Van Haaren en de oproeren te
Paramaribo
een brief gelezen van de burgemeesters
en regeerders van Schiedam, houdende
het verzoek Elisabeth Wijngraaff naar
Brielle terug te mogen zenden. Bij deze
brief bevond zich een bijlage (helaas
niet bewaard gebleven), behelzende
een verklaring van stadsdoctor Molier
betreffende het zowel vrouw als man
zijn van betrokkene.
De magistraten van Brielle gingen hier
mee akkoord, van welk besluit de ouders
van Elisabeth zo spoedig mogelijk op
de hoogte zouden worden gesteld.
Büjkbaar intrigeerde het stadsbestuur
van Brielle deze zaak, want op zijn beurt
liet het Elisabeth Wijngraaff door andere
medici onderzoeken, t.w. door Harman
van Leeuwen, stadsdoctor te Rotter
dam, Anthonij Taal, stadsdoctor te Briel
le, en door Mauritius Mirel, stadschirur
gijn, eveneens te Brielle.
Op verzoek van baljuw, burgemeesters
en schepenen van Brielle lieten zij 15
maart 1695 de volgende verklaring
op schrift vastleggen:
X..) met den anderen seer naukeurigh
hebben gevisiteert de persoon van Eli
sabeth Wijngraaff, tegenwoordigh gede
tineerde binnen deselve stadt, ende
bevonden dat deselve is geconstitueert
soodanige als een andere vrouwspersoon
is gestelt en behoort te sijn, sonder dat
eenige deelen ofte leden in ofte bij
deselve contrarie (tegengesteld) van
dien bij ons sijn bevonden en dat inge
volge vandien de attestatie (verklaring)
bij Dhr. Doctor Willem Molier, fungeren
de het stadsdoctorschap der stad Schie
dam, op den 9 October 1694 dienaan
gaande gegeven als off deselve Elisabet
Wijngraaff soo wel man als vrou sou-
de zijn, is 't eene maal abusiff ende
onwaarheyt, alsoo deselve niet de min
ste gelijkheyt naar een manspersoon
is hebbende.
Kortom, de stadsdoctor van Schiedam
werd impliciet verweten van de ver
schillen tussen beiderlei sekse toeten
noch blazen te weten!
Wie van de partijen nu gelijk had zal wel
altijd onbekend büjven. De verklaring
van Molier had hier wellicht opheldering
kunnen verschaffen.
Wat er van Elisabeth Wijngraaff gewor
den is weet ik niet. Mocht iemand iets
over haar verdere levensloop bekend zijn,
dan verneem ik dat graag.
Geraadpleegde bronnen:
- Gemeentearchief Schiedam, OAA nr. 352
Besogneboeken burgemeesters).
- Idem OAA nr. 40 (uitgaande brieven bur
gemeesters).
- Gemeentearchief Brielle: Resoluties Magi
straat XX, 10 okt. 1694.
- Algemeen Rijksarchief:
Oud-rechterlijk archief Brielle, nr. 2(crimi
nele sententies, 1671-1736) en nr. 65 (al
lerhande akten, 1662-1792).
Toen op 1 juni 1935 Franciscus Lauren-
tius Jozephus van Haaren als burge
meester van Schiedam geihstalleerd
werd, waren twee oud-gouverneurs van
Suriname aanwezig: baron van Heemstra
en dr. Rutgers. Dat zij de plechtigheid
opluisterden, had als achtergrond de
Herman Noordegraaf
loopbaan van Van Haaren in Suriname.
In november 1922 was deze Amsterdam
se advokaat benoemd tot advocaat-
generaal van Suriname. In deze hoge
rechterlijke funktie maakte hij gesta
dig promotie: in november 1925 werd
hjj gouvernements-sekretaris en in janua-
119