aan de Lange Haven en in de
Gorzen. Ook restaureerde hij
de schilderijen van de Haven-
kerk en tekende hij vele bid
prentjes. Bijzonder treffend
was dat voor de schilder-glaze
nier F.R. Naring. Deze laatste
was ook de uLtvoerder van een
gebrandschilderd raam voor het
r.k.-weeshuis aan de Hoogstraat,
naar ontwerp van Schmiermann.
Dit raam werd nog net op het
nippertje gered van de sloop
in 1984 en maakte ook deel uit
van de expositie. Zo ook een
in 1941 verworven serie van
maar liefst vijftien panelen,
waarop met pen en inkt de berei
ding van gedistilleerd is afge
beeld. Het heeft de toepasse
lijke titel "Van korrel tot
.borrel".
Schmiermann, "de schilder van
Liduina", ontwikkelde naast
Toorop en Derkinderen een eigen
st j1waarbij het versierende
eljraent vaak een belangrijke
rol speelde. Maar juist dat
plaatste hem naast de nieuwe
tijd. Zijn sprookjesachtige
wandschilderingen van Heck's
lunchroom moesten na jaren
plaats maken voor modernere.
Het werk van moderne schilders
ging vaak gepaard met minder
beheersing van vorm, wat de
opstandige leerling deed vragen
"mag dat?". Berustend klonk
het antwoord: "Ach, de een mag
een koe stelen en de ander nog
niet in de stal kijken."
Berusting is een sterk wapen
voor een schilder, evenals
humor, welke Schmiermann door
vele moeilijke omstandigheden
heen hielpen. Zo mocht hij tij
dens een ziekte niet roken,
wat voor hem als liefhebber
van een sigaar een hele straf
was. "Had ik de reuk maar vast",
peinsde hij. Prompt kreeg iede
re bezoeker een sigaar gepresen
teerd, maar een ieder bedankte
wijselijk. De een was verkou
den, de ander had hoofdpijn
en de derde voelde zich niet
prettig. Tot overmaat van ramp
had ook de dokter geen trek.
Toen gooide Schmiermann reso
luut alle dekens weg met de
woorden: "Dokter, geen trek?
Dan bent U ziek en jullie alle
maal, ga maar in m'n bed, het
is harder nodig voor jullie
dan voor mij
Van de veelheid werk dat ten
toongesteld werd wil ik nog
noemen de portretten van vrouw
en kinderen, schildervrienden
en mensen bezig met hun hand
werk. Het zijn sappig geschil
derde impressies. Ook veilig
opgeborgen in vitrines zagen
we juweeltjes van ontwerpen,
zo groot als een ansichtkaart,
van rijke stillevens met vruch
ten, landschappen en musiceren
de gezelschappen.
Schmiermanns arbeidzame leven
eindigde 30 mei 1950. Getrof
fen door een beroerte ging hij
na maanden van ziekte, half
verlamd, getroost heen. André
Hendrickx maakte een marmer
reliëf van Sint Liduina. Dit
siert het graf van deze mees
ter, die begenadigd was met
veel talent, (te) veel beschei
denheid, en een kinderlijk Gods
vertrouwen.
J.M. SCHMIERMANN, 1875-1950
Mijn oude schilderleraar
zittend, 't hoofd gebogen,
75