10 37 vierkanten roeden, daerop bij den loper is gedaen maken een agtkante houte zaegmolen, leggende op 't Nieuwerck, tussen het gewesen kruyt- huys ende varkenssluys dezer stede. Ook de f. 400,— zijn dan betaald, want de akte vermeldt daarover: 'Bekennende meede van de coop, cessie ende opdragt deeses, alwel ten volle voldaen ende betaeld te sijn den laatste penning met den eerste ende dat met de somma van vierhondert guldens in gerede gelden ont- fangen. Voor de bouw van de molen werd door de stad f. 3.000,— geleend, waar voor op 24 maart 1725 een schuldbekentenis werd getekend tegen 3 pro cent 's jaars, waarbij de vader van Jacob, Nicolaas Bernouw, als borg op trad. VERKOOP Bij akte van transport d.d. 27 februari 1740 verkocht Jacob van Bernouw 'de agtkante houte zaegmole met deszelvs gereedschappen, mitsgaders het omliggende land, belast met een erfpacht van f 36,—, met een woon huis daarop, staande en gelegen op het Nieuwerk' aan de gebroeders Gerrit van Holst, wonende binnen deze stad, en Jacob van Holst, wonen de te Krimpen op de Lek, voor de somma van f. 10.000,- boven de ge noemde erfpacht. De molen bleef tot 1787 in bezit van de familie van Holst. In juni van dat jaar verkocht de weduwe van Gerrit van Holst de zaagmolen aan Maarten van Wieringen, Jan Verlouw en Dirk van Essen. Omstreeks dezelfde tijd verleende de Vroedschap, op het verzoek van ge noemd drietal, toestemming voor 'het oprigten eener houtzaagmolen in den Vettenoord, ten zuyden de Bakkershaven alhier, binnen de jurisdic tie van dese stad, en het maken of leggen van een sluysje in de kade, en ten dien eynde aan haar te vergunnen sodanige grond als bij supplianten (d.i. de verzoekers) tot het bouwen van een houtzaagmolen en daartoe gehorende betimmeringen van huyzinge, schuren en lootzen en opene grond van node zullen hebben Op dit stuk grond werd de paltrok- molen 'De Vlijt' gebouwd. In 1794 verkocht Jan Verlouw zijn aandeel in beide molens aan de twee andere vennoten, die hun bedrijf voort zetten onder de firma "Van Wieringen en Van Essen", en die van 1 janu ari 1794 tot 31 december 1799 eigenaars van beide zaagmolens waren. Op 28 juni 1798 werd op verzoek van Maarten van Wieringen en Dirk van Essen 'goedgevonden een gedeelte van stadsland en het Frankenland achter het huis van Jan Volleman en deszelfs buren gelegen, ter gem. breedte van 124,5 en ter lengte van 250 voeten, tot ene legplaats voor

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1979 | | pagina 10