14 smartelijke lag. Hij leed een ogenblik en men had hem dit kunnen bespa ren. Ook in de processies waren zij steeds present. Wel niet in de onmid dellijke nabijheid van het baldakijn, maar toch op een niet al te grote af stand daarvan, laat ons zeggen achter de misdienaars, maar toch vóór de leden van de St. Vincentiusvereniging en de leden van de St. Barbaraver- eniging, de patrones van een zalige dood. In verschillende parochies was het de gewoonte, dat zij daarbij hun cen tenzakjes met zich meevoerden. Men zag dan plotseling in zo'n processie een klein woud van stokken voorbijtrekken, zoals men de kruisvaarders weieens zag afgebeeld. De collectant die anders met de schaal rondging, droe deze nu plat tegen de borst om aan te geven, dat het niet in zijn bedoeling lag er onderweg iets mee op te halen. Het moest alleen maar als ornament worden opgevat. Deze mannen van de daad brachten onge twijfeld aan de kerkdiensten een zekere sfeer. Zij behoorden als het ware tot de entourage van de kerken. MISJE SPELEN Wij hebben het geluk gehad, dat wij dankzij mevrouw Van 't Hoff (die aan de Lange Haven 102 woonde - zij was de echtgenote van een der directeuren van de bekende kantoorboekhandel van Van 't Hoff Jongepier) in het bezit kwamen van een prachtig altaartje met de bijbe horende attributen en een complete uitrusting van priesterkleren. Het was in feite een uitgesproken jongensspel. Ik wilde altijd de koster zijn, want dan kwam je in het bezit van echte lucifers om de kaarsjes aan te kunnen steken. Wanneer ik geen koster mocht zijn, deed ik niet mee met misjespelen. Dat was dus eigenlijk een soort chantage. De voor dit spelle- tej benodigde voorwerpen, zoals kelken, monstransen, wierookvaatjes en misbellen kon je overal in heilige winkeltjes kopen. Het leek heel wat wan neer je voor zo'n ruit stond te kijken, maar van dichtbij was het allemaal blik en kon je ze gewoon ombuigen. De broertjes Wim en Frans Heyns- broek (zoontjes van de bekende schoenhandel op de Hoogstraat nr. 71) die dikwijls bij ons speelden, kwamen steeds in aanmerking om toen al het priesterschap in ons misjespel waar te nemen. Zij verrichtten die taak met eerbied en volle overgave. In latere jaren zijn deze broers inderdaad tot priester gewijd. Wel triest is het u te moeten vermelden, dat beide broers reeds lang zijn overleden. Het eigenlijke misopdragen gebeurde toen nog in het Latijn. Als je niet meer wist, hoe het in het Latijn verder ging, vulde je de zinnen verder met wat gemompel aan. De preek werd meestal door de jongste broer Frans gehou den. Hij liep dan eerst met veel zwier naar een bankje, liep daar vervol gens een paar maal omheen en stapte er dan bovenop. Hij bleef dan een vervolg op pag. 17

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1977 | | pagina 14