16
in het "gordijn-lucht"-fragment, vaststaat. Het fragment met de schapen
kan thematisch alleen maar aansluiten aan de rechterzijde van "Jozef
naar Egypte verkocht"; ook hiervan is de plaats dus bepaald. Dat bete
kent, dat het 509 cm. brede tafereel "Jozef verklaart de dromen van
Farao" op de tegenoverliggende wand moet hebben gezeten en rechts
aansluit aan de linkerzijde van "Jozef naar Egypte verkocht".
"Jozef en de vrouw van Potifar" en het smalle bossagestukje blijven
over voor de wand, waar behalve het schap en fragment resp. 205, 201
en 206 cm. hoog) natuurlijk de ramen moeten hebben gezeten, waarna
een eenvoudig rekensommetje ons leert, dat er twee ramen van elk 206
cm. breedte in de kamer geweest moeten zijn. Het gordijn/luchtfragment
tussen de twee aulastukken in liet eronder precies een plaats vrij voor
de schoorsteen (111 cm. breed).
Aan de T-vormige uitsnijding links in het tafereel "Jozef verklaart de
dromen van Farao" is bovendien af te lezen, dat hier een dubbele deur
heeft gezeten. Inderdaad zijn de slijtplekken van de scharnieren en ronde
gaten van de deurknoppen aanwezig. Uit de plaats van deze deur is op
te maken dat de kamer op de noordzijde van het huis geweest moet zijn.
In het tafereel "Jozef naar Egypte verkocht" tonen soortgelijke sporen
de aanwezigheid van twee identieke kasten achter het behang aan.
Al hebben wij nu enige zekerheid omtrent huis, kamer en plaats van het
behang, er blijven nog heel wat vragen over
le. Wie heeft de decoraties geschilderd
2e. Wie was de opdrachtgever en waarom werd het Jozef-verhaal
uitgebeeld
3 e. De manier om slechts met één verflaag op grof jute te werken,
waardoor een gobelin-effekt ontstaat is zeer zeldzaam.
4e. Zijn er in Schiedam nog andere voorbeelden van geweest
Ik hoop dit onderzoek voort te zetten, wellicht wederom met de hulp
van de heer Van Es van het Gemeente-Archief, die mij ook deze keer
zo voortreffelijk heeft geholpen.
JOSINE BOKHOVEN