trappenhuis werd oriëntatie in het gebouw goed mogelijk. Ingebouwde
vitrines noodden tot kijken. Er waren een portiersloge annex toilet
ruimten, een werkkamer/bibliotheek voor de conservator, stofvrije
dépots, een atelier voor restauratie-werkzaamheden en een meubel
makerswerkplaats. Alles bijeen een museumgebouw waar een middel
grote gemeente terecht zeer tevreden mee kon zijn.
Tijdens de laatste bouwfase werden de museumbezittingen verhuisd,
geselecteerd en gerepareerd, werden bouwfragmenten van verflagen
ontdaan, oude prenten en plattegronden uniform gekaderd, textiel
gereinigd en hersteld, meubelen gestoffeerd en schilderijen geres
taureerd
Een ruimte op de begane grond werd ingericht als oude keuken met
koperen gebruiksgoed en het tinnen eetgerei dat eens in het Gasthuis
diende, daarmee de relatie met het verleden leggend.
198
3.
De schilder Kees van Dongen en mevrouw van Dongen samen met
conservator C.H. Sehwagermann in een zgn. tikker, een arreslee in
het Stedelijk museum; 1949.