Cornells Gips (slot)
21
Als in 1892, het sterfjaar, de posthume tentoonstelling van het werk van
Cornelis Gips in 'Musis Sacrum', georganiseerd door zijn collega's van de
Schiedamse Kunstvereniging, gehouden wordt, schrijft de Schiedamse
Courant op 26 juni van dat jaar: zal men verwonderd zijn, dat een
groot talent, als uit vele der werken spreekt, niet meer bekend was, niet
hooger zijn wieken heeft kunnen uitslaan".
Vervolgens gaat de anonieme kritikus dieper in op de mogelijke oorzaken
van deze betrekkelijke onbekendheid en noemt dan als belangrijkste oor
zaak: dat is de eenzaamheid, geen weerklank te vinden voor zijn
gloeiende bezieling Over het werk zelf echter, de kwaliteit ervan,
komt men uit dit artikel weinig te weten. Het enige feitelijke gegeven is,
dat menig bezoeker "zich verzekerde van een aandenken aan dezen kun
stenaar".
Waar deze werken (schilderijen, tekeningen?) gebleven zijn, is voorlopig
een raadsel. Het Stedelijk Museum bezit in totaal dertien werken van
hem. Of dit aantal, in verhouding tot Gips' produktie, veel of weinig is,
en of het representatief is voor het niveau van zijn werk, is een vraag die
ook al nauwelijks beantwoord kan worden. Als de museale Gips-kollektie
maatgevend is, betreft het een verzameling, die hoogstens middelmatig
te noemen is. Bovendien verkeren sommige van deze stukken in niet al
te beste staat en zou restauratie wel gewenst zijn.
Dit dan in tegenstelling - zeker wat het aantal betreft - tot de grote kol-
lektie werken die het Schiedams museum van Cornelis' zoon, Abraham
Frans Gips, in bezit heeft. Aan deze verzameling zal nog dit jaar door een
tentoonstelling aandacht besteed worden - en dan uiteraard ook in
'Scyedam'. Van deze zoon, Abraham, hing destijds op de expositie in
'Musis Sacrum', een door hem geschilderd portret van vader Cornelis.
Of het portret nog bestaat en waar het zich bevindt, zijn vragen, die voor
lopig nog open blijven. Het tekent misschien wel het best de man, die
ook door zijn tijdgenoten zo bescheiden genoemd werd.
CEES VAN DER GEER
In het vorige nummer werd in het kort de levensloop van Gips geschetst; zijn opleiding te Antwer
pen, het huwelijk met Maria Anna Pigeaud en zijn leraarschap aan de Schiedamse H.B.S.