De indrukwekkende voorgevel van het Proveniers
huis.
Het opmerkelijke is dat Schiedam on
danks deze revolutionaire ommekeer
een stad bleef die door 'men' (incl.
schrijver dezes) met de nek werd aan
gezien. Misschien mede omdat de jene
ver inmiddels een heel nare bijsmaak
had gekregen, nl. die van ellende-on
derdrukker ('Ach vader, niet meer')
bij de maatschappelijk onderdrukten.
Neen: het zwarte Nazareth was de be
kende wolf; de wolf die in een kwaad
gerucht staat. In dit geval: stond. Want
bij nader inzien blijkt Schiedam t.a.v.
de 18e eeuw net zo'n open boek te
zijn als Amsterdam, Delft, Dordrecht,
Balk, Middelburg, Zwolle, de Zaanstreek
etc. Allemaal oorden waar in ons land
voor de Rokoko karakteristieke zaken
plaatsvonden. Oorden waar de cultuur
van die periode vorm en gestalte kreeg.
Ik wees er al op aan het begin van deze
beschouwing aan de hand van de tegen
stellingparen Proveniersfa9ace en Pro
veniershofje; Graanbeurs en Zakkendra-
gershuisje.
En als u het mij vraagt: de gebleven aan
blik van de Lange Haven met zijn sierlijk-
gebogen C-lijn (Style Louis XV...!)
zegt mij meer over de 18e eeuw dan
bijvoorbeeld de Heerengracht in Amster
dam. De Schiedamse branders voelden
zich kennelijk even goed Heer als de
Amsterdamse kooplieden, reders, re
genten en grootgrondbezitters! Het ty
pisch-18e eeuwse van de Lange Ha
ven is (was) de eenheid van conceptie.
Een eenheid die gebaseerd is op de fi
losofie van de gesloten gevelrij, waarvan
de componenten toch hun eigen aard
vertonen. Een ideaal samenspel tussen
individu en gemeenschap. Een samen
spel waarmee en waarom bijvoorbeeld
een Jean-Jacques Rousseau zijn hele
leven geworsteld heeft. O.a. in zijn boek
Emile ou De I'education. Was Rousseau
maar één keer in Schiedam geweest!
Hoewel - uw stad kwam pas iets later
(dan de Emile) tot volle wasdom. Emile
verscheen in 1762. Maar naast de gevel
rijen aan de Lange Haven (niet alleen
vergelijkbaar met die van Amsterdam
o.a., maar ook bijvoorbeeld met stads
beelden van Bath en Bern) heeft Schie
dam nog meer vensters naar het verle
den: het 'Gymnasium' aan de Plantage,
het Stedelijk Museum, het Stadhuis,
de Waag.
Maar ook: de omgeving van de Oude
Sluis, de rondgang om de Grote Kerk:
ze geven een duidelijke afschaduwing
van het verlangen naar vredigheid waar
door de Rokoko (toch!!) zo zeer beze
ten was.
Zo sterk zelfs dat juist hier de eerder
ter sprake gekomen kiemen van de
democratisatie en de socialisatie te
vinden zijn. Wat Schiedam betreft:
deze ontwikkelingstendens vond haar
kristallisatie in de aanleg van de Planta
ge: in 1767. En: buiten de vesten!
Ze was bedoeld als een vertredings-
mogelijkheid voor het voetvolk. Gelijk
soortige ondernemingen waren waar
neembaar in verschillende andere ste
den van Europa: in Wenen werd het
Prater aangelegd en werden de tuinen
van Schönbrunn opgensteld; in Dres
den ontstond de zgn. Brühlsche Terras-
se: een park op het terrein van een ge-
7