome gemoederen. In proza en poëzie is die vrede, „die al den; volke wezen zal", bezongen. Alle landen deden daaraan mee. En ons volk met zijn godsdienstige opvoeding, zelfstandig ge worden een langen strijd om gewetens vrijheid, heeft evenals vóór, ook na de hervorming meegezongen in de blijdschap der Kerstvreugde. Men zou aan den voor avond' van Kerstmis, behalve het onide eenvoudig-vrome verhaal van Lucas 2, al tijd weer Vondel's Gijsbrecht van Aero- stel willen opslaan en met de reijen der Edelingen en der Clarissen de poëzie ge- r* KERS1 m Sit li V

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 7