11
NIEUWBOUW
In 1930 kwamen er plannen op tafel om in verband met de automatise
ring de telefoondienst in een afzonderlijk gebouw onder te brengen,
want voor alle PTT-diensten was het gebouw aan de Gerrit Verboonstraat
te klein geworden.
Na overleg met het gemeentebestuur werd een terrein gevonden in het
blok Rotterdamsedijk, Broersvest en Singel. De gemeente zou het terrein
bouwrijp maken en kosteloos overdragen aan de PTT in ruil voor de grond
en het PTT-gebouw aan de Gerrit Verboonstraat. Eind 1931 werd om
bezuinigingsredenen besloten om de nieuwbouw nog wat uit te stellen en
uit te zien naar een stuk grond, dat goedkoper was. In maart 1932 werd
een geschikt terrein gevonden in de Tuinlaan. Het stuk grond was 2503
groot en liep door tot aan de haven. Het perceel werd voor de som van
f. 62.000,— aangekocht van de bouwmaatschappij "Muiderpoort". De
naast dit perceel gelegen parfumeriefabriek, groot 161 m^, werd aange
kocht voor f. 14.500,—. Er werd een schetsplan opgesteld, doch dit werd
door de gemeente afgekeurd, omdat men op dit stuk grond alleen hogere
bebouwing toestond. Daarom werd er besloten een gebouw te doen plaat
sen voor de Post- en Telegraafdienst met daarboven woningen en aan de
kant van de haven een Telefoongebouw.
Op 31 mei 1934 vond de aanbesteding plaats. Er kwamen 74 inschrijvingen
binnen. De hoogste inschrijver was de firma G.J. Horstink te Soesterberg
en de laagste de N.V. Ingenieursbureau v/h Gebr. Greij te Rosmalen. Het
werk werd aan laatstgenoemde N.V. gegund.
Het nieuwe bouwwerk kwam te rusten op 110 Franki-palen met een ge
middelde lengte van circa 18 meter en een maximumbelasting per paal van
80 ton. Het was het eerste projekt in Schiedam, waarbij gebruik werd ge
maakt van deze Franki-palen. De technische installatie van de automatische
telefooncentrale werd aangebracht door de firma Ericsson uit Zweden.
In augustus 1936 werd de telefooncentrale in dienst gesteld en op dezelfde
dag door de PTT overgedragen aan de Gemeentelijke Telefoondienst te
Rotterdam. Alle personeelsleden van de technische dienst werden overge
plaatst. Het grootste gedeelte van de telefonistes werd ontslagen (zij waren
op arbeidsovereenkomst) en enkelen werden overgeplaatst.
C. PLUIJM
Tot zover het geschiedkundig overzicht over de eerste jaren van de telefoondienst in Schiedam.
In de wetenschap, bij lange na niet volledig te zijn geweest in het overbrengen van gegevens,
heeft bij mij voorop gestaan, de ter beschikking staande gegevens dusdanig te rangschikken dat
het niet een opsomming zou worden van jaartallen en aantallen, maar een leesbaar geheel