7 waar ze ten huize van de laatste 'vuijle ontugt' pleegden. Tijdens zijn proces, zo'n tien jaren later, zou Bruggeman verklaren nadien geen kontakt meer met Scheurkogel te hebben gehad, gewoon omdat ze elkaar niet aanstonden. Echter, toen Scheurkogel Schiedam verliet en zich naar Bergen op Zoom begaf, scheen het hem financieel niet erg best te gaan. Derhalve schreef hij zijn moeder dat ze naar Bruggeman moest gaan om diens beurs wat lichter te maken. Jillis had weinig keus, want als hij zou weigeren te betalen dan zou Scheurkogel de Jus titie er zeker van in kennis stellen dat hij homoseksueel was. Hoeveel Jillis in totaal aan zwijggeld heeft moeten opbrengen, daarvan blijkt uit de stukken niets. In elk geval heeft het hem bij de eerste chantagepoging van moeder en zoon Scheurkogel tien Zeeuwse Rijksdaalders gekost. Het is zeer onverstandig van Bruggeman geweest om de chantagebrieven van Scheurkogel te bewaren en deze bovendien nog te laten zien aan het heerschap Johannes Gijsbertus van der Hoop. Van der Hoop Van der Hoop (geb. Rotterdam 1770) was een geniepig baasje. Hij hoefde niet te stelen om in zijn levensonderhoud te voorzien omdat hij de kost verdiende in de koffiebranderij van zijn vader, Dominicus van der Hoop. Zijn dieverijen waren bedoeld als extraatjes, alhoewel moet worden gezegd dat hij aanvankelijk nu niet zo'n koelbloedige dief was. Toen hij namelijk in 1795 uit de chitsewinkel van de oude Van der Kemp te Rotterdam drie stukken chits1 stal, had hij die stukken - uit vrees voor verdenking - diezelfde dag weer terug gebracht. Zijn omgang met slechte vrienden - zoals Jan Lindeman uit Amsterdam en ene Van der Heijden uit Rotterdam - bracht hem verder van het goede pad. Tijdens de Rotterdamse Kermis van 1798 stalen hij, Jan Gerrit Wolteling (die later in de Gevangenenpoort te Den Haag zou belanden) en Jans en Hein Surell enige kledingstukken uit een kraam, en korte tijd later sloegen ze in de stoffenwinkel van de Burger Ledeboer in de Hoogsteeg hun slag. De ontmoeting tussen Van der Hoop en Bruggeman, waarbij de chantage brieven van Scheurkogel ter sprake kwamen, vond plaats in het Amsterdamsche Veerhuis op de Boerenvischmarkt te Rotterdam. Over deze ontmoeting zou Bruggeman later verklaren dat niet hij maar Van der Hoop de chantagebrieven in bezit had, en dat hij Van der Hoop er een had horen voorlezen. Hij herkende het handschrift echter niet als dat van Scheurkogel, van wie hij eens gedichten gelezen had. Deze verklaring is echter onwaarschijnlijk omdat de moeder van Scheurkogel later onder ede zou verklaren van Bruggeman gelden ten behoeve i) Chits of sits: bedrukt katoen, dat oorspronkelijk in Indië werd gemaakt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1979 | | pagina 7