te drinken. Nu, dat vonden ze
'schön'. Zij waren vijftigers
en ook slachtoffers van het
regime
De volgende dag ging ik het
vlees gereed maken om in te
zouten. Het werd met een baal
tje zout" in een grote kuip ge
legd. Na veertien dagen weken
werd het nog eens overgezouten
Daarna werd het aangeregen om
in de wind te drogen. Toen
moest het ook nog gerookt wor
den. Maar er waren haast geen
gelegenheden meer voor het ro
ken. Ik had echter nog een oude
kennis uit het slagersvak. Vroe
ger had hij handwagens vol voor
ons gerookt. Hem zocht ik op.
Hij rookte het vlees, evenwel
niet voor geld, maar in ruil
.voor wat vlees.
Intussen had Henk Daalmeijer
een koper voor het gerookte
vlees gevonden. Nu zou ons werk
toch nog beloond worden. Het
vlees moest alleen afgeleverd
worden, wat ons nog 25 gulden
kostte, omdat we zelf geen ma
teriaal hadden om het te ver
voeren.