De Laatste Bus
Een Odyssee dwars door den oorlog
67777
69802
69551
69109
69676
68886
69513
68154
69400
68484 -*v-A' Tiei?an'
68251
67556
67664
67550
67525
69404
68735
67593
68109 Groenelaan
68110 Singel
68111 Kreupelstraat
69744 St. Liduinastraat j
68011
Met de Franschen in den strijd. Via Zeeuwsch-
Vlaanderen, de Belgische kust naar Frankrijk.
Verschrikkelijke nachten. Via Trier naar huis.
Door
PEDAGELIJKSCHEVRAAGBAAK
Algemeen installatiebureau
Antliraciet
Bakkerij
Bankiers
JAN HOOGENBERG,
HOOGSTRAAT 24.
Bedden en Tapijten
BcdrijïskleedLu
Boekhandel en Bibliotheek
Bouwkundige
Corsetlen-Dameskousen
Hoeden, Petten (ook in laken)
Huis- en Decoratie-Schilder
LEDERWAREN
Machinefabriek
Meelfabrieken
(Complete)
Mcubilecring
Papiervcrn ie tiging
Pompen
Rund- Kalfs- en Yarkcnsslagerij
Schoorsteenvegen
Drukwerk
Frigidaire-Huishoudkoelkasfen
Glas
Goud- en Zilverwerken
Levensmiddelen
BIJLOOS
WINKELS
Sigaren, etc.
Stoffen - Manufacturen
881 42 t'—^a""®eite's' L>am 9-26.
Stofzuigers, Motoren,Apparaten
Stoomen- Verven
Triples
Timmerman-Metselaar - Aannemer
Woning-inrichting
Woningbureau
Lcxci dagen is in zijn woonplaats te
ruggekeerd een Nederlandsch officier
van een onzer grensbataljons, die zoo
veel omzwervingen en ontberingen
«achter den rug heeft, ,dat zij gemakke-
liil. een geheel menschenleven zouden
kunnen vullen. Het relaas, dat hij ons
eenmaal terug gekeerd in zijn gezel
lige huiskamer, te midden van de zij
nen, deed in soberen en onopgesmuk-
tcn vorm, strekt zich echter slechts
;uit ever luttele weken, die evenwel
voor dezen officier en zijn 'kameraden
van het betrokken bataljon een dus
danige aaneenschakeling van ontberin
gen, van vluchten, van slapelooze
nachten en hongerlijden zijn geweest,
dat men niet begrijpt, hoe nóg één
man dit alles heeft kunnen volhouden,
en hoe 1103 velen de eindstreep van
deze race met den dood hebben kun
nen bereiken.
On ze zegsman dan lag mei zijn ba'aljon
hij den aanvang van de krijgsverrichtingen
ergens in Noord-Brabant, waar al heel
gauw de Fransche troepen verschenen, die
tot opdracht hadden de Nederlandsche
strijdkrachten krachtdadige hulp te verlee-
nen. Het contact met deze troepen is
echter nooil bizonder hecht geweest, en van
een vriendschappelijke samenwerking was
nauwelijks sprake. De Nederlanders had
den zich onder het Fransche bevel ge
schaard, maar kwamen op een goeden och
tend tot de conclusie, toen op tal van plaat
sen in Brabant de Daiitschers krachtig door
stootten, dat hun Fransche bondgenooten
spoorloos waren verdwenen.
liet bataljon, dat zich aan alle kanten
door Buitsche troepen en parachutisten om
ringd was, en geheel en al op eigen ini
tiatief moest handelen, kon toen praclisch
niet anders, dan uitwijken naar Belgisch
grondgebied. Een gedeelte van hot batal-
jcei kwam aldus in Antwerpen, een ander
gedeelte is op dezen overijlden terugtocht
zook geraakt en is waarschijnlijk in Zee
land terecht gekomen, naar onze zegsman
veronderstelde. In Antwerpen zijn de offi
cieren en hun soldaten een dag gebleven,
wijl het de bedoeling was, dat zij weer
riaar Nederland, en wel naar Zeeuwsch
Vlaanderen zouden terug keeren.
Dat is ook inderdaad gebeurd: de troep
kwam via» Antwerpen in Hulst in Oost-
burg en in Aardenburg. Toen was echter
in Zeeuwsch Vlaanderen de laatste fase
van den strijd al aan den gang, de Fran
schen trokken ook daar voor de Duitschers
terug, en zoo zag deze Nederlandsche troep
zich opnieuw genoodzaakt te wijken naar
Belgische gebied. In Lapscheure, een dorp
je even over de grens, waar zij des avonds
nog in het bezit van hun eigen vervoer
middelen.' arriveerden, werden zij door de
bevolking op buitengewone wijze onthaald,
gastvrij en gul. Weinig konden de Hollan
ders echter vermoeden, dat dit voorloopig
hun jaatste behoorlijke maagvulling zou zijn
en Jat zij ware verschrikkingen tegemoet
gingen
Een chaos te Ba Panne.
Want de tocht moest den volgenden dag
verder worden voortgezet: via Brugge en
Geril naar La Panne. Ia Brugge konden
onze soldaten met veel moeite nog wat le
vensmiddelen veroveren, in letterlijken zin
veroveren, en toen eindigde deze dag in
een overbevolkt La Panne, waar practisch
geen mensch meer bij kon.
Het was daar een enorme drukte,
grootendeels veroorzaakt door drom
men Nederlandsche en Belgische vluch
telingen, die overal een goed heen
komen zochten, en dachten dat zij
aan de Belgische kust voorloopig wel
veilig zouden zrjn. De stralen van de
badplaats waren overvol met vluch
telingen, en daar tusschendoor kwa-
neri nog de Fransche gemotoriseerde
colonnes.
„Ik heb werkelijk van mijn leven nog
nooit zoo iets gezien", verklaarde onze
zegsman. „De Belgische autoriteiten tracht
ten ncn te regelen wat er te regelen was,
maar ei was eenvoudig geen beginnen aan.
Daarvoor was de chaos, te groot. En steads
maar kwamen nieuwe stroomen troepen cn
vluthtelirigen de slad binnen, ook brokstuk
ken van Nederlandsche troepen onderdeelon,
die zich maar weer bij ons aansloten".
Eten was er met geen mogelijkheid te
krijgen, en daarom werd besloten des
nachts maar verder te gaan, in de
richting van Duinkerken, met de
haast bijgeloovige gedachte zoo zei
■onze zegsman dat het daar wel be
ter zou zijn.
Naar Duinkerken.
Gedeeltelijk loopende, gedeeltelijk
nog met onze wagens hebben we den
nachtelijken tocht, hongerende en dorsten
de, en vechtende tegen den s'aap,
aanvaard. Maar toen we een-
maai in Duinkerken waren, wisten we
het meloen ook al: de'Duitsche bommen
werpers vlogen er boven onze hoofden,
de stad was één stuk ellende, en wij
zelf niet minder. De allesheheerschead-e
vraag washoe aan eten en onderdak
te komen. Van het kastje naar den muur.
en bij elk kastje en bij eiken muur kre
gen we lotgenootentroepen elders uit
Brabant, die dezen weg ook hadden gè-
vonnden, en nu in het zelfde schuitje
zatenop zoek naar eten, op zoek naar
een dak.
Eindelijk kwam er een regelingde offi
cieren konden voor hun eigen rekening
voeding koopen, de manschappen konden
wat schraal eten van een der kazernes
krijgen. Onze indruk daar in Duinkerken
was, dat de Franschen zich heel weinig
aan ons gelegen lieten liggen; we moes
ten zelf maar zien, hoe we aan den
kost kwamen, en waar we het moede
lichaam konden neerleggen. Wel kregen
we, voor officieren en manschappen sa
men, een zolder boven een oude kazerne
toegewezen, die met wat stroo was be
legd, maar daar durfde niemand- te gaan
slapen, vanwege de bombardementen. Een
van de andere kazernes was al gebom
bardeerd, en elk oogenbük kon ons aan-
gewez-c „home" ook bestookt worden. En
zij, die dan op den zolder lagen, kregen
natuurlijk de eerste beurt...
Daarom bleven we maar, zoo goed en
zoo kwaad dat ging, in onze voertuigen
slapen, hoewel er natuurlijk van slapen
bijna niets kwam, en evenmin van éten
Met een stuk droog brood was je den
koning te rijk, en de uitgereikte porties
middageten, of wat daarvoor door moest
gaan, waren zoo klein, dat we aan twee
portie5 nog niet genoeg zouden hebben
gehad. Alleen was er zeer overvloedig wijn
voorhanden, maar daarmee vul je ook je
maag niet
Per schip verder.
Dat tieeft zoo twee dagen geduurd, tol
de mcdedeeliog kwam, dat we per cship
verder zouden gaan, naar Havre of Cher
bourg. Een nieuw perspectief. Inderdaa:
kwam er een schip in de baven, dat
ons verder zou brengen. Er werden zoo
veel menschen opgeladen als maar moge
lijk was, ongeveer een 1500 man, allemaal
Nederlanders.
We zouden na het invallen van de
duisternis vertrekken, en daar hadden we
het hcelemaal niet op begrepen. Bovendien:
de reis zou ongeveer 18 uur duren, dus
moesten we mondvoorraad meenemen. Dat
heeft heel wat voeten in de aarde ge
had, voor we het noodige noodrantsoen
bijeen haddenvleescb in blik en pain
de guerre. Voor het vervoer van deze le
vensmiddelen konden we niet eens de be
schikking over onze eigen wagens krijgen.
Ten langen leste kregen we één auto los,
waarmee het eten aan boord werd gebracht.
Een nacht der verschrikking.
Na donker worden, gingen we de haven
uit. Na een kwartier bing er al een bom
menwerper boven ons, die mitrailleerde,
vervolgens bommen liet vallen, waarvan, er
een midden op het schip terecht, kwam.
Dat gaf een verschrikkelijken toestand in
CECIL FREEMAN CREGG
59)
„Want het was vrij duidelijk, dat, als
er iets in den schoorsteen was verborgen
geweest, bij" zijn eerste bezoek ook roet-
sporen te zien moesten zijn geweest, en
Higgins herinnerde zich daar niets van.
„Je htbt de - vloerplanken ook opgehad,
zie ik."
„Zeker, meneer,- dat ging niet moeilijk.
Het heels huis schijnt ongeveer in elkaar
te vallen."
„En hoe zit het met de muren?"
Inspecteur Higgins wandelde de kamer
rond, voorzichtig de muren bekloppend en
luisterend naar een hoi geluid, dat een
geheime bergplaats zou kunnen verraden.
Hij hoopte half en half een verborgen
kast te vinden; het huis was oud genoeg
voor een dergelijk wonderlijk verschijnsel.
Dan keerd« hij de tafel onderste boven,
ren keek onder-het blad, in de hoop, dat
deze simpelste van alle bergplaatsen over
het hoofd zou gezien zijn. Opnieuw zon
der resultaat.
Higgins ging midden in de kamer staan
en van daaruit begon hij langzaam en
nauwkeurig vloer, muren en plafond te
bestudceren. Kaal en armoedig. Oud en
versleten. Zelfs de plinten lieten hier en
daar los.
De plinten.
Hij liep de kamer rond, ieder stuk .be
voelend. Eindelijk gaf er een stuk van
ongeveer een meter lengte mee, zoodat
hij dit eruit kon trekken.
In de ruimte er achter lag een klein
geweer.
Higgins strekte zrjn hand er naar uit,
terwijl de agent niet een onbeschrijflijk
stomme uitdrukking op zijn gezicht er
naar stond te kijken.
Het was een sporfgewecr, terwijl de loop
duidelijk bewees, dat het na het laatste
schot niet was schoongemaakt. - En er
waren geen vingerafdrukken op. Higgins
bestrooide het heele wapen met fijn poe
der, maar zonder resultaat.
Na het gebruik was het blijkbaar met
een olielap afgeveegd. Een verder onder
zoek achter de plint bracht ook dé olie
lap en bet kannetje aan het licht."
„Dat verklaart, hoe de kelderdeur ge
olied is."
dien donkeren nacht. Beneden in het schip
branado het, en er waren ongetwijfeld doo
den en gewonden. Zoo goed en zoo kwaad
als dat ging, hebben allen hulp en bij
stand verleend, aan 'de gewonden. Ge
lukkig kwam de vliegmachine niet meer
terug. Maar het is toch een nacht ge
weest, 0111 nooit meer te vergoten. Aan
dén horizen zagen we in volle zee bran
dende schepen, op ons eigen schip brandde
liet ook, de kermende gewonden vroegen
al onze aandacht, en ieder oogonblik kon
een nieuwe bommenwerper verschijnen.
Moedige kerels daalden af in het
ruim, om te redden wat cr nog te
redden was, maar gelukkig bleef de
brand lot een kleine oppervlakte be-
;>crkt, In den vroegen ochtend, toen
het daglicht doorkwam, werd ons schip
op het strand gezel. De nacht van
verschrikking was voorbij.
Ons eerste werk was toen, de gewon
den naar buiten te brengen. Zij werden
op planken gebonden, en zoo naar be
neden op het strand getakeld, natuurlijk
alles hoe; primitief, maar allen waren
verbonden, cn allen zijn ook, dank zij
de goede hulp van de burgerbevolking
van een klein dorpje aan de kust, met
boerenwagens op stroo, naar de zieken
huizen van Galais, vervoerd. Ook de doo-
den zijn nog geborgen, en toen hebben
wij het schip het schip gelaten, en zijn
te voél verder naar Galais gegaan, en van
daar naar het naburige, dorpje Coquelles,
waar onze mannen cn wij in volkomen
huipeicozcn toesfanu, uitgeput door honger
en slaap, in Ideinc groepjes arriveerden.
De soldaten gingen er zelf maar op uit 0111
te fonrageeren, voor zoover er wat te
krijgen was. want ook dit plaatsje zat
weer vol met vluchtelingen. Na veel moei Ie
slaagoen we er in weer een noodrant
soen op den kop te tikken en toen wa
llet verder maar afwachten, wat onze ver
derc bestemming zou zijn.
De Duitschers komen.
Hoe lang het verblijf in en om Calais
heelt geduurd, wist onze zegsman niet
meer. Do nachten waren gelijk de dagén,
omdat er toch "niet gestapen werd, en zoo
raakte men den tel kwijt. Maar op een
goeden morgen, nadat men een nacht in
een schuilkelder had geslapen, zagen de
Hollanuers bij het wakker worden geen
Fransche en Engelsche tanks meer rijden,
doch Duitsche. Ca!a;s was in Duitsclie ban
den gevallen, en daarmee waren de Hollan
ders krijgsgevangenen geworden, wat overi
gens aan hun status niet zoo heel vee)
veranderde, omdat de Franschen hun toch
reeds al hun wapens hadden afgenomen.
Na eenigo dagen werden de krijgsgevan
genen op transport gesteld, niet alleen de
Nederlanders, maar. ook Franschen en En
gelseben en Belgen, cn Marokkanen. De
eersle dagen ging het transport te veehet
binnenland in. Het viel daarbij op, hoeveel
plezieriger de Nederlandsche en Belgische
soldaten werden behandeld dan de andere
krijgsgevangenen.' De «Marokkanen leden
blijkbaar erg aan honger, want als er boe
ren langs den weg stonden, die eieren aan
de menschen aanboden, werden er heel-e
veldslagen om geleverd. „Je kreeg zoo
soms het idee „aldus onze zegsman
dat die gekleurdere at en toe ook op ons
een begeeng oog gericht hadden".
Hoe het zij, na verloop van korten
tijd stelden de Duitschers vrachtauto's
tot onze beschikking, zoodat we - niet
meer behoefden te loepen. Maar op die
hobbelende auto's kwam van slapen
we reden dag en nacht door ook
weer niet veel. Zoo af en toe zakte'je
hoofd tegen den schouder van je buur
man aan, die het dan weer, omdat hij
zelf niet s)aj>en kon, in zijn oorspron-
kelijkcn stand terugbracht.
"Weer eten en drinken.
Eindelijk midden in den nacht, kwamen
we in een dorp aan de BelgischLuxem-
burgsche grens, waar kotfie en soep op
ons stond te wachten, waarlijk godenspijs
onder de gegeven omstandighedon. En daar
wij als Hollanders nu eenmaal een streepje
voor hadden bij de -Duitschers, konden wij
ons eindelijk eens te goed doen.
Toen bleek, dat we letterlijk rammelden,
begonnen de Duitsche officieren en man
schappen ons bovendien nog van hun eigen
voorraad eten mee te dcelen, zelfs in zulke
hoeveelheden, dat wij er aanvankelijk spra
keloos onder waren. De kerels daar, zoo.
zei onze zegsman, hebben onzen eeuwigen
dank verdiend, want toen voelden we ons
langzamerhand weer mensch worden.
Fa. Wed. M. van Meurs, Broers-
veid 53. Erkend gasfitter. Erkend
installateur. Uw adres bij ver
huizingen. Na 6 uur tel. 67879.
3 LIJSES)
Krommenhoek, Singel 101.
Uw bakker.
Amsterdamsche Bank N.V.
Bijkantoor Westvest 36
Alle Bankzaken Assuranties
Fa. Witlems EmstLng.
Rotterdamschedijk 233-235-237.
F. Röttgering, Hoogstraat 17.
Grootst Speciaalhuis.
Uitgebreide Catalogus, A. Rood-
bol v.h. J. v. d. Berg's Boek
handel, Rubensplein .16.
Beëedigd Taxateur van Onroe
rende Goederen. J. Bokhorst,
Lange Nieuwstraat 145.
CÖï}C19 Pm* Heiliger, Passage 1.
OOOuv Heerenmode-artikelen.
Vraagt tel. zichtzending.
ÊOOQC G. VAN MEURS,
UO£3ü LANGE HAVEN 5.
(ÏOOII Maltha's Lederhandel,
OOO II Broersveld 145 - 152
Leder-fournituren, Koffers,
Actetasschen, Reparatiën
A. Fontijne,
Boterstraat 2832.
(2 lunen) Modern ingericht reparatiebedrijf
Hoofdstraat 39,
Tarwebloem Tarwemeel
Tarweafvailen,
RQ77^ G. J. de Jager.
\J*J i i \J Dirk van Wassenaarstraat 35.
Showroom Rembrandtlaan 7.
v. d. Waal, Westmolen
straat 25-27. Inkoop alle soorten
oud papier en metalen.
fift7Qfi Verkoop, Verhuur en Reparatie
UU OU Willem Fontijne's Pompen-en
Motorenhandel, Noordvest 85.
Benzine- en Electromotoren.
Fa. J. H. v. d. Water,
Dam 52.
N.V. EMADA, Rotterd.dijk 199?
Ruime sorteering en steeds het
nieuwste-
Drukkerij Wijchers,
Walvischstraat 3,
Handels- en Vereenigingsdruk-
werk.
(2 LIJNEN
N.V. Pietersen Co'c
•riutomobielbedrijl
Broersvest 74-76
N.V. Van Katwijk's Glashandel,
Lange Kerkstraat 38.
Alles op dit gebied.
H.' Th. v. d. Vlerk,
Rotterdamschedijk 268.
Gediol. Uurwerkmaker.
C O A 01 Verbetering van Schoorsteentrek.
00 r£l Fa. V, L. Borrani.
Alléén Lange Achterweg -33.
R7RQ.Q JAC. v. d. TEMPEL,
O OOO Broersvest 127
Alle bekende merken. Bezorging
door geheel de stad.
J- Th. Heijnsbroek,
O Branderssteeg 6.
C7QOQ Stoomververij en Chemische
O ÖZO Wasscherij „CENTRAAL",
Hoofdkantoor: L. Nieuwstraat 71
GQ7QQ «Latten en ronde stokken.
Oü 33 Frans van Thienen,
Broersveld 123.
£J "7 Q C Q N. Scheurkogel, Lange Nieuw-
O OOO straat 177179. Uitvoering van
werken in gewapend beton.
Fa. Rijnbende Van Hoek,
Hoogstraat 32.
C07M Woningbureau„Schiedam-West"
QO/üfa Nieuwe Haven 83.
Adm. van Onroerende goederen
„Juist, mijnheer" antwoordde de agent
plichtmatig, hoewel hij ér niet het flauw
ste idee' van bad, waarover de inspecteur
sprak, en hoewel Higgins de opmerking
meer bij zichzelf had gemaakt dan tegen
den ander.
„Nu agent, hoe komt het, dat je dit
niet gevonuen hebt?"
„Ik >k kon gezworen hebben, dat
ik ook achter de "plinten gekeken bad."'
lk; begrijp niet, hoe het aan mijn aan
dacht ontsnapt is."
„Nu in ieder geval is het zoo."
„Tenzij het hier na ons onderzoek is
neergelegd."
Inspecteur Higgins bleef even zwijgen.
Hij vermoedde, dat het meer als excuus
gezegd werd, maar toch zat er iets in.
„Is er bier voortdurend iemand op
wacht geweest?"
„Ja, meneer."
„Hoe kan het dan zonder je voorkennis
hier verborgen zijn? Het is te groot om
het ongemerkt- mee te nemen. Daarom
wérd het hier achtergelaten. Geweren als
dit nemen plaats in, agent."
„Zeker, inspecteur."
i De gereéde toestemming van den agent
op elkvan zijn ideeën begon op de ze
nuwen van den inspecteur te werken en
zijn papegaai-achtig^ „ja meneer", droeg
Van dat dorpje zijn we per trein ver
voerd naar Trier. Ook tijdens die treinreis
hebben we het best gehad, en in Trier
zelf, waar we voorloopig zouden blijven,
kregen we behoorlijke kamers in een slee-
nen gebouw, e i.o lang ontbeerde luxe,
een heuschelijk bed om op te slapen.
Slapen.
Fiapen, meneer, slapen. We deden niet
anders. Slapen, eten en dan maar weer
slajien, en weer eten. 's Morgens kregen
we brood met jam, otn twaalf uur warm
eten, en 's avonds weer brood met boter
en kaas. En dan maar weer slapen. Lang
zamerhand kwamen daar in Trier nog meer
Nederlandsche troepen binnen,, die evenals
wij zeer le spreken waren over de behan
deling, welke zij van de Duilscbers hadden
ondervonden.
Trier is voor ons een waar. herstellings
oord, een sanatorium geweest.
Alléén waren we nog in het onzekere,
wat er verder, met ons zou gebeuren, tot
eensklaps het bericht afkwam, dat we zoo
er niet toe bij de opkomende prikkelbaar
heid van Higgins te verminderen.
„Kijk eens hier, agent, je hebt me nu
voorloopig genoeg leugens verleid. Heb
je nu achter die plint gekeken of niet?"
„Ik ik heb de vloerplanken opge
licht," zei de man aarzelend.
„Verdraaid, man. Geef me duidelijk ant
woord."
„Ik ik eh ik dacht...."
„Keek je, of keek je niet?" schreeuwde
Higgins ten slotte.
„N... neen, inspecteur."
„Dank je. Je kunt gaan."
Waarin Sanderson een verklaring geeft.
HOOFDSTUK XXVIII.
Toen hij even later het huis verliet om
naar Scotland Yard te gaan, was het
goede humeur van Higgins nog niet
hcelemaal teruggekeerd. Hij had het ge
weer bij zich, maar voor het oogenblik
interesseerde het -hem meer, wanneer het
wapen in die schuilplaats gekomen was,
darthoe. Was de veronderstelling van den
agent, dat; het daar neergelegd.» was, na
dat. de kamer onderzocht was, erg on
waarschijnlijk
Toen „de stem", na zijn ontdekking
snel mogelijk naar huis zouden worden ge
transporteerd. U begrijpt, wat dat een vreug
de gaf. We kregen, alle Hollanders, zooals
we bij elkaar waren, een specialer) trein
ter- beschikking, die ons linea recta van
Trier over Koblenz en Keulen naiur Maas
tricht heeft gebracht.
Weer op Nederlandschcn bodem.
Daar waren we weer op vaderlandschen
grond. Hoe we in Maastricht onthaald zijn,
dat laat zich eenvoudig mot geen pen be
schrijven. Kosten noch moeite werden ge-
sp«aard om het ons zoo aangenaam mogelijk
te maken, hondorden Maastrichter meisjes
liepen maar af en aan met'ijsjes en mot
bier en koffie on thee, mot brood en
vlecsch, kortom met alles wat maar eet
baar was. Maar het kostbaarste cadoaiu kre
gen we daar bovendien in. ons bezit.-: onze
verlofpas, die ons veroorloofd© -por eerste
gelegenheid naar huis terug lie koeren,
waar men al weken over ons- in ongerust
heid had verkeerd, en waar -wij allen onze
blijde rentree hebben gemaakt.
door de agenten Goldfinch en Smart uit
het verlaten huis gevlucht was, had hij
dit door een raam verlaten, as het niet
mogelijk, dat hij later langs den zelfden
weg was terug gekeerd, zonder dat de
agent, die beneden op wacht zat, er iels
van had bemerkt? Wel mogelijk, mis
schien. Maar waarom met het geweer terug
te komen? Tot dusverre was de inspec
teur van net standpunt uitgegaan, dat
„dé stem" was terug gekomen, om een
gevaarlijk achtergelaten spoor te verwij
deren: nu zou hij er toe komen om te be-
redenceren, dat de man op de plaats van
de misdaad terugkwam, om er een aller
belangrijkst bewijs in den vorm van het
wapen terug te brengen. Dwaasheid. En
de inspecteur was er niet zeker van, dat
dit huis werkelijk de plaats van de misdaad
was.' -
Tenzij tenzij er achter dit alles nog
iets stak, wat tot dusver voor hem ver
borgen was...
Terwijl hij het geweer op Scotland Yard
achterliet cm door den wapenexpert on
derzocht te worden, begaf Higgins zich
naar het ziekenhuis, zich afvragend, wat
Sanderson te zeggen zou hebben, en of
hij den man zou kunnen .geloovcn, wan
neer hij he* gezegd had.
{Wordt vervolgd).