de eeuwige vernieuwing.
Die Houten Klaas
Een Paaschvertelling;
TWEEDE BLAD
SCHIEDAMSCHE COURANT
Gemengd Niéuws
'h Lichtstraal bij KSMKHQSST
Hoest-Qriep-Bronchitis-Asthma
Verhöög3ëwêrtóng 'fScenir^
Verlaagde pr^en/u^r'
De Rotterdamsche Diergaarde.
K.NAU.-Lunapark.
.crt*
m gwwuofifcnw HW
~i*
Uit iict Duilsoh, van ANNA GADE.
Maar een paar minuten hield de trein
aan liet dorpsstationnetje op. Een paai
Scrs met de honden aan de riem stap-
X ukP«» «f*.
ciermand'en, die naar de stad er mark
«ineen voor het komende leest, stapten
in Dat was alles wat er te men wed.
Uit een coupé 2de klasse koek een
meneer naar builen, dien men t kon aan
zien, dat hij veel gereisd had. Zijn tint
was bruin en zijn haar bij de slapen ver
grijsd1. Hij keek naar de gemoedelijk© kalm
te op dit stationnetje op den vroegen mor-
ccn.
„Conducteur, hoe heel dit plaatsje?
^Voltershagcn, meneer."
Do reiziger knikte en bedankte.
„Vbltershagen", herhaalde hij zacht voor
zich heen. De coupé-deuren werden lang
zamerhand' dichtgeklapt en reeds wilde de
stationschef het signaal tot vertrekken
geven toen buiten a,dem oen kleine jongen
met een bonte muls op zijn hoofd en
oen boekenlasch op den rug op de ooupé
afstormde, waar do meneer aan hot por
tier stond'.
Maar met schrik bleef hij staan.
„Maar dit is 2de klas en ik moet toch
mee, ik moet toch meel En angstig koek
de knaap langs do wagens, die reeds
alien gesloten, waren.
Toen pakte do hand van den reiziger
hem beet en trok hem d'e coupé binnen.
„Kom maar jongen, en wees daar maar
verder niet hang om, Je moogl vandaag
wel eens op kussens naar schooi rijden in-
plaats van op houten banken; ik maak
alles wel in orde."
Het portier werd dichtgeslagen, de trein
zuchtlc vorder, liet stationnetje voorbij,
het in d'e lento ontluikende landschap tege
moet. De jongen, dio nog heeiemaal hui
ten adem was van zijn harde ioopen, nam
zijn muts van het hoofd en dook weg in
het hoekje van de bank tegenover dm
vreemdeling.
Na een poosje zeide hij:
„U is wel heel vriendelijk oor mij,
meneer, ilc dank u wel." En toen begon
hij te pralen, eenvoudig, beschaafd als
een goed opgevoed kind, terwijl hij onder-
i\Vcer brandde den man.de.vraag op do
lippen „hoe heet je eigenlijk?", maar hij
scheen er toch den moed niet toe te heb
ben. Toen viel het hem op, dat do jongen
een zwarte band om den arm droeg. „Hen
je in do rouw?" vroeg hij. „Ilcb je een
DER
ZATERDAG U APRIL 1930.' No. 21226.
„U kent hier zeker niet den weg on wij
moeten wel te voet gaan, want oen bus
is er niet."
Nu loopen ze met elkaar over den een
zamen landweg. De jongen vertelt ver
trouwelijk van zijn school, van zijn onder
wijzer, die zoo'n vreesclijk aardige man is
en van zijn huis, waar vroeger ook nog
familielid verloren?" En zijn stem kionk twee zusjes waren, maar die waren eenige
eenigszins angstig, en in zichzelf steido jaren geleden gestorven en liggen op het-
hij de vraag, „hoe zal het antwoord lui
den?"
„Ja", zei de jongen. „Vader is verleden
jaar mol Paschen overleden. Ilij heeft oen
ongeluk gehad met de motorfiets en nu j Een* gevoel van behaaglijkheid komt ovei
moet moeder de boerderij verkoopen." j de ~monschen. Over de uitgestrekte weide,
Hij zei het mot een zekere gewichtigheidscheren met blinkende vleugeltjes cn hei-
zeifdè kerkhof als vader.
Het is een lauwe lente-dag; de lucht is
miidLwarm, 't is heerlijk om te ademen.
een man, d'ie nietvan werken hield en
het'leven heel weinig'ernstig opvatte.
En nu was hij dus op weg naar die
vrouw. De kleine jongen stapte zoo vroo-
1 ijk*aan zijn zij, babbelde, was tevreden met
een hall antwoord en babbelde verder. Nu
voerde do weg door een boseh, nog kon
men hel dorp niet zien. Ibjf zal zoo aan
stonds van den jongen afscheid nemen,
ongemerkt de boerderij en omgeving eens
opnemen en dan, wei nu, dan zal hij waar
schijnlijk de wenk volgen, die die hoogere
macht hom heeft gegeven.
Eensklaps, bij een buiging van den weg,
roept de jongen, vol blijdschap uit:
„Kijk eens, daar is moeder. Moeder, ze
komt ons tcgemoel, met Iiector!"
en op zijn vroolijk jongensgezicht kwam
een ernstige teek.
„Het is vreeseiijk", zei hij. „Ik zou veel
le kreetjes de kievieten. Een paar spreeu
wen piepen luid' van een berbetak en uit
de vet-bruine akkers,die reals hier en
liever hier op het land' blijven bij onze daar getint worden docxr het jonge winter-
paarden en honden én later de boerderij koren, stijgt een pittige geur van aarde op.
drijven, want zoo'n stad is niks voor mij!" j De man is in gedachten. „Das hier, in
Toen zwoeg hij, omdat hij daarop geen dit stille bescheiden oord, is haar woon-
antwoord' kreeg. Hij was nu ten einde met plaats. Ilier heeft ze gewoond en geleefd
zijn conversatie-kunst en keek eenigszins naast den man, dien; ze in jeugdige on
gewichtig op zijn horloge. Het was een voorzichtigheid', waarschijnlijk verblind door
zilveren dameshorlogetje mot een smallenuiterlijke aantrekkelijkheden, de voorkeur
gouden rand. Op den achterkant stonden 1 heeft gegeven boven mij, die toen nog
een paar letter gegraveerd.- j mijn wegjmoest maked^on voor dien man
De oogen van den vreemdeling staar- heeft ze onze verloving verbroken, terwijl
den plotseling scherp naar de handen van wij toch zoo gelukkigVschenen te zijn en
den kleinen jongen en toen deze dit be-'nu, vandaag,-bijna vijftien jaar later, loopt
merkte, tmoende hij hem een explicatie hij naast haar kind en zoekt den vveg naar
schuldig ie zijn.
Met een verlegen glimlachje zei hij.
haar'- huis. In al de jaren waarin hij on
getrouwd' was geble,ven; en in do koloniën
„U kijkt naar dat horlogo? Ja, daar op razend snelle wijze fortuin had kun-
hebben ze mij op school ook al erg mee nen maken, alsof het noodlot hem had
geplaagd, maar", zoo zei hij branie-achtig, willen schadeloos stellen öa wat een an-
„dat kan me niks schelen. Ik kan mij besi der hem had ontnomen, was( hij altijd aan
verdedigen en ais ik maar eerst wat haar blijven denken. Nu was hij in het
ouder bon, dan krijg ik ook een groeier Jand lenig, nog jong, gezond, welgesteld
horloge, net als de andore jongens, want en van plan niet meer naar de koloniën
dit horloge is van moeder. Moeder heeft terug te gaan en nuzou hg zijn lang gc-
nog wel oen ander, een gouden niet klei- koesterd plan kunnen uilvoeien om zelf
ne pareltjes er om heen, maar dat draagt een boerderij te beginnen, hij, die ook uit
ze nooit. Ze draagt anders altijd dit. Eigen- eer. boerenkring, afkomstig was, en tcmid-
lijk is oen gouden toch veel mooier, vindt den van een vriendelijke natuur een nieuw
'leven te beginnen.
En nu komt hem daar onderweg, vlak
ieder, wiens kinderen aan Kinkhoest
lijden,moet gebruik maken van
Akker's Abdijsiroop, op bijzondere
wijze bereid met die bestanddeelen,
die rechtstreeks op een Kinkhoest-
aanval inwerken. Abdijsiroop werkt
grondig, want ze bevri|dt de adem
halingsorganen van sh|m en andere
ziekte-verwekkende stoffen. Akker's
Abdijsiroop verruimt de ademhaling,
neemt benauwdheden weg, heelt de
aangedane en ontstoken plekken.
Geef dus in vol vertrouwen aan
Uw kleine en groote kinderen bij:
~mmm
wijl peuterde aan oen bouquet van blauw© moeder erg op dit gesteld is?"
boschviooltjes en als een plotselinge in
geving strekte hij zijn hand' 'dit en~bcFod
den meneer tegenover hem de bloemen
aan.
Do reiziger bedankte en bekeek met
zichtbaar genoegen de mooie vooijaarsbloe-
meljcs, maar kon niet nalaten nu or. dan
een blik te siaan op liet aardige jongens
gezicht met d'e groote, stralende oogen.
„Hemel", dacht hij bij zichzelf... „Zou
dat... zou zóó iets mogelijk kunnen zijn...?
Precies dezelfde oogen..."
Hij had' willen wagen: hoe heet je,
kleine vent, maar hij' slikte d'e waag in
en zei alleen maar:
„Je moet zeker nog naar schoool, hè?"
„Ja", antwoordde de jongen ernstig en
vcrvolgd'e
„Anders ga ik altijd met de fiets naar
het station, nu was de vork gebroken en
moest ik te voet gaan en onderweg heb
ik nog dio bloemetjes geplukt. Die waren
eigenlijk bestemd1 voor onzen onderwijzer,
een verschrikkelijk aardige man". Nu, die,
kan er morgen nog krijgen, en daar was
ik nu bijna nog te iaat gekomen!"
De man liad plezier in hot aardige ge
babbel en in hot frissche gezicht van den
jongen. Hij woeg hem of hij dan zoo ver
van het station woonde.
„Een dikke drie kwartier te voet", ant
woordde de jongen.
u niet?"
De vreemdeling knikte.
„Zeker, daar heb je gelijk in. Een gou-bij het plaatsje, waaraan hij zulke oud©
den is natuurlijk mooier", en na een poos- herinneringen had, deze kleine jongen op
jo vervolgde hij: „En toch zeg je, dat je zijn pad. Ilij was op weg geweest naar
familieleden in do buurt en daar ontmoet
•".-rmowji «ju uuuut xzxssztt:
Ad.ir liet Engetsch
van CHAHLÜF1E M. YUNUE,
door J t. en E. A. 11.
4ö)
„Eventjes proeven maar. Met een beetje
van de saus," zei ,mrs. Morton. .„Hier,
MiUe, schat."
„Neen, master Michael. Mamma zou zeg
gen:,,neen", sprak Eden.
..„Mij dunkt, Eden, in haar eigen huis
mag mrs. Morton haar neefje toch wel eens
tracteeren?" meende Ida.
„Master .Michael is onder mijn horde
gesteld, - madam. Ik hen verantwoordelijk
voor hem," zei Eden eerbiedig maar ferm.
Heeds hield Ida de schaar omhoog en
Michael hapte er naar.
Eden zei weer: „Neen," maar hij keek
naax haar met zegevierenden blik en
Pakte de schaar heet, waarna zij hern np-
S0611 he™ wegdroeg, al schoppende én
te midden van de meelij-
tante e^nicl™ U"r0epen "Van
wafIl!,nteMte'e^k' ?ai 'iel tie trouwe Eder.
wat al te »- f-'00r misschien
ODtrad ferm beslistheid, waarmee zij
gastvrouw. J
rijn beker TO fu :kle6£ lederen ochtend
Xddte* maakte tl an al zijn
JïïSJt?f™? 11 etLstrand met het kindw-
sJe" 'ang voor het opstaan van het huis-
.0, erg! Eens was vader daar erg boos hij in d'en trein het, kind van da wouw,
over" opMnóad'er en wilde het wegnemen. ~dic hij eens- zóó lief had gehad. En in
Maar moeder wiide het niet en zei, dat zijn mededeelzaamheid heeft de jongen
ze het haar leven lang wiide dragen." hem ineens geheel verouderde taaslanden
Ilij hield' op alsof hij van zijn eigen woor- en als het ware een nieuwe toekomst
den schrok en zijn groote oogen keken doen gevoelen. Merkwaaidigl Men piaat
naar d'en vreemdeling; die scheen hem zooveel van een hoogere hand, die in-
vertrouwen in te boezemen en zachtjes grijpt in het leven der mensehon. Zoo hier
zei hij: geen hoogere hand was, wanneer dan?
„Ja, vader kon soms heel boos zijn." Zijn gedachten houden zich bezig met
Toen zei d'e ander ineens: wat de jongen hom heeft gezegd: Vader
„Hoe heette je vader? Coerl Weber, is gestorven, moeder alleen en de bocidenj
het niet zoo?" op het punt vair,verkocht te worden! Wordt
Met eenige verwondering op zijn ge- hem, om zoo te zeggen, d'e weg niet aan-
zichtje, zei hij: „ja, dat is zoo en ik heet gewezen, dien hij heeft te gaan? Moet Inj
Hans Weber." die boerderij niet koopen en zulke be-
„En wanneer ga je terug naar huis?" J schikkingen maken, dat de wouw aan wie,
„Vanmiddag half vijf." in weerwil van het droevige verleden, zijn
Even daarna hield de trein stil; de hart gebonden is, en deze prachtige kleine
jongen pakte muts en tasch en groette. jongen, die van het eerste oogenblik af
„Dank je wel, Hans, dank. je nog wel hem heeft ingepalmd, voor de toekomst
voor d'e mooie Paasehbloemcn." j beschermd zullen zijn tegen alle gebrek?
I ilij had vanmiddag tusschen de twee
's Middags om half vijf vonden beiden treinen in, eenige informatiën kunnen in-
elkaar aan hel stationnetje terug. Toen de winnen omtrent d'en stand iter boerderij,
weemdeling uitgestapt was, vroeg do over d'e exploitatie-mogelijkheden van de
jongen:
„Gaat u ook naar „de Weslhof?"
„Ja, vent, ik heb er zaken te doen."
„Nu, d'an kunnen wij samen wandelen,
ais het mag", zegt Hans met een zekero
gewichtigheid'.
houden, dat late uren voor deftig hield.
Na het gezamenlijk ontbijt had hij dan
een kwartiertje „los", zooals het heette,
en dit gaf dikwijls aanleding tot on-
eenigheid, want vooreerst beschouwde hij
liet eeenigszins als een beleedigmg, dat
hij niet met moeder werken mocht en
dan achtten zijn gastwouwen het een groote
chv in ge1 an dij en trachtten hem ineens mee
uit te nemen zonder to wachten op dit
kwartiertje. Wanneer ze dan eenmaal met
hem uit waren, kwamen ze niet op tijd
met hem thuis voor zijn siësta, waar de
kindermeid' z:ch ook wem streng aan IncIJ,
of=choon hot veelal niet meer was dan
een kwartiertje in het donker liggen. Ook
scheen mr«. Morton hier niets in te vin
den, om dit te ondeibreken. als ze hem
eens aan haar vrienden wilde laten zien,
al wist ze dan ook, dat het humeur van
den kleinen man voor d'en lieelen mid
dag bedorven was, als hij dat oogenblikje
van rust niet had gehad.
„Die kinderjuffrouw is een ware tiran
voor den armen, kleinen vent en een on
beschaamde vrouw ook," zei mrs. Morton.
„En hij is een echt verwond kindje,"
noemde Ida hem.
Hoe zieker zijn vader was, hoe meer zijn
tante hem bedierf, als wilde-zij hiermee
blijk geven van haar medelijden en sym
pathie voor het .kereltje.
Hij had in, het eerst zijn lniis en zijn
ouders erg gemist, had gehuild, toen hij
zijn les moést hebben 'zonder „mamma'-'
en nog meer, toen „pappa" hem 's avonds
niet naar boven droeg: maar de tijd had
dit verdriet wel geheeld cn hij was ver-
landerijon. Ilij wist nu, dat ze wel ver
waarloosd waren, ma-u dat ze, zonder
ecnig voorbehoud, productief gemaakt kon
den worden, wanneer zc goed werden ver
zorgd En iiij had ook gehoord, dat do
vrouw heel moeilijke jaren had gehad met
Le uvcnideimg stluuk, at hit bloed
week uit zijn gezicht. Een slanke, in het
zwart gekleed© vrouw, begeleid doar een
bruinen hofhond kwam rechtstreeks lang
zaam op hen af. Ze keek op en riep:
„Hans!" maar onmiddellijk dairna con
centreerde zich haar blik onderzoekend'.
Wie was the man? Die vreemdeling, die
naast haar jongen liep,..? Misschien oen
reflectant voor de boerderij?
Plotseling stond' ze stil en haar gezicht
werd doodsbleek.
„Ernst1" Haar slem klonk als een pijn
lijke kreet... „Ernst Brandies, ben jij het?
Kom jij hier, hier, naar mij toe, mij.J"
Ilij ging op iiaar toe. ,,'Magda", zei hij
en drukte haar stil de hand.
Hans was er met Hector, dio hem blij
begroet had', in volte ren van door ge
gaan. Iliet was hij nu thuis, in zijn eigen
element; alles behoorde hem. Zoo bleven
de beiden, de man en de vrouw achter;
twee eenzame inensclien. Ze gingen zij
aan zij in een stii gesprek over iiet boscli-
pad, waar de geur van de lente hing. En
wat ze spraken, hoorden al'een de vogels,
die boven in de takken hun lentebod
zongen. Toen stonden de man en de vrouw
stil. Ze namen eikaar bij de hand en
zagen elkaar in d'e oogon. En ze werden
vol van de lenlcaandoening, die om lien
heen hing. Ze zagen naar de bloemen, dio
om hen heen bloeiden en, liet verleden
vergetend', dat voor beiden smartelijk was
geweest, konden ze lioorcn naar hel lente
lied, dat om hen hoen trilde. Was liet
niet oen lied van lento en eeuwige iioklo?
Een lied, dat ze beiden goed benden en
waarvan de belofte in vervulling zou gaan?
Flora cn fauna in dc lente.
De wonderzachte maand Maart heeft
liet plantenleven in de Rotterdamsche Dier
gaarde sterk beïnvloed en overal is de
voorjaarsbloei dan ook in vollen gang.
Met koortsachtige haast wordt voortge-
werkt aan de vernieuwing van allerlei
hcestergroepen, die reeds lang om ver
jonging riepen. De toewijzingen door de
Sierteelt Centrale gedaan stellen thans de
Diergaarde in staat verschillende gedeel
ten van liet uitgestreklen terrein, waar
van de beplanting een verouderd, een
tonig karakter droeg, door aanplant van
een fraaie verscheidenheid van Boskoop-
sche gewassen te verlevendigen. Duizen
den rhododendrons, azalea's, seringen,
sierkersen, dwergconiferen en groonblijven-
de heesters, werken er toe mede, dat
voortaan b.v. liet terrein langs de Kruis
kade cn langs liet spoorweg-emplacement
in dc voorjaarsmaanden een groote bloe
menweelde zal vertoonen, terwijl ook tal
van andere plekjes in den tuin opmerke
lijk hebben gewonnen.
Ook de Paaschkas, d.i. de groote Flora
serre, is onder de goede hoede van hor-
tulanus Schoonderbeek in fraüe lentetooi
gestoken en een bezoek ten volle waard.
De dierenwereld tiekt zich van het
vroege voorjaar niet zooveel aan, in zoo
verre dat de jonge zoogdieren er geen
dag eerder om geboren worden. Voorioo-
pig blijft liet hier dus bij een paar aar
dige pikzwarte Paa&chlammetjes. M'ar de
vogels zijn allerwege druk in de weer
met bouwen, leggen en broeden. Voor vo
gelliefhebbers is voorts interessant hel
feit, dat een ekster, het vrijgezellonleven
moe, zich heeft aangesloten bij een kauw
tje en tracht daarmee een gezin op te
zetten.
Hoewel nog verschillende aanwinsten te
wachten zijn, kan reeds vermeld worden
de aankomst van een fraaien Yakstier en
een dito Chapnmn-zebra-liengst, die beide
de lacune aanvullen, welke door liet op
'noogen leeftijd sterven van hun voorgan
gers was ontstam De mooie zebracollectie
is nu w-eer compleet en men mag het vol
gend jaar weer op nancroei hopen.
rukt over de zee, de schepen, de krab
ben en al do andere bekoringen aan het
strand. Maar bovenal was bij verrukt, als
hi] de kleine jongens zag. Hij was nooit
te voren met zijn soortgenno'jos in aan
raking geweest; zijn cmig^ speelkameraad
je w-as eigenlijk Amice en die was zooveel
ouder, dat ze hem maar in alies toegaf.
In een pension daar dïchfh'j was een
gez.in met „groote jongens," zooals hij ze
eerbiedig noemde, de dan ook in lioogo
mate zijn bewondering wekten en hem
aantrokken als zoovele magneten.
Daaromtrent waren mi=s Morton en Eden
het eens, dat die zeer geschikt gezelschap
waren voor master Michael, ward mr.
Rollstone had weten te vertellen, dat ze
van „voorname familie" waicn en de gou
vcmante stelde levendig belang in tten
eenzamen, kleinen jongmi, al was hij ook
niet de „Honorable Michael" geweest. Tiet
oudste meisje uit het gnzin eveneens, maar
ongelukkigerwijs was Mife juist op een
leeftijd, dat hij echt lastig kon zijn voor
kinderen, die spelletjes speelden, d'ie hij
niet begreep.
Als zi] bijvoorbeeld met veel mod te cn
inspanning een fort van zand hadden ge
bouwd, kon hij met één slag van zijn
schopje liet. geheel ineen doen storten en
dan smadelijk lachen bij de „puinlioopm
van Carthago", zioh niet storend aan de
kreten van woede van de belegeidbn cn
waarschijnlijk nog meenend,,-dat hij een
heel Verdienstelijk iets bedreven had.
- Eens-toen- een .verontwaardigde jóngen
van acht den lastigen spelbreker eens flink
dooreen gerammeld had of hij een jonger
Te Rotterdam.
B. en W. van Rotterdam hebben aan
de Koninklijke Nefterland-cke Ath'etiek
Unie vcigunning verleend tot liet organi-
seeren van een lunapark, waarvan de ba
len bestemd zijn voor de stichting van
een propaganda- en trainin fonds Hoewel
de KiN.A.U, de volle veiardwoordelijkheid
voor dit paik draagt, heeft men hol beter
gevonden de organisatie in handen te geven
van twee deskundigen op het gebied van
lunaparken, de hearen A. C Augustijn uit
Botleidam en P. Wigman uit Utrecht. Deze
organisatoren garandeeren de K N.'Y.tJ. een
zeker bedrag per bezoeker op oen basis
van 100 000 bezoekers
ITet lunapaik, dat te Rotterdam aan de
Rochussenstraat zal verrijzen, wordt ge
houden van 18 April tot en met 3 Mei.
Het feest wordt geopend met een inter
nationalen wegwedstrijd vooi K N A.U -10-
den. Deze vml strijd', die ongeveer 17 K.M.
lang is, gaat dwars door Rotterdam, met
start en finish het lunapark.
Natuurlijk zijn hier de gewone attrao
lies aanwezig, zooals 8-baan, sensaliebaan,
autobaan, hypodrome, het vroolijke rad cn
iets geheel nieuws voor Nederland: Holly
wood op stelten
Op 2 Mei, één dag vóór de sluiting d'us,
wordt een Niouweüngendag gebonden, waar
aan ook niet K.R.A.U -leden deel kunnen
nemen. Waarschijnlijk zal dan ook een
wegwedstrijd over 10 k.m. worden gehou
den.
De Moskwa buiten haar «evers getreden.
Door sterken ijsgang is de Moskwa buiten
haar oevers getreden. Talnj e bruggen zijn
vernield, vele dorpen overstroomd. De
schade is zeer groot.
bi ooitje was, hadden dj mecsten van dc-
paitij gekozen van den aanvaller en had-
genen, die dit tooneellje bijwoonden, de
den „ach en wee" geroepen over den d ug-
niet, die den armen, kleinen jongen, de
zoover af was van zijn doodzieken vadei,
zoo geducht onder handen had kunnen
nemen.
Om der wille van den vrede cn uil zelf
verdediging nam nu in hel vervolg do
familie Lincoln ijlings dc vlucht hij het
nadeien van Mite en stelde zich vcr<J«kt
op tusschen do rotsen, waai hij niet licht
zou doordringen.
Bij mr. Rollstone vond Eden grootcn
troost. Zij ontdekten, dat zc eens op liet
zelfde landgoed in heirekking waren ge
weest en dat z,e een groot aanla! kennis
sen gemeen hadden en ze waren hel roe-
rend eens in het oordeel over mrs. Mor
ton en Ida, die mr. Rollstone „visch nocli
vleesch" noemde, ofschoon miss. Con
stance op en top een lady was en ook
altijd was geweest. En mr. Herbert had
ook nog wel een echte gentleman kun
nen worden, als hij maar geslaagd was
voor cadet.
Gewoonlijk zat Eden 's middags bij mr.
Rollstone, die den laatsten winter veel "last
had gekregen van rheumatisclie pijnon, ter
wijl zij zioh niet in slaat voelde, om zoo
lang met master Michael op het strand te
wandelen, zoodat ze dit wel moest over
laten aan het kindermeisje, El!en.
De oud-butler wilde graag „miss Eden"
eens laten kennis maken met zijn dochter,
die, met de Pinksterdagen haar ouders
kwam opzoeken, ofschoon zij het volgend
kwartaal voor goed zou thuis komen. Het
speet haar, dal zi] dan weg zou zijn van
haar vriendinnen in Londen, maar ze voel
de dat haar ouders haar zoo noodig had
den, dat zo clan thuis Inar werk zou
voortzetten.
Op dien eersten Pinksterdag waren ze
allen heel bezoigd en Rose was geheel
vervuld van liet gevoelen van Constance,
toen zij met tranen in de oogen keek
naar den kleinen vent, in dj kinderkerk,
die bij zijn juffrouw stond, met wijd open
oogen, hoofdzakelijk gcrichl op Willy Lin
coln, dio zijn held was. .Met de voorliefde
van jonge meisjes, om zicii te verdiepen
in nadeiend meelijden met den kleinen,
blonden jongen, dien zij reeds vaderloos
waande en dat terwij] hij nog zoo totaal
niet in het besef was van de waie ver
antwoordelijkheid, die lmm dan op de
schouders zou zijn gelegd
Nog een paar oogen waren op het ventje
gericht, echter niet meelijdend, maar ver
ontwaardigd. j
Dio jeugdige pretendent was de eenige
sta-in-den-weg tusschen Herbert en liet
kroontje tusschen [da zelve cn
Ida was van de schooi naar de kerk
gewandeld met dominee Deyncourt en die
had zóó gevoelig gesproken van liet Meed
in dc familie en was zóó deelnemend ge
weest voor haar, dat zijn sympathie haar
het hart sneller kloppen deed; vooial toen.
hij haar meedeelde dat zijn riteer bij hem
kwamen iogeereu mrs. Rollstone had
plaats voor haar welen te maken ea
zij zouden haar dan, beter nog dan liij
dit kon, op de hoogte brengen van en
kele van de plannen, die hij mei de klein
ste kinderen .had'. (Wordt vervolgd).