Met het noemen van de Gustohallen noemt men tegelijkertijd het
belangrijke werk dat momenteel verzet wordt door de werkgroep
Industriële Archeologie. Vooral indien men deze taak breed inter
preteert en daartoe ook rekent het alsnog verzamelen van indu
striële gebruiks)voorwerpen - machines, gereedschappen, reclame
materiaal, foto's van in- en exterieurs van winkels en bedrijven,
etc. - kan, ondanks het (te?) late stadium nog veel goeds verricht
worden.
In vrijwel hetzelfde kader vallen ook de aktiviteiten die gericht
zijn op de documentatie en geschiedschrijving van het gewone en
alledaagse leven. Juist op dat terrein vinden momenteel de grootste
veranderingen plaats: wonen, werken, vrije tijd, school, kerk en
vereniging - hoe was dat vroeger, hoe is dat nu, gesteld al dat
het er nog is. Geschreven, persoonlijke herinneringen aan eigen
school, kerk, winkel of werkplaats, te publiceren in ons tijdschrift
'Scyedam' zijn een belangrijke en toch zo eenvoudig te leveren bij
drage aan deze 'geschiedenis van alledag'.
Met dergelijke bijdragen van de leden (en anderen!) zou een
kopijstroom loskomendie in ieder geval het voortbestaan van
'Scyedam' voor jaren garandeert.
Nog duidelijker zou dat voortbestaan gegarandeerd zijn, niet
alleen van het blad maar van de vereniging als geheel, als de
jeugd - de tieners en twintigers - voor ons streven geïnteresseerd
zouden kunnen worden.
Het lijkt me een uitdagende opgave voor de Historische Vereni
ging Schiedam zich in de komende decade via (school?)campagnes
te verzekeren van de interesse en de aktieve deelname van de
komende generatiegeschiedenis en toekomst samen - is dat geen
lokkend perspektief?
Cees van der Geer
144
