testament.
81
DE FREGATVOGEL
Donderdag 16 Augustus 1934,
Von Hindenburg's politieke
Jaargang.
Tel. No. 68103, 68617 en 68923.
BUREAU LANGE HAVEN t41 (HOEK KORTE HAVEN). TEL. 68103, 6861? en 68923.
Postrekening No. 53II.
Bü of krachtens wetten of verordeningen
voorgeschreven en andere officiccle af- en
aankwekingen en kennisgevingen van het
Gemeentebestuur. J
Drankwet.
Burgemeester eu Wethouders van Schie
dam brengen ter openbare kermis, dat bij
hen 'is ingekomen een vei zoek van het
bestuur van de Tooneelvereeniging „KUNST
en VRIENDSCHAP", alhier, om een Ver
lof B voor don verkoop uitsluitend'van
alcoholvrijen drank voor gebruik ter plaat
se van verkoop in do beneden-localitcit
van liet perceel, gelegen aan de Jan Steen-
straal 20, alhier; en*
herinneren, dat binnen. 2 weken na
deze. bekendmaking tegen het verleoncn
van het verlof bij hun College schriftelijk
bezwaren kunnen worden ingebracht.
Schiedam, 16 Augustus 1931.
Wij geven iedereweek een
RIJWIEL CADEAUS
H Zie Etalage. ES
IVIag. ,,'t LICHTPUNT"
iiooosritAAi' ion - -1 Ki.iaoo.N ossno
BUITENLAND
De worsteling van het Duitsche volk van
1919 tot het herstel van de eenheid onder
Hitier. De positie van de rijksweer. Duitsch-
land's huitenlandsche politiek.
In opdracht van kolonel Vena Hinden-
jburg heeft vice-kanselier b. d'. Von Papear
aan rijkskanselier 'Hitler een document owar-
jhandigd, dat.bet politieke testament van
•wijlen rijksprosidont generaal-vcld maar
schalk Von Hindenburg bevat. In opdracht
ivaln den rijkskanselier heeft Von Papen
het document thans gepubliceerd.
De door dm njksprosident verzegelde
lonislag draagt het opschrift: „Aan het
Duitsche volk en zijn kanselier. Mijin testa
ment. Deze brief moest door zijn zoon aajn
den heer rijkskanselier worden overhan
digd."
De inhoud' van het document luidt als
volgt:
„Aan liet Duitsche volk en zijn kanse
lier! Wij waren aan liet eind'! Zooals
Siegfried' neerstortte onder den verrader
lijken specrworp van den grimmigcm llar
gen, zoo is ook ons afgemat front ineen
gestort,
Vergeefs had hot getracht, uit de op
drogende bron der vaderland selie kracht
nieuw leven te putten. Onze taak was het
nu, hot bestaan van de overblijfselen van
ons leger te redden voor den lutoran op
bouw van het vaderland. Het heden was
verloren. Zoo bleef ons slechts do hoop
op de toekomst.
Ik begrijp de gedachte, die zich van
vele officieren meester maakte bij hot zien
van de ineenstorting van alles, wat hun
lief was. Het verlangen om „niet moer tc
willen weten" van eein wereld waarin de
in beweging gebrachte hartstochten dm
waren waardekern van ons vc*!k tot on
herkenbaar wordens verminkten, is voor
bet menschenverstand' begrijpelijk en toch
ik moot het openlijk uitspreken wat ik
denk: Kameradon van het eens zoo groote
en trotsche Duitscho leger! Hobt gij van
verzaken kunnen siprekon? Denkt aan do
mannen, die ons voor moer dan honderd
jaar een innerlijk nieuw vaderland' schie
pen. Ilun religie was het geloof aan zich
zelf en aan de heiligheid hunner wapo-
ïien. Zij schiepen het nieuwe vaderland,
liet opbouwend op do grondslagen van
vrije ontwikkeling van den individu en
met de vorpliehlmg van de volksgemeen
schap. Dezen zelfden weg zal ook Duitsch-
lamd' weer gaan, wanneer het eerst maar
weer in staat is te gaan.
Ik heb het vaste vertrouwen, dat ook
thans evenals toen de samenhang met
ons groote, rijke verleden bewaard, en
waar hij vernietigd werd hersteld zal wor
den. Do oude Duitsche geest zal weer
naar voren kamen, zij het ook eerst na
aller moeilijkste loutering in den gloed-
oven van lijden on hartstochten. Onae
tegenstanders kenden de kracht van dezen
geest, zij bewonderden hem in onze werk
zaamheid in den vrede, zij stonden er ver
baasd' over en vreesdon hem op de slag
velden van den groeten oorlog. Zij zoch
ten onze sterkte voor hun volken begrij
pelijk te maken met het leege woord „or
ganisatie." Fan den geest, die zich dat
omhulsel schiep, die erin leefde en werk
te, spraken zij echter niet. Met dezen geest
en in hom willen wij echter opn'euw moe
dig opbouwen.
Duitschland, hot centrum van opneming
en uitstraling van zeer veel onuitputtelijk»
Waarden van menschelijke civilisatie en
beschaving, zal niet ten gronde gaan,
zoolang het het geloof behoudt aam zijn
groote historische zending. Iic heb liet
vaste vertrouwen, dat liet de kracht en
ido diepte der gedachten van de besten
van ons vaderland zal gelukken, nieuwe
denkbeelden te versmelten met do kost
bare schatten van vroeger tijd on uit die
vereeniging duurzame waarden la brengen
tot boil van ons vaderland.
Dit is de rotsvaste overtuiging, mot wel
ke ik bet bloedige slagveld van don vol-
kerenstrijd verliet. Ik heb de heldhaftige
wa.3, alsook uit den bitteren ernst van deze
dagen waardevolle vruchten rijpen, liet
bloed van al diegenen, die gova.lon zijn
in het geloof aan Duitsohlands grootheid,
ia daarom mot vergeefs gevloeid.
In dit vertrouwen leg ik de pen uit do
band en bouw vast op u, Duitsche jeugu".
„Deze woorden schieef ik in 1919, m
liet donkerste uur en in liet vermeende
bewustzijn, dat ik in het afsluiten van
mijn loven do goedheid van. hot vaderland
zag. Het lot heeft anders over mij beschikt.
In het voorjaar van 1925 werd een nieuw
hoofdstuk inj'|lhijn loven opgeslagen. Nog
eenmaal rfzoiF'ük medewerken aan het iot
van mijn volk.
Slechts.mijn vaste vertrouwen op
Duitschland's onopdroogbaro bronnen gaf
mij den moed, mij candidaat te stelten
voor do eerste en tweede verkiczingjn
voor liet Rijksprcsidcntsohap. Dit rosvasle
geloof verleende mij ook de innerlijke
kracht mijn moeilijk ambt zonder dwa
lingen waar te meinon.
liet laatste doel van mijn leven is te
gelijk hot zwaarste voor mij geweest. Velen
hebben mij in deze verwarde doelen niot
begrepen en niet ingezi'-n, dat het mijn
enige zorg wob het verscheurde en ont
moedigde Duitsche violk terug te brengen
tot de zelfbewuste eenheid. Ik aativaaidde
'mijn ambl firn het bewustzijn dat in de
binnenlaindsche en buitenlandsche politiek
een onthoudende voorbereidingstijd r.ioiotlzai-
kelijk was. Vanaf de Paaschboodsehap van
het jaar 1925, waarin ik de natie opriep
tot godsvrucht en sociale gerechtigheid, lot
ouderlingen vrede en politieke onbedor
venheid, ben ik niet moede geworden de
innerlijke eenheid van hot volk en de zelf
bezinning als zijn beste eigenschappen te
bevorderen.
Daarbij was ik mij ervan bewust, dat
de grondwet en de rqgeeringsvorm, welke
de natie ziöli in het uur van hoogsten
nood en van inwendige zwakheid hui ge
geven, niet voldoet aan de ware behoeftun
en eigenschappen van hot j volk. Hot uur
moest rijpen, waarin dit inzicht algemeen
goed zou worden. Daarom scheen liet mij
mijn plicht, het land doer liet dal van
onderdrukking en vernedering van buden,
inncrlijkein nood en zelfverscbouiing van
binnen, zonder gevaar voor zijn bestaan
moest voeren, tot dit uur zou komen.
Symbool en buicht v oor dezen opbouw
moest de beschermster van don staat, de
Rijksweer zijn. In haar moesten de oud-
Pruisisüho deugden van eenvoud, karno
raadschap en plichtsgetrouwheid als vast
fundamont van den staat ruston. De Duit-
gnn
worsteling van mijn vaderland ge/ion era j sehe Rijksweer hoeft na do ineenstorting
geloof nooit en nimmer meer dat hot zijn l0-p voorbeeldige wijze gezorgd voor het
doodstrijd is geweest.
Op bet oogenblik hoeft eon stormvloed
voortzetten der hooge traditie van hol oado
leger. Altijd moet de weermacht bot inslrur
vuu wilde politieke hartstochten en luid ment van het opperste staatsgezag blijven,
schallende leuzen onze geheele vroegere dat, onaangetast door alle politieke ont
staatsopvatting onder zich begraven en j wikkeling, zijn hooge taak der landsverJo
naar hot schijnt alle heilige overleveringen j diging recht moet doen wedervaren. Wau-
vernietigd. Maar deze vloed' zal weer ver- j neer ik zal zijn teruggekeerd tot mijn ka-
loopen. Dan zal op do eeuwig bewogen meraden daarboven, met wie ik op zoo
zee van ons volksleven weer do rots op
duiken, waaraan zich oons de hoop on
zer vaderen heeft vastgeklemd en waarop
bijna een halve eeuw geledon door onze
vele slagvelden heb gestreden voor de
grootheid en de eer van do natie, dan
roep ik de jonge generatio toe:
Toont uw waarde aan uw voorvaderen!
kracht de toekomst van het vaderland met en vergeet niet Jat gij indien gij don vrede
door George Uwen Baxter,
naar den Amenkaanschcn roman*
bewerkt door J. Al. P,
„Ik zal liet paard terug brengen,her
haal d'o Geraldi, „juist zooals hot nu is,
alleen in wat betere conditio door de be
weging."
„Je band er op, Geraldi?"
„la, hier."
„Alatn, man," zcidte Lorcnz, hom de
lianwl gevende, „als je gelogen hebt, dat
je dan duizend' jaar extra in liet heetste
wan de Iiel mag blijven!"
„Loreinz.," antwoordde Geraldi glim
lachend', „ik zou mijn gelofte tegenover
oen man kuninon breken onder zeker»
omstandigheden maar nooit om edn
paard', Loronz, nooit om een paard, iln
geen duizend jaar."
Lorenz. gromde nog wat, onzeker van
zijn zaak.
„Maar zeg me eens," vroeg de frogal-
ivogèl, terwijl zij den stal verlieten, „zeg
teems, wat nut heelt dit paaid eigenlijk
voor je?"
„Voor mij?" antwoordde do oudo man,
„wel, het is mijn plechtanker. Als lw>l
lergste gebeurt, dan bob ik Anno oin mij
weg te brengen, mil half uur tot dte ber
gen en daarna, daarna kaïn huii baad
breken, maar rij zullen mjj niot to pak-
- ken Irrijgen',"
vertrouwen werd gegrondvest: Het Duiischè
Keizerschap. Indion zoo weer de nationale
gedachte, het nationale bewustzijn ontstaat,
dan zullen voor ons den grootten oorlog
en de welvaart van uw vaderland wilt
waarborgen, bereid moot zijn, voor d-ezon
vrede en de eer van liet land ook het laat
ste te geven. Vergeet niet dat ook uw
waarop geen volk met gcrechtvaardigder gediag eenmaal traditie wordt. Al de man-
trotsoh en zuiverder geweten kan terug
blikken dan het onze, zoolang het trouw
nen, die den opbouw der Rijksweer heb
ben voltrokken, hebben recht op don dank
van don veldmaarschalk uit don wereld®
oorlog on hun latcran opperbevelhebber.
In bui ten! an «1 seh politiek opzicht had liet
Duitsche volk een lijdensweg te gam Een
ontzettend verdrag drukte op hem en
dreigde in zijn steeds zwaarder wordende
last onz.e natie tot ineenstorting te bren
gen. Langen tijd hoeft de wereld niet be
grepen dat Duitschland niet slcchls tervviUe
van zichzelf maar ook als do vaandrager
van de cultuur van het avondland ook
tervville van Europa moest leven. Do ban
den die ons omgaven, Landen dan ooi1
slechts geleidelijk v orden losser gemaakt,
zonder een ovennaclitigon weerstand te
verwekken.
Indion vele mijner oude kameiadon de
zen gedwongen weg indertijd' met heb
ben begrepen dan zal toch de geschiedenis
rechtvaardiger beoordeel en, hoe bitter,
maar ook hoe noo 1 zakelijk in liet belang
van do handhaving van het Duitsche le
ven, menige staatsacte geweest is, die door
n geteokend wenk In overeenstemming
met de groeiende innerlijke saneenng en
do versterking van het Duitsche volk kon
op de basis van eigen nationale eer en
waardigheid gestreefd worden naar een
voortschrijdende en zoo Gal wil
zocngriike medewerking in de geheel Eu
ropa betreffende kwesties.
Ik dank de Voorzienigheid', dat zij mij
op mijn levensavond het uur van begin
nend herstel heeft laten beleven. Ik dank
al diegenen die in onbaatzuchtig© vader
landsliefde hebben meegewerkt aan den
wederopbouw vian Duitschland. Rijkskan
selier Adolf littler en zijn bewoging heb
ben een beslissend en stap van historische
draagwijdte gedaan naar hot gtootc doel
om liet Duitsche volk tezamen te brengen
tot onderlinge eenheid mot overbrugging
van alle stand- en klassoversohillen. Ik
weet dat er nog vee) te doen is en ik
Geraldi vroeg maar niot, wie die „zij"
waren, maar volgde Loronz met het paard
door de nauwe steeg.
„Hier is de weg," aeide de kleine oude
man plotseling. „Ga recht door, de steeg
wordt verderop breeder. Dan kom je aan
een breedte straat, maar niemand zal je
herkennen, anders kun je over do hoogo
schutting springen aam den overkant; die
is vijf voet hoog, maar Anno zal er over
heen gaan als een vogel, zo kam over
alles heen springen, wat tot haar neus
reikt. Adieu, Geraldi, God geve, dat je
geluk hebt."
Na ornigo bochten liep de steeg uit
op oon breed» straat, waai* het plotse
linge volle daglicht dm ruiter kalf ver-
blinddo. olselimg klonk er luid ge
schreeuw van een groep van een half
dozijn ruiters, die op dat moment ora don
volgenden straathoek kwamen aangerend;
blijkbaar invamon zij juist van een veraf
gelegen ranch en waren vroolijk dn ge
spitst op wat plagerij. Zonder twijfel zou
Loronz gelijk hebben gehad', als hij in
hot zadel had gezeten, maar hij was ook
niet zulk een opvallende figuur als deze
schitterend' uitgedoste jong» man jn goud1-
on zilverwerk, met hoogein sombrero on
kleurrrijk Mcxicaansch baadje. Geraldi
wendde daarom het paard naar de hooge
schutting aan den overkant van de straat.
„Zuleikha!" riep hij.
En bij het koarem van d'ion vergelen
Inaam sprong hel dier onder kom op;
misschien kracht d'at geluid, half verdoe
zeld door den fy/1, herinneringen van vroe
ger bij het paard' terug, aan de woestijn,
aan den reuk van het zaïnd, aan de stem
men d'or mannen, voor haar ooren zacht,
zooals zij voor do ooron van geliefde vrou
wen waren, aan den zoeten geur van da
dels, de lucht van versch gebrande koffie
of het sterke rieken der kamec-ten. Het
dier sprong op, alsof scherpe sporen diep
in zijn flanken waron gediukt.
„Zuleikha," riep Gerald'i weer. „Doos
ya lel lie; does ya lel het1
Em de bckoade woordon deden het woin-
dtero dier weer trillen en zetten het tot
grooter snelheid aan. Zander vrees na
derde het de schutting; hot was niet noo-
dig het paard voor den sprong voor te be
reiden, of dion af te meten, of het hoofd
op te houden. Hij vloog op de schutting
toe, alsof deze oen betonde hindernis was
en het roes op als i een vogel in de lucht.
Op hot hoogste punt van den sprong
zag Geraldi onder zich een stnk onbebouwd'
terrein, bezaaid met ledige blikken, ijz.er-
draad en allerlei roestig ijzer. Het paard
kwam op den grond terecht alsof vleu
gels den schok braken en de snelheid'
vergroeiend', zweefde het over den onef
fen grond', met onfeilbare zekerheid dn
poolen noorzeltond lusschcin bet afval. De
aclitorsclnitling werd op dezelfde wijze ge
nomen als die aan de straat en zij kwa
men meer in e«n mauwen weg aau den
and'eron kant,
Geraldi hield liet paard in matigen draf;
hij leunde voorover en Hopte liet op den
itek ea het dier maakte zijn passen wat
langer; L, - -ak lie! too on dte galop werd
wenti i an harte dat acliler de daad!
der nationale opleving en van de aaneen
sluiting van hot volk do daad' der verzoo
ning staat, die het geheele Duitsdie va
derland omvat.
Ik scheid van mijn Duilsohe volk in
do sterke hoop, dat datgene waarvan ik
in 1919 sprak en wat in een langzaam
rijp worden tot den 303ten Januari 1933
hoeft gevoerd, z.al rijpen tot algoheelo ver
vulling der historische zending.
In dit vasto geloof aan de toekomst van
het vaderland kan ik gerust mijn oogen
sluiten. i
(w.g.) Ven Hindenburg, i
Berlijn, 11 Mei 1934. j
als het zachte wiegen van een schommel
stoel. Do teugels waren niet noodig, de
stom was voldoende om het paard te lei
den, want dit was geen gewoon dier, het
was afgericht als een strijdros in het verre
land, om te chargeeren en den berijder
vrij te laten om beide handen te kuininetn
gebruiken, als dat noodig was. Geraldi
•reed met stralende oogon do laatste uit-
loopers van'de stad voorbij en verdween
spoedig tusschen de lainge, bruine hel
lingen van het heuvelland'.
Hoofdstuk XXII.
Neef Edgar was muzikaal; wanneer hij
leen oogenblik van rijm schrijftafel kan
opstaan want hij hield een uitgebrei
de en zorgvuldige correspondentie bij
dan ging hij aan do-piano iin de voor
kamer zitten. Soms speelde hij uit het
hoold', soms ook nam hij ecnige nieuwe
composities en speelde d.o a prima vista
met wonderbaarlijk gemak, Alaar meestal
fantaseerde hij. Mevrouw Asprey zat dan
altijd dicht bij de piano om hem gade
te slaan en vaak was zij zoo verrukt, dat
zij een steek in haar haakwerk liet val
len.
Op dozen avond zat neef Edgar weer
aan de piano, toen hem een briefje werd
overhandigd.
„Er is een man om mij te spreken, lieve
Olivetta," zeido hij. „Wil je mij toestaan
hem hier alloen te ont vangen, of zal ïk
hem in de bibliotheek laten en Louisio
lastig vallen?"
DUITSCHLAND.
Vroegere communistische rjjJcs-
d'agleden veroordeeld.
De eerste senaat van hot volksgerechts
hof heeft de vroegere communistischerijks-
dagafg vaardigden Georg Schumann en
Karl Egas alsmede de vroegere commu
nistische landdagafgevaardiigdo Frieda
Franz uit Breslau wegens gemeenschappe
lijke voorbereiding van hoogverraad ver
oordeeld' tot drie jaar tuchthuisstraf met
aftrek van een jaar preventief.
De veroordeelden werden er van ber
schuldigd, na Juli 1933 getracht to heb
ben de communistische partij in Silezié
opnieuw te orgamiseeren.
Noodlijdende steden. i
De steden Boclmm, Gelsonkirchen en
Dortmund zijn noodlijdend verklaar 1. De
hulp aan behoeftige inwoners is daardoor
aanzienlijk verminderd.
Mevrouw Asprey verliet dte kamer en
schrok in de gang terug, toen zij het
stuursche gelaat van Renney zag. Deze trad
binnen, aarzelend op den drempel. Neef
Edgar stond met de hand op de piana
geleund; hij glimlachte tegen Renney, maar
zijn glimlach was niet prettig om te zien.
„Hij is hier geweest, is hot niet?"vroeg
Renney, de situatie volkomen begrijpend.
„IIij is liior geweest," antwoordde de
dikke man. Hij trommelde met zijn weeko
vingers op de piano on wachtte af.
„Een paard kan niet eiken ren win
nen,zcide Roninoy somber. „Ik daclit,
dat ik dezen ren al in den bak had, ik
ging al wat langzamer én Geraldi passeerde
mij bij d'en eindpaal, dat is alles 1"
„Hij haalde jo in, lte?" j
„Waar?" 1 11
„Bij Asproy's woning." 1
Neef Edgar keek werkelijk zwart; hij
beheerschte echter de woede, die in hem
oprees en begon met zijn geruischlotozela
tred heen en weer te loepen. Reniney zet
te zich schrap voor de uitbarsting, do
boenen uit elkander, het hoofd vooiover
gebogon. Ilij had' iets van den bulldog in
zijn karakter en hij wilde r.iot wijken, maar
vroeg eenvoudig: „Wel, ik kwam oin»rap-
port uit te brengen, ik geloof, dat dit zoo-
wrat alles is,"
Neef Edgar kon nog geen antwoord
geven; hij ging voor de piano zitten en
sloeg eenige accootrd'on aan, met gebogen
hoofd' nadenkend. Toen wendde hij zich
op d'o kruk om. (Wordt vervolgd).
Dei® courant rcrschijnt dacêlpg, met ntU
tondmng van Zon- on Feoetangon. Qf 8t6
Prijs per kwartaal f 2.—j franco per post
Jt 2.50. Prijs por weekt 15 ets, Afzoai
florlpe nummers 4 ots. Abonnementen
Worden dagelps aangenomen.
Advertenties voor hot eerstvolgend num.
jpcr moeten vódr elf uur aan liet BureSa
cerorgd rp, 'o Zaterdags vóór O uur.
Eon bopaalde plaats van advertentlSa
wordt niot gewaarborgd.
SCHIEDAMSCHE JOÜRANT
Al nrt^nn prlJ8 Adf jrtenttta» van l6 mgeU t f
Nft. tl Aij laderi regel meer f030: In het Znterdagnummef
l-**"5 regels f 1.80, iedere regel meer f 035.
Reclames f O.'35 per regel. Incassokosten 5 ct*$
poatkwitanties 15 eta. I arlevou van advortentidn
bij abonnement ujo aan het Bureau verkrygbaar.
Dagelijks worden tegen vooruitbetaling Kleine
Advertontién opgenomen f030 t/ra. 15 woor»
den, f 0.75 t/m. 25 w«»ot den. Elk woord meer
6 cent tot een ratixnnum van 30 woorden.
's Woensdags: Kleine A.dvertentlBntot25 woor
den f 025, mits vAór Dirmtiagavond 6 uur aan het
Bureau beiorgd.
*a Zaturdags: Kleine Advertentlën f 1.00, Indian
niet vóór Vrijdagavond 0 uur beiorgd
8263 31
v S* -f
Om het wegdek te beschermen worden op de Maasbrug te Rotterdam
op het oogenblik proeven genomen met in astalt geïmpregneerde touw-
metten
28)
„Ja." j j