mogen worden, den Leden van ande
re Dichterlyke Genootschappen in ons
Vaderland, over het algemeen, te eve-
naaren'. Een relatief mild oordeel,
maar geen eredivisie dus voor de leden
van Vlijt Volmaakt. Wie waren nu
de dichters van wie dit werd gezegd,
en wat hadden ze in deze Proeve bij
eengebracht?
De leden
In de Proeve vinden we bijdragen van elf
verschillende personen, terwijl één ge
dicht 'door N.N.' geschreven heet. Een
anonieme bijdrage - van een twaalfde
man of vrouw?
Ik zal nu overgaan tot het introduceren
van elk van de leden afzonderlijk. Naast
wat ik maar een vijftal 'buitenleden' zal
noemen, zijn er twee Rotterdamse le
den en één lid is uit Vlaardingen af
komstig. Ik begin de bespreking met wat
ik zie als de Schiedamse kern van het
gezelschap, te weten de Schiedamse
zakenlieden Boufy, Pigeaud en Van der
Blok.5
Gerard Boufy (1737-1808) was koren-
wijnbrander en koopman, tevens mede
reder van enkele schepen. In compagnie
met een tweetal andere Schiedammers
handelde hij o.a. op Koningsbergen. In
later tijd bekleedde Boufy verschillen
de openbare funkties zoals schepen en
vroedschap. Ook was hij een aantal ja
ren regent van het Proveniershuis te
Schiedam.
Binnen het genootschap moet deze
Boufy een vrij produktief dichter ge
weest zijn: aan de bundel leverde hij
vijftien bijdragen. Voor het merendeel
hebben die betrekking op bijbelse
en godsdienstige onderwerpen; ik noem
hier zijn uitvoerige beschouwing in
dichtvorm over 'De voortreffelijkheid
van den Christen Godsdienst'. Van de
voortreffelijkheid van zijn verzen was
niet iedereen overtuigd: in Van der
Aa's Woordenboek van Nederlandsche
dichters vinden we Boufy gekwalifi
ceerd als 'een Schiedamsch rijmelaar'
uit het laatst van de achttiende eeuw.6
Na 1781 heeft Boufy de pen niet laten
v u. o e v r.
P O K Z ij E,
n r
Titelblad, van de 'Proeve van Poëzije' (exem
plaar Universiteitsbibliotheek Leiden).
rusten. Toen er in 1787 een ereprijs
werd uitgeloofd voor dichtstukken over
de omwenteling van 1787,7 deed ook
hij mee aan deze dichtwedstrijd. Een
vers van zijn hand is opgenomen in de
Gedenkzuil, opgericht, ter gedachtenis
van Neêrlands heil en Oranjes zegepraal.
Het is 'uit prosaische regels...zamenge-
flanst', luidt het oordeel bij Van der Aa.
Van de Schiedamse azijnmaker Thomas
Pigeaud Dzn. (1729-1798) weten we dat
hij in de periode 1775-1782 enkele ma
len onroerend goed huurde van Gerard
Boufy. In vergelijking met deze leverde
Pigeaud met een vijftal bijbel- en zede-
dichten een bescheiden bijdrage aan de
genootschapsbundel.
Jacobus van der Blok (1732 of 1733-
1782) was van beroep koopman en ko
ren wijnbrander. Hij was een van de
11
v
i> o, c. i X T C H A
L ij T X v M: A A 'X T,
<'}l C. vax !!OOC£V&£X,
i> c c l x x x