te zien op die eerste september
1926. Twee maanden later, op
7 november, hield het bestuur
van Orpheus de jubileumreceptie.
De bevolking die sympathiek
stond tegenover de bouw van
een podium had 1200,bijeen
gebracht. Dit bedrag werd op
feestelijke wijze aan de voor
zitter overhandigd.
Toen het begin er was werden
de ideeën verder uitgewerkt.
De heren Noordhoek en Van der
Meer hadden elk een plan gete
kend, een blauwdruk, zoals dat
toen heette. Doch geen van bei
de ontwerpen waren voldoende
bruikbaar. De hulp van archi-
tekt P. Sanders (Piet voor zijn
vrienden) werd ingeroepen. Deze
vervolmaakte het plan. Het re
sultaat was een plan voor een
schulpvormig bouwsel, dat door
zijn vorm ook zijn naam kreeg.
Het werd dus 'de Schulp' en
op 23 februari 1927 nam het
bestuur van Orpheus het besluit
om over te gaan tot de bouw
ervan. Het ontbrekende bedrag
zou met renteloze leningen door
de leden van het koor bijeen
gebracht worden. Vier bestuurs
leden stelden zich daarbij ga
rant voor een eventueel tekort.
Bij het gemeentebestuur werd
een verzoek ingediend om een
stuk grond van het Feestterrein
te mogen huren. In de raadsver
gadering van 14 juni werd dat
verzoek ingewilligd, zij het
niet zonder de nodige bezwaren
en discussies. De huurprijs
werd daarbij vastgesteld op
50, per jaar, waarbij Or
pheus zich ook verplichtte de
Schulp aan andere verenigingen
beschikbaar te stellen. Hier
mocht dan wel weer een vergoe
ding tegenover staan.
Op de inschrijving kwam het
bouwbedrijf Koene als laagste
inschrijver naar voren en ver
wierf daarmee de opdracht. Uit
voerder-timmerman Jan de Vogel
werd belast met de bouw van
de Schulp. Het was voor hem
een geweldig grote belevenis
dit te mogen doen, temeer daar
hij bij Orpheus bestuurslid
was, hij vervulde nl. de functie
van bibliothecaris. Heel zijn
denken en werken was er op ge
richt om van die Schulp iets
goeds te maken. Een goed ont
werp en een goed product, zo
moet hij gedacht hebben, moet
tot een optimaal resultaat lei
den. En zo gebeurde het ook.
Met 9 meter breedte en 7 meter
diepte had de vloer een opper
vlakte van 46 vierkante meter.
Groot genoeg voor 120 staande
zangers of een orkest met 30
zittende spelers en hun instru
menten. De hoogte vanaf de
grond was ruim 8 meter en over
de gehele achterwand was een
meer dan 2 meter hoge lambri-
zering aangebracht van Celotex,
een vrij harde kunstharsplaat.
Hierdoor zou het geluid, dat
in de Schulp gemaakt werd gere
flecteerd worden, zodat het
er als het ware aan de voor
zijde zou worden uitgeperst.
Ook het gestucte plafond had
die eigenschap en daardoor,
zo bleek achteraf, was er aan
de achterzijde weinig te horen.
Aan de beide zijkanten waren
opgangen. Ook bevonden zich
in de wand een paar kasten
waarin wat attributen opgebor
gen konden worden.
De bouw verliep voorspoedig.
Toen het hoogste punt bereikt
werd trakteerde voorzitter Van
de Toorn op een feestelijk
drankje. Met als gevolg dat
niemand meer naar boven mocht.
114