de eeuwige vernieuwing. Die Houten Klaas Een Paaschvertelling; TWEEDE BLAD SCHIEDAMSCHE COURANT Gemengd Niéuws 'h Lichtstraal bij KSMKHQSST Hoest-Qriep-Bronchitis-Asthma Verhöög3ëwêrtóng 'fScenir^ Verlaagde pr^en/u^r' De Rotterdamsche Diergaarde. K.NAU.-Lunapark. .crt* m gwwuofifcnw HW ~i* Uit iict Duilsoh, van ANNA GADE. Maar een paar minuten hield de trein aan liet dorpsstationnetje op. Een paai Scrs met de honden aan de riem stap- X ukP«» «f*. ciermand'en, die naar de stad er mark «ineen voor het komende leest, stapten in Dat was alles wat er te men wed. Uit een coupé 2de klasse koek een meneer naar builen, dien men t kon aan zien, dat hij veel gereisd had. Zijn tint was bruin en zijn haar bij de slapen ver grijsd1. Hij keek naar de gemoedelijk© kalm te op dit stationnetje op den vroegen mor- ccn. „Conducteur, hoe heel dit plaatsje? ^Voltershagcn, meneer." Do reiziger knikte en bedankte. „Vbltershagen", herhaalde hij zacht voor zich heen. De coupé-deuren werden lang zamerhand' dichtgeklapt en reeds wilde de stationschef het signaal tot vertrekken geven toen buiten a,dem oen kleine jongen met een bonte muls op zijn hoofd en oen boekenlasch op den rug op de ooupé afstormde, waar do meneer aan hot por tier stond'. Maar met schrik bleef hij staan. „Maar dit is 2de klas en ik moet toch mee, ik moet toch meel En angstig koek de knaap langs do wagens, die reeds alien gesloten, waren. Toen pakte do hand van den reiziger hem beet en trok hem d'e coupé binnen. „Kom maar jongen, en wees daar maar verder niet hang om, Je moogl vandaag wel eens op kussens naar schooi rijden in- plaats van op houten banken; ik maak alles wel in orde." Het portier werd dichtgeslagen, de trein zuchtlc vorder, liet stationnetje voorbij, het in d'e lento ontluikende landschap tege moet. De jongen, dio nog heeiemaal hui ten adem was van zijn harde ioopen, nam zijn muts van het hoofd en dook weg in het hoekje van de bank tegenover dm vreemdeling. Na een poosje zeide hij: „U is wel heel vriendelijk oor mij, meneer, ilc dank u wel." En toen begon hij te pralen, eenvoudig, beschaafd als een goed opgevoed kind, terwijl hij onder- i\Vcer brandde den man.de.vraag op do lippen „hoe heet je eigenlijk?", maar hij scheen er toch den moed niet toe te heb ben. Toen viel het hem op, dat do jongen een zwarte band om den arm droeg. „Hen je in do rouw?" vroeg hij. „Ilcb je een DER ZATERDAG U APRIL 1930.' No. 21226. „U kent hier zeker niet den weg on wij moeten wel te voet gaan, want oen bus is er niet." Nu loopen ze met elkaar over den een zamen landweg. De jongen vertelt ver trouwelijk van zijn school, van zijn onder wijzer, die zoo'n vreesclijk aardige man is en van zijn huis, waar vroeger ook nog familielid verloren?" En zijn stem kionk twee zusjes waren, maar die waren eenige eenigszins angstig, en in zichzelf steido jaren geleden gestorven en liggen op het- hij de vraag, „hoe zal het antwoord lui den?" „Ja", zei de jongen. „Vader is verleden jaar mol Paschen overleden. Ilij heeft oen ongeluk gehad met de motorfiets en nu j Een* gevoel van behaaglijkheid komt ovei moet moeder de boerderij verkoopen." j de ~monschen. Over de uitgestrekte weide, Hij zei het mot een zekere gewichtigheidscheren met blinkende vleugeltjes cn hei- zeifdè kerkhof als vader. Het is een lauwe lente-dag; de lucht is miidLwarm, 't is heerlijk om te ademen. een man, d'ie nietvan werken hield en het'leven heel weinig'ernstig opvatte. En nu was hij dus op weg naar die vrouw. De kleine jongen stapte zoo vroo- 1 ijk*aan zijn zij, babbelde, was tevreden met een hall antwoord en babbelde verder. Nu voerde do weg door een boseh, nog kon men hel dorp niet zien. Ibjf zal zoo aan stonds van den jongen afscheid nemen, ongemerkt de boerderij en omgeving eens opnemen en dan, wei nu, dan zal hij waar schijnlijk de wenk volgen, die die hoogere macht hom heeft gegeven. Eensklaps, bij een buiging van den weg, roept de jongen, vol blijdschap uit: „Kijk eens, daar is moeder. Moeder, ze komt ons tcgemoel, met Iiector!" en op zijn vroolijk jongensgezicht kwam een ernstige teek. „Het is vreeseiijk", zei hij. „Ik zou veel le kreetjes de kievieten. Een paar spreeu wen piepen luid' van een berbetak en uit de vet-bruine akkers,die reals hier en liever hier op het land' blijven bij onze daar getint worden docxr het jonge winter- paarden en honden én later de boerderij koren, stijgt een pittige geur van aarde op. drijven, want zoo'n stad is niks voor mij!" j De man is in gedachten. „Das hier, in Toen zwoeg hij, omdat hij daarop geen dit stille bescheiden oord, is haar woon- antwoord' kreeg. Hij was nu ten einde met plaats. Ilier heeft ze gewoond en geleefd zijn conversatie-kunst en keek eenigszins naast den man, dien; ze in jeugdige on gewichtig op zijn horloge. Het was een voorzichtigheid', waarschijnlijk verblind door zilveren dameshorlogetje mot een smallenuiterlijke aantrekkelijkheden, de voorkeur gouden rand. Op den achterkant stonden 1 heeft gegeven boven mij, die toen nog een paar letter gegraveerd.- j mijn wegjmoest maked^on voor dien man De oogen van den vreemdeling staar- heeft ze onze verloving verbroken, terwijl den plotseling scherp naar de handen van wij toch zoo gelukkigVschenen te zijn en den kleinen jongen en toen deze dit be-'nu, vandaag,-bijna vijftien jaar later, loopt merkte, tmoende hij hem een explicatie hij naast haar kind en zoekt den vveg naar schuldig ie zijn. Met een verlegen glimlachje zei hij. haar'- huis. In al de jaren waarin hij on getrouwd' was geble,ven; en in do koloniën „U kijkt naar dat horlogo? Ja, daar op razend snelle wijze fortuin had kun- hebben ze mij op school ook al erg mee nen maken, alsof het noodlot hem had geplaagd, maar", zoo zei hij branie-achtig, willen schadeloos stellen öa wat een an- „dat kan me niks schelen. Ik kan mij besi der hem had ontnomen, was( hij altijd aan verdedigen en ais ik maar eerst wat haar blijven denken. Nu was hij in het ouder bon, dan krijg ik ook een groeier Jand lenig, nog jong, gezond, welgesteld horloge, net als de andore jongens, want en van plan niet meer naar de koloniën dit horloge is van moeder. Moeder heeft terug te gaan en nuzou hg zijn lang gc- nog wel oen ander, een gouden niet klei- koesterd plan kunnen uilvoeien om zelf ne pareltjes er om heen, maar dat draagt een boerderij te beginnen, hij, die ook uit ze nooit. Ze draagt anders altijd dit. Eigen- eer. boerenkring, afkomstig was, en tcmid- lijk is oen gouden toch veel mooier, vindt den van een vriendelijke natuur een nieuw 'leven te beginnen. En nu komt hem daar onderweg, vlak ieder, wiens kinderen aan Kinkhoest lijden,moet gebruik maken van Akker's Abdijsiroop, op bijzondere wijze bereid met die bestanddeelen, die rechtstreeks op een Kinkhoest- aanval inwerken. Abdijsiroop werkt grondig, want ze bevri|dt de adem halingsorganen van sh|m en andere ziekte-verwekkende stoffen. Akker's Abdijsiroop verruimt de ademhaling, neemt benauwdheden weg, heelt de aangedane en ontstoken plekken. Geef dus in vol vertrouwen aan Uw kleine en groote kinderen bij: ~mmm wijl peuterde aan oen bouquet van blauw© moeder erg op dit gesteld is?" boschviooltjes en als een plotselinge in geving strekte hij zijn hand' 'dit en~bcFod den meneer tegenover hem de bloemen aan. Do reiziger bedankte en bekeek met zichtbaar genoegen de mooie vooijaarsbloe- meljcs, maar kon niet nalaten nu or. dan een blik te siaan op liet aardige jongens gezicht met d'e groote, stralende oogen. „Hemel", dacht hij bij zichzelf... „Zou dat... zou zóó iets mogelijk kunnen zijn...? Precies dezelfde oogen..." Hij had' willen wagen: hoe heet je, kleine vent, maar hij' slikte d'e waag in en zei alleen maar: „Je moet zeker nog naar schoool, hè?" „Ja", antwoordde de jongen ernstig en vcrvolgd'e „Anders ga ik altijd met de fiets naar het station, nu was de vork gebroken en moest ik te voet gaan en onderweg heb ik nog dio bloemetjes geplukt. Die waren eigenlijk bestemd1 voor onzen onderwijzer, een verschrikkelijk aardige man". Nu, die, kan er morgen nog krijgen, en daar was ik nu bijna nog te iaat gekomen!" De man liad plezier in hot aardige ge babbel en in hot frissche gezicht van den jongen. Hij woeg hem of hij dan zoo ver van het station woonde. „Een dikke drie kwartier te voet", ant woordde de jongen. u niet?" De vreemdeling knikte. „Zeker, daar heb je gelijk in. Een gou-bij het plaatsje, waaraan hij zulke oud© den is natuurlijk mooier", en na een poos- herinneringen had, deze kleine jongen op jo vervolgde hij: „En toch zeg je, dat je zijn pad. Ilij was op weg geweest naar familieleden in do buurt en daar ontmoet •".-rmowji «ju uuuut xzxssztt: Ad.ir liet Engetsch van CHAHLÜF1E M. YUNUE, door J t. en E. A. 11. 4ö) „Eventjes proeven maar. Met een beetje van de saus," zei ,mrs. Morton. .„Hier, MiUe, schat." „Neen, master Michael. Mamma zou zeg gen:,,neen", sprak Eden. ..„Mij dunkt, Eden, in haar eigen huis mag mrs. Morton haar neefje toch wel eens tracteeren?" meende Ida. „Master .Michael is onder mijn horde gesteld, - madam. Ik hen verantwoordelijk voor hem," zei Eden eerbiedig maar ferm. Heeds hield Ida de schaar omhoog en Michael hapte er naar. Eden zei weer: „Neen," maar hij keek naax haar met zegevierenden blik en Pakte de schaar heet, waarna zij hern np- S0611 he™ wegdroeg, al schoppende én te midden van de meelij- tante e^nicl™ U"r0epen "Van wafIl!,nteMte'e^k' ?ai 'iel tie trouwe Eder. wat al te »- f-'00r misschien ODtrad ferm beslistheid, waarmee zij gastvrouw. J rijn beker TO fu :kle6£ lederen ochtend Xddte* maakte tl an al zijn JïïSJt?f™? 11 etLstrand met het kindw- sJe" 'ang voor het opstaan van het huis- .0, erg! Eens was vader daar erg boos hij in d'en trein het, kind van da wouw, over" opMnóad'er en wilde het wegnemen. ~dic hij eens- zóó lief had gehad. En in Maar moeder wiide het niet en zei, dat zijn mededeelzaamheid heeft de jongen ze het haar leven lang wiide dragen." hem ineens geheel verouderde taaslanden Ilij hield' op alsof hij van zijn eigen woor- en als het ware een nieuwe toekomst den schrok en zijn groote oogen keken doen gevoelen. Merkwaaidigl Men piaat naar d'en vreemdeling; die scheen hem zooveel van een hoogere hand, die in- vertrouwen in te boezemen en zachtjes grijpt in het leven der mensehon. Zoo hier zei hij: geen hoogere hand was, wanneer dan? „Ja, vader kon soms heel boos zijn." Zijn gedachten houden zich bezig met Toen zei d'e ander ineens: wat de jongen hom heeft gezegd: Vader „Hoe heette je vader? Coerl Weber, is gestorven, moeder alleen en de bocidenj het niet zoo?" op het punt vair,verkocht te worden! Wordt Met eenige verwondering op zijn ge- hem, om zoo te zeggen, d'e weg niet aan- zichtje, zei hij: „ja, dat is zoo en ik heet gewezen, dien hij heeft te gaan? Moet Inj Hans Weber." die boerderij niet koopen en zulke be- „En wanneer ga je terug naar huis?" J schikkingen maken, dat de wouw aan wie, „Vanmiddag half vijf." in weerwil van het droevige verleden, zijn Even daarna hield de trein stil; de hart gebonden is, en deze prachtige kleine jongen pakte muts en tasch en groette. jongen, die van het eerste oogenblik af „Dank je wel, Hans, dank. je nog wel hem heeft ingepalmd, voor de toekomst voor d'e mooie Paasehbloemcn." j beschermd zullen zijn tegen alle gebrek? I ilij had vanmiddag tusschen de twee 's Middags om half vijf vonden beiden treinen in, eenige informatiën kunnen in- elkaar aan hel stationnetje terug. Toen de winnen omtrent d'en stand iter boerderij, weemdeling uitgestapt was, vroeg do over d'e exploitatie-mogelijkheden van de jongen: „Gaat u ook naar „de Weslhof?" „Ja, vent, ik heb er zaken te doen." „Nu, d'an kunnen wij samen wandelen, ais het mag", zegt Hans met een zekero gewichtigheid'. houden, dat late uren voor deftig hield. Na het gezamenlijk ontbijt had hij dan een kwartiertje „los", zooals het heette, en dit gaf dikwijls aanleding tot on- eenigheid, want vooreerst beschouwde hij liet eeenigszins als een beleedigmg, dat hij niet met moeder werken mocht en dan achtten zijn gastwouwen het een groote chv in ge1 an dij en trachtten hem ineens mee uit te nemen zonder to wachten op dit kwartiertje. Wanneer ze dan eenmaal met hem uit waren, kwamen ze niet op tijd met hem thuis voor zijn siësta, waar de kindermeid' z:ch ook wem streng aan IncIJ, of=choon hot veelal niet meer was dan een kwartiertje in het donker liggen. Ook scheen mr«. Morton hier niets in te vin den, om dit te ondeibreken. als ze hem eens aan haar vrienden wilde laten zien, al wist ze dan ook, dat het humeur van den kleinen man voor d'en lieelen mid dag bedorven was, als hij dat oogenblikje van rust niet had gehad. „Die kinderjuffrouw is een ware tiran voor den armen, kleinen vent en een on beschaamde vrouw ook," zei mrs. Morton. „En hij is een echt verwond kindje," noemde Ida hem. Hoe zieker zijn vader was, hoe meer zijn tante hem bedierf, als wilde-zij hiermee blijk geven van haar medelijden en sym pathie voor het .kereltje. Hij had in, het eerst zijn lniis en zijn ouders erg gemist, had gehuild, toen hij zijn les moést hebben 'zonder „mamma'-' en nog meer, toen „pappa" hem 's avonds niet naar boven droeg: maar de tijd had dit verdriet wel geheeld cn hij was ver- landerijon. Ilij wist nu, dat ze wel ver waarloosd waren, ma-u dat ze, zonder ecnig voorbehoud, productief gemaakt kon den worden, wanneer zc goed werden ver zorgd En iiij had ook gehoord, dat do vrouw heel moeilijke jaren had gehad met Le uvcnideimg stluuk, at hit bloed week uit zijn gezicht. Een slanke, in het zwart gekleed© vrouw, begeleid doar een bruinen hofhond kwam rechtstreeks lang zaam op hen af. Ze keek op en riep: „Hans!" maar onmiddellijk dairna con centreerde zich haar blik onderzoekend'. Wie was the man? Die vreemdeling, die naast haar jongen liep,..? Misschien oen reflectant voor de boerderij? Plotseling stond' ze stil en haar gezicht werd doodsbleek. „Ernst1" Haar slem klonk als een pijn lijke kreet... „Ernst Brandies, ben jij het? Kom jij hier, hier, naar mij toe, mij.J" Ilij ging op iiaar toe. ,,'Magda", zei hij en drukte haar stil de hand. Hans was er met Hector, dio hem blij begroet had', in volte ren van door ge gaan. Iliet was hij nu thuis, in zijn eigen element; alles behoorde hem. Zoo bleven de beiden, de man en de vrouw achter; twee eenzame inensclien. Ze gingen zij aan zij in een stii gesprek over iiet boscli- pad, waar de geur van de lente hing. En wat ze spraken, hoorden al'een de vogels, die boven in de takken hun lentebod zongen. Toen stonden de man en de vrouw stil. Ze namen eikaar bij de hand en zagen elkaar in d'e oogon. En ze werden vol van de lenlcaandoening, die om lien heen hing. Ze zagen naar de bloemen, dio om hen heen bloeiden en, liet verleden vergetend', dat voor beiden smartelijk was geweest, konden ze lioorcn naar hel lente lied, dat om hen hoen trilde. Was liet niet oen lied van lento en eeuwige iioklo? Een lied, dat ze beiden goed benden en waarvan de belofte in vervulling zou gaan? Flora cn fauna in dc lente. De wonderzachte maand Maart heeft liet plantenleven in de Rotterdamsche Dier gaarde sterk beïnvloed en overal is de voorjaarsbloei dan ook in vollen gang. Met koortsachtige haast wordt voortge- werkt aan de vernieuwing van allerlei hcestergroepen, die reeds lang om ver jonging riepen. De toewijzingen door de Sierteelt Centrale gedaan stellen thans de Diergaarde in staat verschillende gedeel ten van liet uitgestreklen terrein, waar van de beplanting een verouderd, een tonig karakter droeg, door aanplant van een fraaie verscheidenheid van Boskoop- sche gewassen te verlevendigen. Duizen den rhododendrons, azalea's, seringen, sierkersen, dwergconiferen en groonblijven- de heesters, werken er toe mede, dat voortaan b.v. liet terrein langs de Kruis kade cn langs liet spoorweg-emplacement in dc voorjaarsmaanden een groote bloe menweelde zal vertoonen, terwijl ook tal van andere plekjes in den tuin opmerke lijk hebben gewonnen. Ook de Paaschkas, d.i. de groote Flora serre, is onder de goede hoede van hor- tulanus Schoonderbeek in fraüe lentetooi gestoken en een bezoek ten volle waard. De dierenwereld tiekt zich van het vroege voorjaar niet zooveel aan, in zoo verre dat de jonge zoogdieren er geen dag eerder om geboren worden. Voorioo- pig blijft liet hier dus bij een paar aar dige pikzwarte Paa&chlammetjes. M'ar de vogels zijn allerwege druk in de weer met bouwen, leggen en broeden. Voor vo gelliefhebbers is voorts interessant hel feit, dat een ekster, het vrijgezellonleven moe, zich heeft aangesloten bij een kauw tje en tracht daarmee een gezin op te zetten. Hoewel nog verschillende aanwinsten te wachten zijn, kan reeds vermeld worden de aankomst van een fraaien Yakstier en een dito Chapnmn-zebra-liengst, die beide de lacune aanvullen, welke door liet op 'noogen leeftijd sterven van hun voorgan gers was ontstam De mooie zebracollectie is nu w-eer compleet en men mag het vol gend jaar weer op nancroei hopen. rukt over de zee, de schepen, de krab ben en al do andere bekoringen aan het strand. Maar bovenal was bij verrukt, als hi] de kleine jongens zag. Hij was nooit te voren met zijn soortgenno'jos in aan raking geweest; zijn cmig^ speelkameraad je w-as eigenlijk Amice en die was zooveel ouder, dat ze hem maar in alies toegaf. In een pension daar dïchfh'j was een gez.in met „groote jongens," zooals hij ze eerbiedig noemde, de dan ook in lioogo mate zijn bewondering wekten en hem aantrokken als zoovele magneten. Daaromtrent waren mi=s Morton en Eden het eens, dat die zeer geschikt gezelschap waren voor master Michael, ward mr. Rollstone had weten te vertellen, dat ze van „voorname familie" waicn en de gou vcmante stelde levendig belang in tten eenzamen, kleinen jongmi, al was hij ook niet de „Honorable Michael" geweest. Tiet oudste meisje uit het gnzin eveneens, maar ongelukkigerwijs was Mife juist op een leeftijd, dat hij echt lastig kon zijn voor kinderen, die spelletjes speelden, d'ie hij niet begreep. Als zi] bijvoorbeeld met veel mod te cn inspanning een fort van zand hadden ge bouwd, kon hij met één slag van zijn schopje liet. geheel ineen doen storten en dan smadelijk lachen bij de „puinlioopm van Carthago", zioh niet storend aan de kreten van woede van de belegeidbn cn waarschijnlijk nog meenend,,-dat hij een heel Verdienstelijk iets bedreven had. - Eens-toen- een .verontwaardigde jóngen van acht den lastigen spelbreker eens flink dooreen gerammeld had of hij een jonger Te Rotterdam. B. en W. van Rotterdam hebben aan de Koninklijke Nefterland-cke Ath'etiek Unie vcigunning verleend tot liet organi- seeren van een lunapark, waarvan de ba len bestemd zijn voor de stichting van een propaganda- en trainin fonds Hoewel de KiN.A.U, de volle veiardwoordelijkheid voor dit paik draagt, heeft men hol beter gevonden de organisatie in handen te geven van twee deskundigen op het gebied van lunaparken, de hearen A. C Augustijn uit Botleidam en P. Wigman uit Utrecht. Deze organisatoren garandeeren de K N.'Y.tJ. een zeker bedrag per bezoeker op oen basis van 100 000 bezoekers ITet lunapaik, dat te Rotterdam aan de Rochussenstraat zal verrijzen, wordt ge houden van 18 April tot en met 3 Mei. Het feest wordt geopend met een inter nationalen wegwedstrijd vooi K N A.U -10- den. Deze vml strijd', die ongeveer 17 K.M. lang is, gaat dwars door Rotterdam, met start en finish het lunapark. Natuurlijk zijn hier de gewone attrao lies aanwezig, zooals 8-baan, sensaliebaan, autobaan, hypodrome, het vroolijke rad cn iets geheel nieuws voor Nederland: Holly wood op stelten Op 2 Mei, één dag vóór de sluiting d'us, wordt een Niouweüngendag gebonden, waar aan ook niet K.R.A.U -leden deel kunnen nemen. Waarschijnlijk zal dan ook een wegwedstrijd over 10 k.m. worden gehou den. De Moskwa buiten haar «evers getreden. Door sterken ijsgang is de Moskwa buiten haar oevers getreden. Talnj e bruggen zijn vernield, vele dorpen overstroomd. De schade is zeer groot. bi ooitje was, hadden dj mecsten van dc- paitij gekozen van den aanvaller en had- genen, die dit tooneellje bijwoonden, de den „ach en wee" geroepen over den d ug- niet, die den armen, kleinen jongen, de zoover af was van zijn doodzieken vadei, zoo geducht onder handen had kunnen nemen. Om der wille van den vrede cn uil zelf verdediging nam nu in hel vervolg do familie Lincoln ijlings dc vlucht hij het nadeien van Mite en stelde zich vcr<J«kt op tusschen do rotsen, waai hij niet licht zou doordringen. Bij mr. Rollstone vond Eden grootcn troost. Zij ontdekten, dat zc eens op liet zelfde landgoed in heirekking waren ge weest en dat z,e een groot aanla! kennis sen gemeen hadden en ze waren hel roe- rend eens in het oordeel over mrs. Mor ton en Ida, die mr. Rollstone „visch nocli vleesch" noemde, ofschoon miss. Con stance op en top een lady was en ook altijd was geweest. En mr. Herbert had ook nog wel een echte gentleman kun nen worden, als hij maar geslaagd was voor cadet. Gewoonlijk zat Eden 's middags bij mr. Rollstone, die den laatsten winter veel "last had gekregen van rheumatisclie pijnon, ter wijl zij zioh niet in slaat voelde, om zoo lang met master Michael op het strand te wandelen, zoodat ze dit wel moest over laten aan het kindermeisje, El!en. De oud-butler wilde graag „miss Eden" eens laten kennis maken met zijn dochter, die, met de Pinksterdagen haar ouders kwam opzoeken, ofschoon zij het volgend kwartaal voor goed zou thuis komen. Het speet haar, dal zi] dan weg zou zijn van haar vriendinnen in Londen, maar ze voel de dat haar ouders haar zoo noodig had den, dat zo clan thuis Inar werk zou voortzetten. Op dien eersten Pinksterdag waren ze allen heel bezoigd en Rose was geheel vervuld van liet gevoelen van Constance, toen zij met tranen in de oogen keek naar den kleinen vent, in dj kinderkerk, die bij zijn juffrouw stond, met wijd open oogen, hoofdzakelijk gcrichl op Willy Lin coln, dio zijn held was. .Met de voorliefde van jonge meisjes, om zicii te verdiepen in nadeiend meelijden met den kleinen, blonden jongen, dien zij reeds vaderloos waande en dat terwij] hij nog zoo totaal niet in het besef was van de waie ver antwoordelijkheid, die lmm dan op de schouders zou zijn gelegd Nog een paar oogen waren op het ventje gericht, echter niet meelijdend, maar ver ontwaardigd. j Dio jeugdige pretendent was de eenige sta-in-den-weg tusschen Herbert en liet kroontje tusschen [da zelve cn Ida was van de schooi naar de kerk gewandeld met dominee Deyncourt en die had zóó gevoelig gesproken van liet Meed in dc familie en was zóó deelnemend ge weest voor haar, dat zijn sympathie haar het hart sneller kloppen deed; vooial toen. hij haar meedeelde dat zijn riteer bij hem kwamen iogeereu mrs. Rollstone had plaats voor haar welen te maken ea zij zouden haar dan, beter nog dan liij dit kon, op de hoogte brengen van en kele van de plannen, die hij mei de klein ste kinderen .had'. (Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1936 | | pagina 5