Rouwdienst in de Grote kerk op woensdag 28 juni 1933.
vervroegd emeritaat gegane Schiedamse
predikant en oud-vriend, een korte
dienst. Daarna werd langs het stadhuis,
waarvan de vensters ten teken van rouw
waren gesloten, onder klokgelui naar
de Grote kerk gereden. Kerkeraadsle-
den brachten de overleden predikant
voor de laatste maal het kerkgebouw
binnen.
Behalve vele burgerlijke en kerkelijke
autoriteiten waren ook talloze afge
vaardigden van kerkelijke verenigingen
aanwezig. Niettegenstaande er vele zit
plaatsen bij waren gemaakt, moesten
vele belangstellenden zich met een staan
plaats tevreden stellen. De oudste
Schiedamse predikant, ds. P. Bokma,
ging om half drie in deze rouwdienst
voor en sprak naar aanleiding van de
tekst uit Hebreen 4:9, 'Want er blijft
een ruste over voor het volk van God.
Na het einde van de dienst volgde een
indrukwekkende tocht door Schiedam.
Via de Koemarkt werd door dichte
drommen mensen naar het Gymnasium
(thans Muziekschool) in de Lange
Nieuwstraat gereden. Voor de school,
waarvan ds. Halffman curator was, ston
den curatoren, rector, leraren en leer
lingen opgesteld. Vervolgens werd hij
voor het allerlaatst zijn Gorzenwijk
doorgereden onder het luiden van de
klok van de Nieuwe Kerk en onder
buitengewoon grote belangstelling.
Daarop ging de droeve stoet naar het
westen van de stad en werd voor de
derde maal halt gehouden voor de hou
ten Westerkerk.
Ongeveer anderhalf uur duurde deze
tocht door de straten van de stad en
pas tegen half zes arriveerde men door
een dichte haag van mensen op de be
graafplaats aan de Vlaardingerdijk.
Op verzoek van de familie werd hier
alleen door ds. Tonsbeek het woord
gevoerd, waarna mr. H. Tap, een schoon
zoon van de overledene, een dankwoord
sprak.
Op 3 januari 1935 werd te zijner nage
dachtenis in de Nieuwe kerk een bron
zen gedenkplaat onthuld.
121