bekostigen, en in Schiedam om een
nieuw weeshuis te bekostigen. Dat ge
beurde in beide steden door een loterij
tegelijkertijd met een rederijkersfeest
te organiseren. Een aardig detail van de
Haarlemse feestelijkheden is dat de Sta
ten van Holland Haarlem al in 1596
toestemming voor het houden van deze
loterjj hebben gegeven. De Haarlem
mers hebben hun loterij onder andere
uitgesteld om de Schiedammers niet
in het vaarwater te zitten.
De rederijkerij in het twaalfjarig be
stand 1609-1621
In augustus 1615 werd er in Kethel
een rederijkersfeest georganiseerd door
de leden van de Sonnebloem. Dit feest
moet erg groot geweest zijn: er namen
wel dertig kamers aan deel. Het thema
van de bijeenkomst was:
Waerdoor de werelt meest heylloos
en blindich dwaelt.
Aan deze bijeenkomst wil ik hier verder
geen aandacht schenken; wel in een
eventuele vervolg-publikatie. De reden
hiervan is dat de caerte - dat is de uit
nodiging - vermoedelijk een onderwerp
aansnijdt dat de gemoederen in die
dagen heel hoog deed oplopen. Het
jaar 1615 valt in de wapenstilstand die
de Spanjaarden met de Republiek in
1609 voor twaalf jaar aangingen. Tij
dens dit bestand laaide een heftige
godsdienstige diskussie op in het protes
tantse kamp. Deze diskussie werd ge
voerd over verschillen in interpretatie
van de Bijbel door volgelingen van de
Leid se hoogleraren in de theologie
Arminius en Gomarus (11). Zelf ben
ik niet goed genoeg vertrouwd met
deze materie, al meen ik wel in de caer
te een aanwijzing te zien naar deze
diskussie. Ook het gegeven dat het
Kethelse feest groots was opgezet,
noopt tot de nodige voorzichtigheid.
In het jaar 1616 wordt er te Vlaar-
dingen door de Akerboom een rederij
kersfeest georganiseerd waaraan de Roo
Roosen meedoen. Een van de voorge
schreven thema's ademt dezelfde sfeer
als het boven geciteerde van het voor
afgaande jaar:
Wat middel dat best dient genomen
bijder handt
Die tGemeen, noodichst is, en vorder-
lijckst voor tlandt.
(Vertaling: Welk middel, dat in het alge
meen belang in de hoogste mate moet
worden aangewend, het noodzakelijkst
en het nuttigst is voor het land.)
Op deze bijeenkomst deed voor het
eerst de andere Schiedamse kamer De
Vjjgheboom mee. Dat betekent dat de
kamer niet zo lang daarvoor moet zijn
opgericht. Het is interessant om te ach
terhalen waarom dit gebeurd is. Moge
lijke antwoorden op deze vraag zijn:
de (plaatselijke) verdeeldheid, een plot
selinge toename van de populariteit van
de rederijkerij waardoor er behoefte aan
een nieuwe kamer ontstond. Deze laat
ste mogelijkheid - zo zij nog opgemerkt -
verschuift de vraag. Als deze veronder
stelling juist zou zijn, dan kan de vraag
gesteld worden waarom de rederijkerij
in populariteit toegenomen was.
Het boek dat naar aanleiding van dit
feest in 1617 te Amsterdam gedrukt
werd, wordt in Leiden en Den Haag op
de boven al genoemde bibliotheken
bewaard.
Als afsluitende conclusie bij deze para
graaf wil ik nog opmerken dat de gods
diensttroebelen in het eerste kwart van
de zeventiende eeuw ook de plaatselij
ke rederijkers niet onberoerd hebben ge
laten. Een studie naar de verhouding tus
sen deze twee zou ons meer inzicht
kunnen geven in de vraag wat de 'ge
wone' stedeling van deze problemen
vond.
Het verval van de plaatselijke rederijke
rij
Tot het jaar 1641 horen we niets meer
van de twee lokale rederijkerskamers.
In dat jaar zijn ze te gast in Rijnsburg.
Een opsomming van de op dit feest
te winnen prijzen is de moeite waard
omdat het een aardig beeld geeft van de
84