De Laatste Bus Een Odyssee dwars door den oorlog 67777 69802 69551 69109 69676 68886 69513 68154 69400 68484 -*v-A' Tiei?an' 68251 67556 67664 67550 67525 69404 68735 67593 68109 Groenelaan 68110 Singel 68111 Kreupelstraat 69744 St. Liduinastraat j 68011 Met de Franschen in den strijd. Via Zeeuwsch- Vlaanderen, de Belgische kust naar Frankrijk. Verschrikkelijke nachten. Via Trier naar huis. Door PEDAGELIJKSCHEVRAAGBAAK Algemeen installatiebureau Antliraciet Bakkerij Bankiers JAN HOOGENBERG, HOOGSTRAAT 24. Bedden en Tapijten BcdrijïskleedLu Boekhandel en Bibliotheek Bouwkundige Corsetlen-Dameskousen Hoeden, Petten (ook in laken) Huis- en Decoratie-Schilder LEDERWAREN Machinefabriek Meelfabrieken (Complete) Mcubilecring Papiervcrn ie tiging Pompen Rund- Kalfs- en Yarkcnsslagerij Schoorsteenvegen Drukwerk Frigidaire-Huishoudkoelkasfen Glas Goud- en Zilverwerken Levensmiddelen BIJLOOS WINKELS Sigaren, etc. Stoffen - Manufacturen 881 42 t'—^a""®eite's' L>am 9-26. Stofzuigers, Motoren,Apparaten Stoomen- Verven Triples Timmerman-Metselaar - Aannemer Woning-inrichting Woningbureau Lcxci dagen is in zijn woonplaats te ruggekeerd een Nederlandsch officier van een onzer grensbataljons, die zoo veel omzwervingen en ontberingen «achter den rug heeft, ,dat zij gemakke- liil. een geheel menschenleven zouden kunnen vullen. Het relaas, dat hij ons eenmaal terug gekeerd in zijn gezel lige huiskamer, te midden van de zij nen, deed in soberen en onopgesmuk- tcn vorm, strekt zich echter slechts ;uit ever luttele weken, die evenwel voor dezen officier en zijn 'kameraden van het betrokken bataljon een dus danige aaneenschakeling van ontberin gen, van vluchten, van slapelooze nachten en hongerlijden zijn geweest, dat men niet begrijpt, hoe nóg één man dit alles heeft kunnen volhouden, en hoe 1103 velen de eindstreep van deze race met den dood hebben kun nen bereiken. On ze zegsman dan lag mei zijn ba'aljon hij den aanvang van de krijgsverrichtingen ergens in Noord-Brabant, waar al heel gauw de Fransche troepen verschenen, die tot opdracht hadden de Nederlandsche strijdkrachten krachtdadige hulp te verlee- nen. Het contact met deze troepen is echter nooil bizonder hecht geweest, en van een vriendschappelijke samenwerking was nauwelijks sprake. De Nederlanders had den zich onder het Fransche bevel ge schaard, maar kwamen op een goeden och tend tot de conclusie, toen op tal van plaat sen in Brabant de Daiitschers krachtig door stootten, dat hun Fransche bondgenooten spoorloos waren verdwenen. liet bataljon, dat zich aan alle kanten door Buitsche troepen en parachutisten om ringd was, en geheel en al op eigen ini tiatief moest handelen, kon toen praclisch niet anders, dan uitwijken naar Belgisch grondgebied. Een gedeelte van hot batal- jcei kwam aldus in Antwerpen, een ander gedeelte is op dezen overijlden terugtocht zook geraakt en is waarschijnlijk in Zee land terecht gekomen, naar onze zegsman veronderstelde. In Antwerpen zijn de offi cieren en hun soldaten een dag gebleven, wijl het de bedoeling was, dat zij weer riaar Nederland, en wel naar Zeeuwsch Vlaanderen zouden terug keeren. Dat is ook inderdaad gebeurd: de troep kwam via» Antwerpen in Hulst in Oost- burg en in Aardenburg. Toen was echter in Zeeuwsch Vlaanderen de laatste fase van den strijd al aan den gang, de Fran schen trokken ook daar voor de Duitschers terug, en zoo zag deze Nederlandsche troep zich opnieuw genoodzaakt te wijken naar Belgische gebied. In Lapscheure, een dorp je even over de grens, waar zij des avonds nog in het bezit van hun eigen vervoer middelen.' arriveerden, werden zij door de bevolking op buitengewone wijze onthaald, gastvrij en gul. Weinig konden de Hollan ders echter vermoeden, dat dit voorloopig hun jaatste behoorlijke maagvulling zou zijn en Jat zij ware verschrikkingen tegemoet gingen Een chaos te Ba Panne. Want de tocht moest den volgenden dag verder worden voortgezet: via Brugge en Geril naar La Panne. Ia Brugge konden onze soldaten met veel moeite nog wat le vensmiddelen veroveren, in letterlijken zin veroveren, en toen eindigde deze dag in een overbevolkt La Panne, waar practisch geen mensch meer bij kon. Het was daar een enorme drukte, grootendeels veroorzaakt door drom men Nederlandsche en Belgische vluch telingen, die overal een goed heen komen zochten, en dachten dat zij aan de Belgische kust voorloopig wel veilig zouden zrjn. De stralen van de badplaats waren overvol met vluch telingen, en daar tusschendoor kwa- neri nog de Fransche gemotoriseerde colonnes. „Ik heb werkelijk van mijn leven nog nooit zoo iets gezien", verklaarde onze zegsman. „De Belgische autoriteiten tracht ten ncn te regelen wat er te regelen was, maar ei was eenvoudig geen beginnen aan. Daarvoor was de chaos, te groot. En steads maar kwamen nieuwe stroomen troepen cn vluthtelirigen de slad binnen, ook brokstuk ken van Nederlandsche troepen onderdeelon, die zich maar weer bij ons aansloten". Eten was er met geen mogelijkheid te krijgen, en daarom werd besloten des nachts maar verder te gaan, in de richting van Duinkerken, met de haast bijgeloovige gedachte zoo zei ■onze zegsman dat het daar wel be ter zou zijn. Naar Duinkerken. Gedeeltelijk loopende, gedeeltelijk nog met onze wagens hebben we den nachtelijken tocht, hongerende en dorsten de, en vechtende tegen den s'aap, aanvaard. Maar toen we een- maai in Duinkerken waren, wisten we het meloen ook al: de'Duitsche bommen werpers vlogen er boven onze hoofden, de stad was één stuk ellende, en wij zelf niet minder. De allesheheerschead-e vraag washoe aan eten en onderdak te komen. Van het kastje naar den muur. en bij elk kastje en bij eiken muur kre gen we lotgenootentroepen elders uit Brabant, die dezen weg ook hadden gè- vonnden, en nu in het zelfde schuitje zatenop zoek naar eten, op zoek naar een dak. Eindelijk kwam er een regelingde offi cieren konden voor hun eigen rekening voeding koopen, de manschappen konden wat schraal eten van een der kazernes krijgen. Onze indruk daar in Duinkerken was, dat de Franschen zich heel weinig aan ons gelegen lieten liggen; we moes ten zelf maar zien, hoe we aan den kost kwamen, en waar we het moede lichaam konden neerleggen. Wel kregen we, voor officieren en manschappen sa men, een zolder boven een oude kazerne toegewezen, die met wat stroo was be legd, maar daar durfde niemand- te gaan slapen, vanwege de bombardementen. Een van de andere kazernes was al gebom bardeerd, en elk oogenbük kon ons aan- gewez-c „home" ook bestookt worden. En zij, die dan op den zolder lagen, kregen natuurlijk de eerste beurt... Daarom bleven we maar, zoo goed en zoo kwaad dat ging, in onze voertuigen slapen, hoewel er natuurlijk van slapen bijna niets kwam, en evenmin van éten Met een stuk droog brood was je den koning te rijk, en de uitgereikte porties middageten, of wat daarvoor door moest gaan, waren zoo klein, dat we aan twee portie5 nog niet genoeg zouden hebben gehad. Alleen was er zeer overvloedig wijn voorhanden, maar daarmee vul je ook je maag niet Per schip verder. Dat tieeft zoo twee dagen geduurd, tol de mcdedeeliog kwam, dat we per cship verder zouden gaan, naar Havre of Cher bourg. Een nieuw perspectief. Inderdaa: kwam er een schip in de baven, dat ons verder zou brengen. Er werden zoo veel menschen opgeladen als maar moge lijk was, ongeveer een 1500 man, allemaal Nederlanders. We zouden na het invallen van de duisternis vertrekken, en daar hadden we het hcelemaal niet op begrepen. Bovendien: de reis zou ongeveer 18 uur duren, dus moesten we mondvoorraad meenemen. Dat heeft heel wat voeten in de aarde ge had, voor we het noodige noodrantsoen bijeen haddenvleescb in blik en pain de guerre. Voor het vervoer van deze le vensmiddelen konden we niet eens de be schikking over onze eigen wagens krijgen. Ten langen leste kregen we één auto los, waarmee het eten aan boord werd gebracht. Een nacht der verschrikking. Na donker worden, gingen we de haven uit. Na een kwartier bing er al een bom menwerper boven ons, die mitrailleerde, vervolgens bommen liet vallen, waarvan, er een midden op het schip terecht, kwam. Dat gaf een verschrikkelijken toestand in CECIL FREEMAN CREGG 59) „Want het was vrij duidelijk, dat, als er iets in den schoorsteen was verborgen geweest, bij" zijn eerste bezoek ook roet- sporen te zien moesten zijn geweest, en Higgins herinnerde zich daar niets van. „Je htbt de - vloerplanken ook opgehad, zie ik." „Zeker, meneer,- dat ging niet moeilijk. Het heels huis schijnt ongeveer in elkaar te vallen." „En hoe zit het met de muren?" Inspecteur Higgins wandelde de kamer rond, voorzichtig de muren bekloppend en luisterend naar een hoi geluid, dat een geheime bergplaats zou kunnen verraden. Hij hoopte half en half een verborgen kast te vinden; het huis was oud genoeg voor een dergelijk wonderlijk verschijnsel. Dan keerd« hij de tafel onderste boven, ren keek onder-het blad, in de hoop, dat deze simpelste van alle bergplaatsen over het hoofd zou gezien zijn. Opnieuw zon der resultaat. Higgins ging midden in de kamer staan en van daaruit begon hij langzaam en nauwkeurig vloer, muren en plafond te bestudceren. Kaal en armoedig. Oud en versleten. Zelfs de plinten lieten hier en daar los. De plinten. Hij liep de kamer rond, ieder stuk .be voelend. Eindelijk gaf er een stuk van ongeveer een meter lengte mee, zoodat hij dit eruit kon trekken. In de ruimte er achter lag een klein geweer. Higgins strekte zrjn hand er naar uit, terwijl de agent niet een onbeschrijflijk stomme uitdrukking op zijn gezicht er naar stond te kijken. Het was een sporfgewecr, terwijl de loop duidelijk bewees, dat het na het laatste schot niet was schoongemaakt. - En er waren geen vingerafdrukken op. Higgins bestrooide het heele wapen met fijn poe der, maar zonder resultaat. Na het gebruik was het blijkbaar met een olielap afgeveegd. Een verder onder zoek achter de plint bracht ook dé olie lap en bet kannetje aan het licht." „Dat verklaart, hoe de kelderdeur ge olied is." dien donkeren nacht. Beneden in het schip branado het, en er waren ongetwijfeld doo den en gewonden. Zoo goed en zoo kwaad als dat ging, hebben allen hulp en bij stand verleend, aan 'de gewonden. Ge lukkig kwam de vliegmachine niet meer terug. Maar het is toch een nacht ge weest, 0111 nooit meer te vergoten. Aan dén horizen zagen we in volle zee bran dende schepen, op ons eigen schip brandde liet ook, de kermende gewonden vroegen al onze aandacht, en ieder oogonblik kon een nieuwe bommenwerper verschijnen. Moedige kerels daalden af in het ruim, om te redden wat cr nog te redden was, maar gelukkig bleef de brand lot een kleine oppervlakte be- ;>crkt, In den vroegen ochtend, toen het daglicht doorkwam, werd ons schip op het strand gezel. De nacht van verschrikking was voorbij. Ons eerste werk was toen, de gewon den naar buiten te brengen. Zij werden op planken gebonden, en zoo naar be neden op het strand getakeld, natuurlijk alles hoe; primitief, maar allen waren verbonden, cn allen zijn ook, dank zij de goede hulp van de burgerbevolking van een klein dorpje aan de kust, met boerenwagens op stroo, naar de zieken huizen van Galais, vervoerd. Ook de doo- den zijn nog geborgen, en toen hebben wij het schip het schip gelaten, en zijn te voél verder naar Galais gegaan, en van daar naar het naburige, dorpje Coquelles, waar onze mannen cn wij in volkomen huipeicozcn toesfanu, uitgeput door honger en slaap, in Ideinc groepjes arriveerden. De soldaten gingen er zelf maar op uit 0111 te fonrageeren, voor zoover er wat te krijgen was. want ook dit plaatsje zat weer vol met vluchtelingen. Na veel moei Ie slaagoen we er in weer een noodrant soen op den kop te tikken en toen wa llet verder maar afwachten, wat onze ver derc bestemming zou zijn. De Duitschers komen. Hoe lang het verblijf in en om Calais heelt geduurd, wist onze zegsman niet meer. Do nachten waren gelijk de dagén, omdat er toch "niet gestapen werd, en zoo raakte men den tel kwijt. Maar op een goeden morgen, nadat men een nacht in een schuilkelder had geslapen, zagen de Hollanuers bij het wakker worden geen Fransche en Engelsche tanks meer rijden, doch Duitsche. Ca!a;s was in Duitsclie ban den gevallen, en daarmee waren de Hollan ders krijgsgevangenen geworden, wat overi gens aan hun status niet zoo heel vee) veranderde, omdat de Franschen hun toch reeds al hun wapens hadden afgenomen. Na eenigo dagen werden de krijgsgevan genen op transport gesteld, niet alleen de Nederlanders, maar. ook Franschen en En gelseben en Belgen, cn Marokkanen. De eersle dagen ging het transport te veehet binnenland in. Het viel daarbij op, hoeveel plezieriger de Nederlandsche en Belgische soldaten werden behandeld dan de andere krijgsgevangenen.' De «Marokkanen leden blijkbaar erg aan honger, want als er boe ren langs den weg stonden, die eieren aan de menschen aanboden, werden er heel-e veldslagen om geleverd. „Je kreeg zoo soms het idee „aldus onze zegsman dat die gekleurdere at en toe ook op ons een begeeng oog gericht hadden". Hoe het zij, na verloop van korten tijd stelden de Duitschers vrachtauto's tot onze beschikking, zoodat we - niet meer behoefden te loepen. Maar op die hobbelende auto's kwam van slapen we reden dag en nacht door ook weer niet veel. Zoo af en toe zakte'je hoofd tegen den schouder van je buur man aan, die het dan weer, omdat hij zelf niet s)aj>en kon, in zijn oorspron- kelijkcn stand terugbracht. "Weer eten en drinken. Eindelijk midden in den nacht, kwamen we in een dorp aan de BelgischLuxem- burgsche grens, waar kotfie en soep op ons stond te wachten, waarlijk godenspijs onder de gegeven omstandighedon. En daar wij als Hollanders nu eenmaal een streepje voor hadden bij de -Duitschers, konden wij ons eindelijk eens te goed doen. Toen bleek, dat we letterlijk rammelden, begonnen de Duitsche officieren en man schappen ons bovendien nog van hun eigen voorraad eten mee te dcelen, zelfs in zulke hoeveelheden, dat wij er aanvankelijk spra keloos onder waren. De kerels daar, zoo. zei onze zegsman, hebben onzen eeuwigen dank verdiend, want toen voelden we ons langzamerhand weer mensch worden. Fa. Wed. M. van Meurs, Broers- veid 53. Erkend gasfitter. Erkend installateur. Uw adres bij ver huizingen. Na 6 uur tel. 67879. 3 LIJSES) Krommenhoek, Singel 101. Uw bakker. Amsterdamsche Bank N.V. Bijkantoor Westvest 36 Alle Bankzaken Assuranties Fa. Witlems EmstLng. Rotterdamschedijk 233-235-237. F. Röttgering, Hoogstraat 17. Grootst Speciaalhuis. Uitgebreide Catalogus, A. Rood- bol v.h. J. v. d. Berg's Boek handel, Rubensplein .16. Beëedigd Taxateur van Onroe rende Goederen. J. Bokhorst, Lange Nieuwstraat 145. CÖï}C19 Pm* Heiliger, Passage 1. OOOuv Heerenmode-artikelen. Vraagt tel. zichtzending. ÊOOQC G. VAN MEURS, UO£3ü LANGE HAVEN 5. (ÏOOII Maltha's Lederhandel, OOO II Broersveld 145 - 152 Leder-fournituren, Koffers, Actetasschen, Reparatiën A. Fontijne, Boterstraat 2832. (2 lunen) Modern ingericht reparatiebedrijf Hoofdstraat 39, Tarwebloem Tarwemeel Tarweafvailen, RQ77^ G. J. de Jager. \J*J i i \J Dirk van Wassenaarstraat 35. Showroom Rembrandtlaan 7. v. d. Waal, Westmolen straat 25-27. Inkoop alle soorten oud papier en metalen. fift7Qfi Verkoop, Verhuur en Reparatie UU OU Willem Fontijne's Pompen-en Motorenhandel, Noordvest 85. Benzine- en Electromotoren. Fa. J. H. v. d. Water, Dam 52. N.V. EMADA, Rotterd.dijk 199? Ruime sorteering en steeds het nieuwste- Drukkerij Wijchers, Walvischstraat 3, Handels- en Vereenigingsdruk- werk. (2 LIJNEN N.V. Pietersen Co'c •riutomobielbedrijl Broersvest 74-76 N.V. Van Katwijk's Glashandel, Lange Kerkstraat 38. Alles op dit gebied. H.' Th. v. d. Vlerk, Rotterdamschedijk 268. Gediol. Uurwerkmaker. C O A 01 Verbetering van Schoorsteentrek. 00 r£l Fa. V, L. Borrani. Alléén Lange Achterweg -33. R7RQ.Q JAC. v. d. TEMPEL, O OOO Broersvest 127 Alle bekende merken. Bezorging door geheel de stad. J- Th. Heijnsbroek, O Branderssteeg 6. C7QOQ Stoomververij en Chemische O ÖZO Wasscherij „CENTRAAL", Hoofdkantoor: L. Nieuwstraat 71 GQ7QQ «Latten en ronde stokken. Oü 33 Frans van Thienen, Broersveld 123. £J "7 Q C Q N. Scheurkogel, Lange Nieuw- O OOO straat 177179. Uitvoering van werken in gewapend beton. Fa. Rijnbende Van Hoek, Hoogstraat 32. C07M Woningbureau„Schiedam-West" QO/üfa Nieuwe Haven 83. Adm. van Onroerende goederen „Juist, mijnheer" antwoordde de agent plichtmatig, hoewel hij ér niet het flauw ste idee' van bad, waarover de inspecteur sprak, en hoewel Higgins de opmerking meer bij zichzelf had gemaakt dan tegen den ander. „Nu agent, hoe komt het, dat je dit niet gevonuen hebt?" „Ik >k kon gezworen hebben, dat ik ook achter de "plinten gekeken bad."' lk; begrijp niet, hoe het aan mijn aan dacht ontsnapt is." „Nu in ieder geval is het zoo." „Tenzij het hier na ons onderzoek is neergelegd." Inspecteur Higgins bleef even zwijgen. Hij vermoedde, dat het meer als excuus gezegd werd, maar toch zat er iets in. „Is er bier voortdurend iemand op wacht geweest?" „Ja, meneer." „Hoe kan het dan zonder je voorkennis hier verborgen zijn? Het is te groot om het ongemerkt- mee te nemen. Daarom wérd het hier achtergelaten. Geweren als dit nemen plaats in, agent." „Zeker, inspecteur." i De gereéde toestemming van den agent op elkvan zijn ideeën begon op de ze nuwen van den inspecteur te werken en zijn papegaai-achtig^ „ja meneer", droeg Van dat dorpje zijn we per trein ver voerd naar Trier. Ook tijdens die treinreis hebben we het best gehad, en in Trier zelf, waar we voorloopig zouden blijven, kregen we behoorlijke kamers in een slee- nen gebouw, e i.o lang ontbeerde luxe, een heuschelijk bed om op te slapen. Slapen. Fiapen, meneer, slapen. We deden niet anders. Slapen, eten en dan maar weer slajien, en weer eten. 's Morgens kregen we brood met jam, otn twaalf uur warm eten, en 's avonds weer brood met boter en kaas. En dan maar weer slapen. Lang zamerhand kwamen daar in Trier nog meer Nederlandsche troepen binnen,, die evenals wij zeer le spreken waren over de behan deling, welke zij van de Duilscbers hadden ondervonden. Trier is voor ons een waar. herstellings oord, een sanatorium geweest. Alléén waren we nog in het onzekere, wat er verder, met ons zou gebeuren, tot eensklaps het bericht afkwam, dat we zoo er niet toe bij de opkomende prikkelbaar heid van Higgins te verminderen. „Kijk eens hier, agent, je hebt me nu voorloopig genoeg leugens verleid. Heb je nu achter die plint gekeken of niet?" „Ik ik heb de vloerplanken opge licht," zei de man aarzelend. „Verdraaid, man. Geef me duidelijk ant woord." „Ik ik eh ik dacht...." „Keek je, of keek je niet?" schreeuwde Higgins ten slotte. „N... neen, inspecteur." „Dank je. Je kunt gaan." Waarin Sanderson een verklaring geeft. HOOFDSTUK XXVIII. Toen hij even later het huis verliet om naar Scotland Yard te gaan, was het goede humeur van Higgins nog niet hcelemaal teruggekeerd. Hij had het ge weer bij zich, maar voor het oogenblik interesseerde het -hem meer, wanneer het wapen in die schuilplaats gekomen was, darthoe. Was de veronderstelling van den agent, dat; het daar neergelegd.» was, na dat. de kamer onderzocht was, erg on waarschijnlijk Toen „de stem", na zijn ontdekking snel mogelijk naar huis zouden worden ge transporteerd. U begrijpt, wat dat een vreug de gaf. We kregen, alle Hollanders, zooals we bij elkaar waren, een specialer) trein ter- beschikking, die ons linea recta van Trier over Koblenz en Keulen naiur Maas tricht heeft gebracht. Weer op Nederlandschcn bodem. Daar waren we weer op vaderlandschen grond. Hoe we in Maastricht onthaald zijn, dat laat zich eenvoudig mot geen pen be schrijven. Kosten noch moeite werden ge- sp«aard om het ons zoo aangenaam mogelijk te maken, hondorden Maastrichter meisjes liepen maar af en aan met'ijsjes en mot bier en koffie on thee, mot brood en vlecsch, kortom met alles wat maar eet baar was. Maar het kostbaarste cadoaiu kre gen we daar bovendien in. ons bezit.-: onze verlofpas, die ons veroorloofd© -por eerste gelegenheid naar huis terug lie koeren, waar men al weken over ons- in ongerust heid had verkeerd, en waar -wij allen onze blijde rentree hebben gemaakt. door de agenten Goldfinch en Smart uit het verlaten huis gevlucht was, had hij dit door een raam verlaten, as het niet mogelijk, dat hij later langs den zelfden weg was terug gekeerd, zonder dat de agent, die beneden op wacht zat, er iels van had bemerkt? Wel mogelijk, mis schien. Maar waarom met het geweer terug te komen? Tot dusverre was de inspec teur van net standpunt uitgegaan, dat „dé stem" was terug gekomen, om een gevaarlijk achtergelaten spoor te verwij deren: nu zou hij er toe komen om te be- redenceren, dat de man op de plaats van de misdaad terugkwam, om er een aller belangrijkst bewijs in den vorm van het wapen terug te brengen. Dwaasheid. En de inspecteur was er niet zeker van, dat dit huis werkelijk de plaats van de misdaad was.' - Tenzij tenzij er achter dit alles nog iets stak, wat tot dusver voor hem ver borgen was... Terwijl hij het geweer op Scotland Yard achterliet cm door den wapenexpert on derzocht te worden, begaf Higgins zich naar het ziekenhuis, zich afvragend, wat Sanderson te zeggen zou hebben, en of hij den man zou kunnen .geloovcn, wan neer hij he* gezegd had. {Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 6