1880 zijn stilgelegd. Het is mij echter niet bekend wanneer deze molen
is afgebroken. De "Wijk den Toorn" werd in 1887 voor f. 17.000,— ver
kocht aan de firma F.W. van der Eist, houthandelaren te Schiedam. Om
streeks die tijd is de molen onttakeld en het bovenste gedeelte ervan ge
sloopt. Vermoedelijk werd er circa 1883 nog een stoomketel geplaatst.
Het restant van deze molen brandde in de nacht van 5 op 6 augustus
1912 af.
De "Oud-Burgemeester Knappert" werd in 1910 onttakeld en tot aan de
balie afgebroken door sloper De Graaf uit Zwolle. In 1965 viel het nog
overgebleven gedeelte van de molen onder de slopershamer.
Dit wat betreft de drie Schiedamse houtzaagmolens, althans voor zover
hun geschiedenis mij bekend is. Want om met Cats te spreken:
Molendeskundigen onderscheiden twee typen molens: onderkruiers en
bovenkruiers.
Tot de bovenkruiers behoren de polder- en watermolens en de stenen
stelling- of korenmolens, waarvan Schiedam zulke fraaie exemplaren
telt. Van een bovenkruier draait alleen de kap. Bij een onderkruier of
paltrokmolen - uitsluitend gebruikt als houtzaagmolen - draait de gehele,
houten bovenbouw van de molen op de stenen onderbouw. Die houten
bovenbouw bestaat uit een taps toelopend vierkant huis met aan weers
zijden een afdak, waaronder zich de werk- of zaagvloer bevindt, ongeveer
twee meter boven de begane grond.
Paltrokmolens werden altijd geteerd en hebben daaraan ook hun naam
te danken. Zij herinnerden namelijk aan de om godsdienstige redenen
gevluchte protestanten uit de Pfalz (Duitsland), die in lange, zwarte
capes gekleed waren.
"Hoeveel men heeft ontdeckt.
Noch blijft er meer te soecken".
DICK BOUW
DE REDACTIE