m
Humor uit het Buitenland
1
Denk bij het kiezen van Uw
tractaiies ook aan room!
Radioprogramma's
Mijmeringen,
lie wfnssU |b zijn Kniwhisthap.
In do voorrede tot hot vierde dool v,iu
zijn „Zed-ekumlo" zucht onze groote wijs
geer Spinoza: ,,l>e menschelijke machte
loosheid in het matigen en bedwingen dor
aandoeningen noem ik knechtschap; im
mers, de aan zijn aandoeningen onder-
ivoi"[>en menseh is niet zijn eigen meester,
doch dienaar van het blinde tot, in hot-
Tvelks macht hij zich dermate iievindt, dat
hij dikwijls gedwongen wordt, schoon hij
zich van het betere bewust is, het slech
tere te volgen."
Heeds in dezen eonon zin raakt Spino
za een der groote kernproblemen van de
zedekunde en passant, ook van do theo
logie aan, waarover voor en na hem
duizenden hebben geredetwist, en erger-
dat van de vrijheid en onvrijheid, dat om
trent de vraag, of de menseh wat aan
zijn lot kan doen of nic-t. En in één op
zicht althans geeft hij er ook al een ant
woord bij tevens; „Dat de mensch soms
gedwongen wordt, schoon hij zich van het
betere bewust is, hot slechtere te vol
gen 1"
Dit is een belangrijker stelling, dan men
wellicht bevroedt.
Want er is een richting in de zedekunde,
die leert: De ondeugd is gevolg van ge
brek aan inzicht; bij alles goed en juist
weten verdwijnt do ondeugd vanzelf. De
mensch is niet slecht 011 doet niet slech
te dingen; de mensch is slechts dom en
doet domme dingen.
Dit standpunt is lang in eere geweesi,
schoon het nu wel als verlaten beschouwd
mag worden.
Spinoza had ons al kunnen leeren, dat
het fout was. En Ovidius al voor hern,
die in zijn metamorfozon hetzelfde reeds
scherper of sterker zeide Spinoza doelt
hier ook zeker op „Ik zie cn loof het
betere, maar toch jaag ik het slechtere
na!"
"Wij zullen den wijsgeer hier niet volgen
hij zijn onderzoek naar den aard cn de
werking der menschelijke aandoeningen op
geest en gemoed; wij vragen ons hier
slechts af: tot welk resultaat kwam hij?
Aanvaardt Spinoza do knechtschap van
don mensch onder zijn aandoeningen en
driften als onafwendbaar, of dunkt het
hem mogelijk dit af te werpen?
En dan geeft hij tenslotte dit antwoord,
hetwelk dikwerf en terecht als een der
schoonste parelen uit d'e Spinozistische
levensleer woTdt gekenmerkt een ant
woord, hetwelk slechts schijnbaar terloops,
als een opmerking bij 't bewijs van de
50e stelling van dit hoofdstuk zijner zede
kunde is gemaakt ni. „wie deugde
lijk beseft, dat alles noodwendig uit den
Goddelijken aard voortvloeit en volgens
de eeuwige wetten cn. regelen der natuur
geschiedt, zal zekerlijk niels vinden, het-
v-eik haat, spot of verachting verdient,
noch ook medelijden met iemand behoe
ven te hebben, doch, naar de mate zijner
menschelijke krachten, er zoo te zeggen
naar streven goed1 te handelen en
welgemoed te zijn".
Dit „Bene agere et laetari" is in vier
woorden de kern van Spinoza's levensleer.
Er is veel meer over dit onderwerp te
zeggen.
Er kan over heel veel dingen heel an
ders gedacht worden. Maar nimmer kan
men de wijsheid van dit standpunt ont
kennen of bestrijden: de mensch, die er
naar streeft, goed, juist, redelijk, te hande
len, die dus zijn menschelijken plicht tracht
to vervullen naar de mate zijner krachten,
cn die daarnaast probeert altijd vroolijk,
opgewekt en blij te zijn, die mensch heeft,
zoo hij in z'n goede voornemens slaagt,
hot een heel eind gebracht op den weg
welke voert uit de knechtschap der drif
ten cn aandoeningen, waarover Spinoza
aanvankelijk een verzuchting slaakt!
Philonous.
- ik.m je geen moeite met Je Fransen, ioen
je ln Parijs was
k Ik niet, maar de Franschen wel.
'Das Interessante BlattV
^iisSpoj
nijp\;f
!üL-
Winkelende man, in de greep van een Wjsch-
kraan geraakt; Nou het toch zoover is, wou
ik, dat jullie me ln die taxie daar zetten.
(Humorist)
Je portefeuille met honderd vijftig gulden
erin verloren Had je je naam en adres er
niet in?
Dat ls het hem Juist. Mijn kleermaker heeft
haar gevonden en hij schreef me een briefje, dat
het juist 't bedrag was. dat ik hem schuldig was.
(Humorist)
Boer, tot zijn nieuwen knecht: ik zou je
raden om maar niet ln het veld te ïoopen tot
je kiespijn weer over ls. Ik neb je al twee keer
bijna voor een konijn aangezien.
(Smith's Weekly)
door 1IARTINE WITTOP KONING.
Er komen in on2e voeding levensmidde
len voor, die we om zoo te zeggen dage
lijks gebruiken en bepaald niet kunnen mis
sen. Daartoe behooren om ons tot de
zuivelproducten te bepalen de melk
cn de boter.
Maar er doen zich in het leven van de
huisvrouw ook gevallen voor, waarin ze
het absoluut noodzakelijke nog aanvult
•met het een of ander extraatje: een Zon
dag, een verjaardag, de oatvangst van een
gast... het zijn alle gelegenheden, waarbij
aiin. of meer met het ailedaagscho wordt
gebroken.
Iedere huisvrouw bc-eft voor dergelijke
gevallen wel een lijstje van extratjes in
baar hoofd vastgelegd... misschien wel
wat iil te nadrukkelijk vastgelegd, zóó, dat
de feestgerechten zich siechls in een klein
kringetje bewegen. De witte pudding met
een roodc saus, de bruine of roode pud
ding met een witte saus ze komen
zoo goed als altijd te voorschijn als gries-
meel-, rijst- en maïzenapudding met bes-
sensapsaus, of wel als chocolade- en bes
sensappudding met vanillesaus.
Mag ik eens probeeren, om in dat lijstje
wat meer afwisseling te brengen? En mag
ik u dan de room voorstellen als het mid
del, waarmee met weinig oE geen ver
meerdering van de kosten zulke va
riaties zijn te bereiken?
We gaan dan eerst terug naar de daar
even genoemde „gekleurde" puddingen;de
roode (vruchtensap), de lichtbruine (kof
fie) en de donkerbruine (chocolade). Bij
die puddingen is om de afstekende
kleur de vanillesaus heel goed geko
zen, maar 't kan ook anders, 't kan
voor de hutsvrouw zelfs op een veel ge
makkelijker manier, waarbij het koken van
de saus achterwege kan blijven.
In plaats van een sauskom te vullen met
vanillesaus, vullen we een aardig klein
melkkannetje met koffieroom en we laten
dat achter de pudding aangaan.
Duurder zal deze methode van voor
dienen onze tractatie niet maken; de melk,
de eieren, de vanille, het gasverbruik
de kans op mislukking van de saus mis
schien ook nogl worden geheel uitge
schakeld en daarvoor in de plaats be
talen we den prijs van ons „kannolje
room. Met opzet gebruik ik dit verklein
woord, immers van de room die veel
vloeibaarder is dan een vanillesaus
wordt slechts een klein scheutje over de
portie pudding gegoten, zoo op de manier,
waarop men zich van melk of room be
dient in thee cf koffie; het bekende
fleschje koffieroom van plm. 10 ets. is
voldoende voor 4 personen, en niemand
kan dan beweren, dat de tractatie er duur
der door wordt dan met de gebruikelijke
vanillesaus.
De gastvrouw bereikt er nog iets anders
mee, n.I. het prettige gevoel, dat ze haar
gasten iets voorzet, wat zo niet overal te
genieten krijgen, iets wat ze misschien nog
nooit hebben geproefd!
In Denemarken, waar men de hier be
schreven wijze van opdienen reeds lang
volgt, breidt men de toevoeging van room
ook uit tot andere gerechten dan de pud
ding. Een portie vruchten speciaal do
een of andere „bessen"soort wordt op
het bord óók overgoten met een scheulje
room, een gebruik, dat wij trouwens wel
eens toepassen... maar dan alleen bij do
aardbeien.
Stel nu eens het geval van een onver-
wachten gast. Vruchten zijn in buis: die
zouden we anders op de gewone wijze ge
bruikt hebben. We beschikken dus b.v.
over sinaasappelen, of wel over een paar
sinaasappelen en bananen, misschien ook
een appel. Om daarvan een aardig des
sert te maken, hebben we niets anders te
doen, dan do diverse vruchten in plakjes
of blokjes ie snijden, cr voor zoover 't
noodig is de pitten uit te nemen en zo dan
door elkaar inleen diep schaaltje te leg
gen (de schijfjes appel vooral niet boven
op, want dan worden ze bruin). We strooien
er nu wat suiker over en laten de „vruch
ten-sla" een aurlje staan, zoodat de smaak
van de verschillende onderdooien zich tot
éón geheel kar vormen; dan roeren we al-
ovor in een compote-schaal, terwijl een
kannetje room weer wordt klaargezet om
de vruchten-sla te vergezellen.
De koffieroom vervangen door slagroom.
Dat kan ook, maar do prijs van 'l gerecht
wordt daardoor natuurlijk hoogcr.
Een vruchtensla voor 4 personei \ruagt
IVV, 2 d.L. slagroom, maar... de schotel,
zooais hij dan op tafel koint: de vruch
ten-mélange bedekt met de vlokkige room,
is zelfs geschikt om er een fijn dinéije
mee tc besluiten.
Bij het kloppen van de slagroom denkt
u wel aan een paar kleinigheden?
Ten eerste: houd slagroom zoo koel
mogelijk en zet ze dus niet vóór het ge
bruik in een warme keuken. Klop zo ook
liever in de koelte: het resultaat is dan
vlugger bereikt.
Ten tweede: klop de room in een diepe
kom (dat voorkomt het anders zoo lastige
snatten) en gebruik als klopper liefst een
z.g. garde. Beweeg die met korte, flinke
slagjes door de room en Iet goed op, of
het juiste punt van samenhang bereikt is;
door langer voort te kloppen slaat men
licht de room „tot boter" en dat s ze
ker niet de toestand, waarin we ze voor dit
geval wenschen te zien. Een goed ken-
teeken om te weten of men met liet klop
pen moet eindigen, is het doffer worden
van de samenhangende massa; gewoonlijk
hebben we dan nog juist gelegenheid om
er vlug even do suiker door te kloppen
(als die toevoeging tenminste gewenscht
wordl).
Gemengd Nieuws
Wat beleefdheid vermag.
Een groot warenhuis to Chicago hooft
een z-eer interessante proef genom-en,
welke bewijst, dat beleefdheid een goed
zaakje is.
Op zekeren dag had de direclic van hot
waienhuis aan het personeel opdracht go-
geven de klanten met do grootste voorko
mendheid te behandelen en buitengewoon
beleefd en vriendelijk te zijn. Deze -order
werd slipt uitgevoerd en do klanten zagen
dien dag louter lachende verkoopsters, ver
koop ers, dio zelfs den lasiigslcn klant met
onvolprezen beminnelijkheid bedienden. "U
kunt zich do verbazing van 't personeel
voorstelleQ, toen den volgenden dag door
dc directie werd medegedeeld, dat het
personeel iedere overdreven beleefdheid
moest vermijden en zoo zakelijk mogelijk
had ie blijven bij het verknopen. De beide
„proeldagcn" moesten dienen om vast te
stellen of buitengewone beleefdheid invloed
uitoefende op den verkoop of dat het
geen nut had de klanten met zooveel mo
gelijk geduld tegemoet te komen.
Bij het berekenen van do resultaten over
beide dagen bloek, dat iedoro klant op
den eersten dag gemiddeld 94 coat aan
Crisiscijfccs van ceu eeuw geledeti.
3Xa de Napoleontische oorlogen brak in
1815 een crisis uit speciaal ons land-
betreffende en die tegen do verwachting
in tot 1840 voortduurde. Eerst na 1850
kwam er een keer ten goede.
De werkloosheid nam in het bedoelde
tijdperk toe en daarmede de armoede.
Oorzaak: mislukte oogsten, duurto van
do levensmiddelen, strenge winters, alge
meen verbreide ziekten. In 1848 stond'
ons land voor een staatsbankroet, toen
Van Hall minister van financiën was.
tn 1845 violen onder de personen, die
in eenigerlei vorm onderstand genoten on
geveer 435.000 personen of op iedoro 1000
personen kregen 140 in een of anderen
vorm steun, in 1S-16 groeide dit getal tot
480.000 of 158 op iedoro 1000, In 18-17
waren deze cijfors ongeveer hetzelfde, al
leen ging hot bevolkingscijfer in dit jaar
met 11000 personen achteruit en bedroeg
op het einde van 1817 iets meer dan
3 millioen. In sommige provincies waren
de toestanden echter veel ongunstiger dan
do gemiddelden van het land ons zouden
doen gelooven. Bijvoorbeeld in N.-IIolland
waar van iedere 1000 personen er 250 on
derstand genoten. In Friesland was bet
pl.in. 200 en in Z.-IIoliand 180 per 1000.
Deze cijfers moeten voorzichyg gehanteerd
worden, omdat er niet voldoende zeker
heid bestaat dat diegenen, die onderstand
genoten, werkelijk behoeftig waren. Voor
velen waren het voorzorgsmaatregelen
tegen dat zij behoeftig werden. In elk ge
val zijn de angstkreten uit dien tijd', dat
een-vierde deel van ons volk als paupers
door het leven ging, niet op goede sta
tistische gegevens gegrond.
liet blijkt ook wel uit het onderscheid,
dat men in 1817 maakte tusschen diege
nen, die lijfelijk en hen, die doorloopend
bedeeld worden.
De laatste groep omvatte in 1847 pl.m.
220.000 personen of 75 per 10Q0.
goederen had gekocht, terwijl den twee
den dag slechts gemiddeld 27 cent per
les nog even door elkaar en brengen liet klant was besleed.
ZONDAG, 26 Juli 1936.
Hilversum I, 1875 M.
8.55 VARA. 1,230 AVRO. 5.00 VARA
6.00 VPRO. 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Gramofoon. 9.01 Postduiven nieuws
9.05 Gramofoon. 10.00 Carillon. 10.15
Gramoloon. 10,30 VARA-orkest. 11.15
Van Staat en maatschappij. 11.30 VA
RA-orkest. 12.00 Omroeporkest en gra
mofoon. 2.00 Boekbespreking. 2.30 Piano
3.00 Residentie-orkest en soliste. 4.10
Sportnieuws ANP. 4.45 Olympisch
nieuws. 5.00 Arb. Aluziekvereen, „Vol
harding" en gramofoon. 5.35 Sport.
5.50 Sportnieuws ANP. 5.55 Schaakcau-
seric. 6.00 Literaire causerie. 6.30 Gra
mofoon, 6.45 Kerkdienst. 800 Berichten
ANP. Mededeclingen. 8.15 Gramofoon.
9.09 Radiojournaal. 9.15 Orgel en zang.
9,35 Radio-hoorkraut. 10.20 Kwintet.
11.00 Eorichtcn ANP, 11.10-12,00 Dans
muziek.
Hilversum II, 301 II.
8.30 KRO. 9.30 NCRV. 12.15 KRO.
5.00 NCRV. 7.15 KRO.
8.30 Morgenwijding. 9.30 Gewijde mu
ziek. 10.20 Kerkdienst. Hierna 'gewijdo
muziek. 12.15 KRQ-orkesl. 100 Boek
bespreking. 120 Melodtslcn. 2.00 Vra-
gonhalfuur. 2.30 Gramofoon. 2.45 Alis-
sicpraatje, 3,00 Nwc. Kon. Harmonie
„Vlijt en Volhaiding" cn gramofoon.
4.30 Zieken halfuur. 5.00 Kerkkoor met
orgel. 5 50 Kerkdienst. Hierna orgel.7.15
Gramofoon. 7.50 Middenslandspraaljo.
8.10 Berichten ANP. 8 20 Gramofoon.
8.55 Concert. 10.03 Gramofoon. 10.30
Berichten ANP. 10.35 Gramofoon. 10.40
Epiloog. 11.0011.30 Esperanto.
Droitwicht, 1500 AI.
12.50 Oikest met solist. 1,35 Kwintet.
2.20 Gramofoon. 105 Orkest. 5.50 Zang.
7.20 Sopraan en piano. 9.25 Orkest.
10 05 Orkest met soliste.
Radio-Parih, 1648 AI.
7,20 en 8.20 Gramofoon. 11.20 Orkest.
12.20 Orgel. 1.20 Orkest. 3 05 Orkest;
met soliste. 5.25 Orkest 7.20 Cabaret.
7.50 Chansons. 11.05—12.35 Dansmu
ziek.
Keulen, 450 AI.
G.20 Orkest, 8,20 Populaire muziek. 9.20s
Kamermuziek. 10.20 Populaire muzfok.
12.20 Amusementsorkest en solisten. 2 20
Gramofoon. 3.25 Dansmuziek. 4.20 Or
kest. G.20 Blaasconccrt, 7.20 Solisten-
concert. 8,20—1.15. Zie Deulschktridsen-
dcr.
Brussel, 322 cn 481 AL
322 AI.: 9.25 en 10.25 Gramofoon. 11.25
Salon-orkest. 12 8"> Dansmuziek. 1.30
Concert. 2.35 Gramofoon. 2.50 Zang
feest. 5.20 Dansmu/.iolc. G.20 Salon-or
kest. 7.20 Piano. 8.20 Mandoline. 9.20
Symphonieconcert, 110012 20 Gramo
foon.
481 AI.: 9.20 Gramofoon. 10.25 Salon-
orkest. 11,25 Gramofoon. 12.25 Orkest.
12 50 Dito. 130 Dansmuziek. 2.25 Gra
mofoon. 2,50 Dito 3.20 Orgel. 3.50 Or
kest. 1.50 Piano. 5.23 Gramofoon. 6.20
.Teugdconcert. 7.35 Gramofoon. 8.20 Zang
9 20 Symphonieconcert met solist, 11.00
Gramofoon. 1120—12.20 Dansmuziek.
Dculseltlandseitder, 1571 Af.
8.20 Ge var. programma. 10.50 Dansmu
ziek tot 1.15. 1
MAANDAG, 27 Juli 1936.
Hilversum I, 1875 M.
Algemeen .progiamma, verzorgd door
die AVRO.
8 Orgel. 8.15 Gramofoon. 10 Morgenwij
ding. Gramofoon. 10.30 Ensemble en
gramofoon, 12 Orkest cn solist. 2 Or
kest, kinderkoor en declamatie. 4.30 Mu
zikale causerie (met gram.pl.) 5.30 Con
cert cn gramofoon. 7.15 Zang en piano,
S Berichten ARP. Alcdedeelingon 8.15
Gramofoon. 8.35 Radio-loaned. 9.15 Gra
mofoon. 9.30 Residentieorkest en so
liste. 10.15 Dansmuziek en orgel. 11'
Berichten ANP. 11.1012 Gramofoon.
Hilversum II, 301 AL
NCR V-Uitzending.
8 Schriftlezing. 8.159.30 Gram of o oit
10 30 Morgendienst 11 Chr. Lectuur.
11.30—12 en 12.15 Gramofoon. 12.30
Ivleinorkest. 2 Gramofoon. 2.45—3.45'
Zang on piano, 4 Bijbellezing. 5 Trio.
6.30 Vragenuur. 7 Berichten. 7.15 Vra
genuur. (vervolg). 7.45 Reportage. 8
Berichten ANP, S.15 NCRV-orkest, 3.55
Voordracht. 9.15 Concert. 10 Berichten.
ANP. 10.05 Vervolg voordracht. 10.25
Concert. 10.45—11.30 Gramofoon. Na
afloop: Schriftlezing.
Droiiwïch, 1500 AL
11.20 Kwintet. 12.35 Gramofoon. 1.05,
Orkest. 1.65 Kwintet. 2 35 Gramoloon.
3.35 Orkest en soliste. 4.55 Zigeuner
orkest. 5.35 Zigeuner-orkest. 6 59 Sex
tet. 8.20 Opera. 9.20 Viool. 10 35 Or
kest. 11.35—12.20 Dansmuziek.
Radio-Paris, 1648 AI.
7.20 en 8.20 Gramofoon 1120 Orkest.
12.35 Concert 2 50 Gramofoon. 4.20 Po-
pulair concert. 5.50 en 6 50 Orkest. 9.05
Zang cn voordracht. 11.0512 35 Dans
muziek.
Keulen, 456 AI.
6.20 Orkest en Alandoline. 8 20 Popu
lair concert. 9 20 Kwintet en Accordeon.
10.20 Solisten. 1120 Kapel 12.20 Or
kest en solisten. 2.20 Gramofoon. 3.20
Kamermuziek. 4.20 Amusements-orkest
en solisten. 7.20 Gramofoon. 8.30—1.15
Zie Beutschlandsender.
Brussel, 322 cn 184 M.
322 AL: 12.20 Gramofoon. 12 50 Dans
muziek. 1.30 Orkest. 1.502,cu Grumo-
foon. 5.20 Salon-orkest. 6 50 en 7.20
Gramofoon. 8.20 Orkest.. 9.20 Dito 10.30
11.20 Gramofoon.
481 AI.: 12.20 Gramofoon. 1250 Orkest.
1.30 Dansmuziek. 5.20 Gramofoon. -3e
Salon-orkest. 7.35' Gramofoon. 8.20 Ur-
kest. 9.35 Oikcst 10.30—1L20 ^-ba
ret.
Deulschlajidseiider, 1571 Al.
q ja <pa}T der Jug-end gevat, propt ani
ma!; 10.50 Orkest. 12.20-1.15 Volkslie
deren.
;anaj«»Krcrw»
Iedere auto. r-list kan u dadelijk
vertellen, hoeveel kilometer per
uur zijn -vagen haalt, maar slechts
weinigen weten, hoeveel meifi'
ze wel noodig hebben om me:
die vaart te stoppen!