aannemingsbedrijf J.K. Simon B.V. gevestigd. Dit voor Schiedam
unieke bedrijf houdt zich onder andere bezig met heiwerk op en
langs het water. De vele varende hei- en timmerbakken,
zolderschuiten en pontons vullen hier nu de haven.
De vijf gelijkvormige daken op de achtergrond vormen een deel
van de gebouwen van het Algemeen Handels-Entrepot. Het gebouw
bestaat uit tien pakhuizen, uitkomende aan de Lange Nieuwstraat,
en aan de achterzijde zich uitstrekkende tot aan de Nieuwe
Haven. Op de gevel aan de havenkant staat vermeld ANNO "DE
NEDERLANDEN" 1851 Een entrepot is een rijkspakhuis waar
goederen worden opgeslagendie nog niet zijn ingeklaard.
In 1850 verleende de toenmalige Minister van Financiën bij
Koninklijk Besluit onze stad toestemming een Handels-Entrepot te
vestigen. Oorspronkelijk was het entrepot gevestigd in het
pakhuis "Java" aan de Hoofdstraat. Later werd het overgebracht
naar de pakhuizen "De Nederlanden" aan de Lange Nieuwstraat,
eigendom van de familie Nolet. In 1894 koopt de gemeente
Schiedam deze pakhuizen aan. Het beheer van het pakhuis wordt
opgedragen aan een raadscommissie. Voor het Vrij-Entrepöt wordt
een direktie benoemd. In 1911 treedt een gewijzigd reglement in
werking waardoor de twee instanties worden opgeheven. Hiervoor
in de plaats wordt het beheer van het entrepot opgedragen aan
een nieuwe commissie. Vanaf dit moment wordt de naam Algemeen
Handels-Entrepot der gemeente Schiedam. In 1925 wordt tot
uitbreiding besloten. Hiertoe wordt aan de noordkant van de
bestaande bebouwing een nieuwe vleugel aangebracht. Van de vele
Publieke Entrepots die Nederland ooit telde, bestaan er thans nog
slechts drie. Hiermede beschikt Schiedam naast Rotterdam en
Dordrecht over een zeldzaam instituut. Alle overige entrepots zijn
in het bezit van particulieren.
Over het Schiedamse entrepot doet het volgende verhaal de
ronde: Vrijwel alle Schiedamse fabrikanten van alcoholische
dranken maakten regelmatig gebruik van het entrepot. Ook op de
diverse zolders werd de opslagruimte benut. In het verleden had
een medewerker in de loop der jaren een bijzonder goede smaak
voor alcoholische dranken ontwikkeld. Bij elke lekkage, meestal
een lekkend vat, werd onze man erbij gehaald. Met de vinger nam
hij wat van de gelekte drank op en proefde daarna. Feilloos
vertelde hij dan, dat het rum was en afkomstig van de partij van
Melchers. Op een goede dag werd hem weer een lekkage getoond.
Na enige malen proeven moest hij bekennen dat deze opgave voor
hem te moeilijk was. Groot was de hilariteit bij de andere
medewerkers toen bij nader onderzoek bleek dat iemand op de
bovenliggende zolder had staan urineren.
Toen mij verzocht werd om voor dit winternummer van Scyedam
een sfeervolle foto of ansichtkaart met bijbehorende tekst te
248