Mondelinge Historische
Documentatie (10)
H. Noordegraaf
Werkloosheid in Kethel
Al vanaf 1934 woont de nu bijna zeven
tigjarige J. Teeuw (Jan voor zijn vrien
den) in Bijdorp. Een gedeelte van Schie
dam, dat hij dan ook uitstekend kent.
Hij is ook nog voorzitter van de wijk-
vereniging geweest. Daarnaast heeft
hij een aktief vakbondsbestaan achter
de rug.
Hij vertelde ons het volgende:
In de crisistijd waren ook veel mensen
in Bijdorp werkloos. Teeuw zelf werd
in 1938 werkloos, toen hij als timmer
man bij Schokbeton werd ontslagen.
Dat betekende, dat hij zich moest mel
den in het 'stempelhok'een klein lo
kaaltje naast het Kethels raadhuis.
(Bijdorp hoorde bij Kethel, tot 1941
een zelfstandige gemeente.) Elke week
kreeg je een stempelkaart, die je elke dag
moest laten afstempelen. De ene week
's ochtends, de andere week 's middags.
Als het 's morgens was, kon je op ver
zoek ontheffing krijgen voor één mor
gen, zodat je een mud cokes kon gaan
halen bij de Gasfabriek in Schiedam.
De steun kon je meestal dinsdagmorgen
komen halen. Ze bedroeg f 11,20 per
week. (De wekelijkse huur voor Teeuw
bedroeg f 2,50.) Men hoeft Teeuw (en
de vele anderen die van een uitkering
moesten leven) dan ook niet te vertel
len wat armoede is!
Maar voordat je een uitkering kreeg, wa
ren er drie wachtweken, waarin je
geen uitkering kreeg. Je werd veronder
steld van je vroegere verdiensten zodanig
gespaard te hebben, dat je daar nog drie
weken van kon leven. Maar na vijf weken
had Teeuw nog geen uitkering gekregen.
Toen hij bij de ambtenaar ging informe
ren hoe dat zat -want hij kwam nu echt
knijp te zitten- zei deze dat Burgemeester
en Wethouders de zaak nog moesten
afhandelen. Teeuw vroeg toen Burge
meester Van der Lip te spreken. Na
geruime tijd wachten, werd hij toegela
ten. Hij zette Van der Lip zijn probleem
uiteen. Deze toonde echter weinig
in voelvermogen. 'Jullie hebben het altijd
over geld'. Teeuw bleef, gezien zijn situa
tie, echter aandringen en het gesprek
liep hoog op. Van der Lip drukte derhal
ve op een knopje onder zijn bureau en
daarop kwamen rijksveldwachter Braams
en gemeenteveldwachter Korpel binnen.
Zonder verdere tegenstribbelingen ging
Teeuw mee, wel aankondigende dat hij
net zo lang op de stoep zou blijven zit
ten, totdat hij uitslag kreeg. Zo geschied
de. Na ruim een uur op de stoep geze
ten te hebben, kwam de ambtenaar naar
buiten. 'We hebben het voor je geregeld!
Hier heb je een week steun'. De week
daarop kreeg Teeuw zelfs een dubbel
bedrag. Er was toch schijnbaar iets fout
gegaan. Waar de fout zat, daar is Teeuw
nooit achter kunnen komen.
Als je werkloos was, kon je opgeroepen
worden in de werkverschaffing op
straffe van instandhouding van je uitke
ring. Teeuw is daar kort in geweest. De
winter van 1939 was een strenge winter.
Een flinke sneeuwstorm had o.a. de
Harre weg helemaal ondergesneeuwd.
Werklozen moesten deze provinciale weg
van Kethel tot Delft schoonmaken.
En je moest zelf een schop kopen!
Teeuw had geen schop. Met een soort
vuilnisblik, waarop hij een lange houten
steel bevestigde, heeft hij proberen te
scheppen. Je verdiende er 40 cent per
uur mee, waarvan tweederde van de
steun werd afgetrokken! Drie dagen
heeft hij ook nog gewerkt bij Fop
59