Schiedams telefoonnet 11 DE EERSTE JAREN VAN DE TELEFOON IN SCHIEDAM Reeds lang voordat er sprake was van een georganiseerd telefoonnet in Schiedam, waren er toch al twee percelen, in verschillende wijken van de stad, met elkaar in telefonische verbinding gebracht. Het was een fabriekspand aan de West Frankelandsche Laan - dat is nu de West Frankelandsestraat - en een kantoorpand gelegen aan de Hoofdstraat. Beide panden waren het eigendom van de firma A. Houtman Co., één van de vele distilleerderijen in die tijd. Begin juli 1882 vroeg deze firma, op grond van artikel 2 van de wet van 7 maart 1852 (Staatsblad no. 48), machtiging aan Z.M. de Koning om de beide panden door middel van telefoon met elkaar te mogen verbinden. De gemeentelijke commissie van Fabricage, een commissie die het bestuurs college adviseerde omtrent vestiging, uitbreiding en wijzigingen bij Schiedamse bedrijven, vond dat het bepaalde in artikel 2 van de wet van 7 maart 1852, hetgeen aldus luidde „bijzondere personen of maatschappijen die electro magnetische telegrafen, hetzij afzonderlijk, hetzij in verbinding met lijnen van den Staat wenschen aan te leggen daartoe de magtiging van den Koning behoeven", niet van toepassing kon zijn op telefoonaansluitingen zoals door de firma Houtman werd bedoeld, omdat bij de vaststelling van de wet de telefoon in ons land nog onbekend was. Toch stond de commissie niet geheel onwillig tegenover het verzoek en adviseerde burgemeester en wethouders om buiten de van toepassing zijnde gedeelten van artikel 2, de volgende bijzondere voorwaarden te stellen 1. "dat de magtiging worde verleend tot wederopzegging en behoudens "regten van derden. 2. "dat daar, waar de electrische geleiding over of langs de openbare weg "zal lopen zij minstens tot op eene hoogte van 10 meter, en daar, "waar zij zich zal uitstrekken over eenig water dat bevaren wordt door "schepen die van een mast zijn voorzien zij minstens tot op eene hoog- "te van 20 meter boven den begane zal moeten zijn aangebragt. 3. "dat, zoo tot ondersteuning van den draad eenig gemeentegebouw of "wel het slaan van palen in gemeentegrond mogt verlangd worden daar- "toe vooraf de toestemming van het gemeentebestuur moet verkregen "zijn; en 4. "dat, binnen één jaar na de dagteekening van het besluit van Z.M. den "Koning, houdende magtiging tot aanleg der gevraagde verbinding, de "telephonische gemeenschap in werking zal moeten zijn gesteld, bij "gebreke waarvan de magtiging vervalt."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1976 | | pagina 11