80
De Babberspoldermolen
Poldervaart ligt dan de andere en er dus niet direct aan grenst. De kosten van dit
gemaal (f 45.000,- waarvan de Babberspolder 10.000,- zou moeten betalen)
deden de bestuurders van de Babberspolder besluiten om de ingenieurs De Ruyter
en Van der Graaf te verzoeken een rapport te maken over afzonderlijke motor
bemaling van de Babberspolder. Dit rapport viel wel in de smaak bij het bestuur,
want naar aanleiding hiervan doet het bestuur in de vergadering van 16 april 1924
het voorstel om de molen te verbouwen tot motorgemaal. Dit zou dan inhouden
dat op de begane grond van de molen een dieselmotor komt, die het scheprad, dat
nog in goede staat is, gaat aandrijven. Een probleem dat zich echter voordoet is dat
de woning van de molenaar zich thans op de begane grond van de molen bevindt.
Als oplossing stelt het bestuur dan voor om voor de molenaar, die dan machinist
gaat heten, een aparte woning te bouwen, pal naast de molen. De meeste ingelan
den zien deze plannen wel zitten en met 64 stemmen voor en negen tegen geven ze
hun goedkeuring aan de plannen van het bestuur. De directie zal worden opgedra
gen aan het 'Bouw- en Waterbouwkundig Bureau de Ruyter van de Graaf te
Rotterdam.
Men zit echter nog met een probleem: tijdens de verbouwing heeft de polder geen
eigen bemalingswerktuig. De Holierhoeksche en Zouteveensche Polder, die in
1897 ook behulpzaam was, wordt op 3 juni weer gevraagd bij te springen indien
dit nodig mocht zijn. Reeds drie dagen later laat deze polder weten hiertoe wel
bereid te zijn. De kosten: 20,- voor contract en welwillendheid en 4,- per uur
of gedeelte hiervan dat de schuif in de door de Babberspolder aan te leggen duiker
openstaat. Een ieder die wil inschrijven voor de levering van de horizontale die
selmotor en de drijfwerken, of voor het maken van de fundering en de bouw van
de machinistenwoning moet op 11 juni vóór 18.00 uur zijn biljet inleveren bij de
voorzitter van de polder. Ze zullen dan daags daarna in het raadhuis van de ge
meente Vlaardinger Ambacht geopend worden.
Op 14 juni blijken de volgende bedrijven ingeschreven te hebben voor het maken
van het mechanische gedeelte van het gemaal:
Apeldoomsche Machinefabriek, Loog Landaal8.155,—
Machinefabriek De Oude Maas, Oud-Beijerland8.375,—
Machinefabriek Leidschendam, Leidschendam8.580,-
Technisch Bureau Forma en Zwart, Hilversum10.584,-
Machinefabriek Hoogelande Pannevis, Utrecht10.640,-
Motorenfabriek Deutz, Amsterdam1 1.275,—
Machinefabriek Jaffa, Utrecht12.250,—
Om niet bekende redenen blijken de inschrijvingen van Pannevis en Jaffa, beide
uit Utrecht, ongeldig te zijn. Dat de aanbesteding van de motor met de drijfwerken
niet geheel zonder problemen verliep blijkt wel uit het volgende: Op 16 juni richt
Ir. P. Scheer, directeur van Machinefabriek De Oude Maas te Oud-Beijerland een
vertrouwelijk schrijven aan het ingenieursbureau. Hij adviseert hierin grote voor
zichtigheid te betrachten bij het kopen van een compressorloze dieselmotor van
het fabrikaat Loog Landaal uit Apeldoorn. Volgens hem heeft Loog Landaal nog
maar zeer weinig compressorloze dieselmotoren geleverd en dus nog niet veel er
varing op dat gebied. Hij adviseert de ingenieurs eerst maar eens te informeren