21 In 1953 is het instrument gerestaureerd door de Firma Jos Vermeulen, Alkmaar onder toezicht van de Kath. Klokken- en Orgelraad. Hierbij zijn ruim 1600 pijpen schoongemaakt en opgevormd. Er werden 258 nieuwe veren in de windladen geplaatst, de klavieren werden op nieuw met ivoor belegd. De hoofdblaasbalg werd opnieuw beleerd met zwaar schapeleer. Tenslotte werd de windregeling vernieuwd. Hierna werd het instrument regelmatig gestemd en onderhouden tot aan de kerksluiting in 1967. Na de overname van de kerk door de Stichting Johan Maasbach wereld zending in 1973 en de heropening in 1975, begon men ook te denken aan het opknappen van het orgel. Tijdens de bijéénkomsten maakte men gebruik van een hamondorgel. Geld voor de restuaratie was er niet, dus het opstellen van een restauratieplan met een orgelbouwer behoorde niet tot de mogelijkheden. Men kwam echter in kon takt met de heer H. Rosbeek uit Dordrecht. Zijn beroep is elektrotechnikus, met een warme plek, zeg maar één groot warm hart, voor orgels en orgelbouw. (Hij is een oud-leerling orgelspel van de thans gepensioneerde organist van de Grote Kerk te Dordrecht, de heer Cor Visser). Vroeger wilde hij laatstegenoemde richting reeds uit, maar persoonlijke omstandigheden hebben hem dit belet. Sinds kort maakt hij van piano- en orgelrestauratie zijn beroep. Hij heeft het als een zegen van Gods ervaren, dit orgel te mogen opknap pen in dienst van het volle Evangelie. Zijn persoonlijk getuigenis hier over: "Zoek eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en dit alles zal U bovendien geschonken worden Eerlijk gezegd moet hij daar wel kracht en geduld uit putten. Ieder ander mens zouden de ril lingen over het lijf lopen bij het zien van de hoeveelheid werk, die lag te wachten. Bij grote moeilijkheden kan hij altijd bij orgelmaker Jan L. van den Heuvel uit Dordrecht terecht, die hem moreel steunt. Hij is bezig vanaf november 1976, met een onderbreking van een paar maanden en hij hoopt voorjaar 1980 gereed te zijn. Al zijn vrije tijd gaat hieraan op. Geen geringe opgave dus. Ter verduidelijking: de belo ning voor deze inspanningen zal geen stoffelijke zijn, maar het opnieuw kunnen bespelen van een weer goed instrument. Dat mag in deze mate rialistische tijd ook wel eens gezegd worden De mechanische traktuur was grotendeel versleten en moest vervangen worden. De circa 1200 hiervoor benodigde onderdelen heeft hij zelf ge maakt. De ventielen in de windladen zijn van nieuwe veren van fosfor- brons voorzien, wat de speelaard uiteraard zal bevorderen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1979 | | pagina 21