Het publiek in Schiedam begon om meer te vragen. De ouders en de kinderen vonden de avonden gezellig, de entreeprijs was laag en de versnaperingen waren goedkoop. De meeste mensen die kwamen waren arm. Ze bezaten veelal geen radio en hadden geen geld voor de bioskoop Maar je kon toch niet elke week een toneelstuk opvoeren? Van der Sloot kwam op het idee films te vertonen. Dit sloeg aan. Wel was het probleemdat de partij wildedat er niet enkel een programma tot vermaak zou zijn, maar ook iets "kultureels" De mensen kwamen echter niet voor sprekers en dergelijke. Door een soort poppenkastwaarin revolutionaire verhalen werden uitgebeeld, wist Van der Sloot zich voorlopig te redden. Het grote sukses in Schiedam ging aan andere afdelingen van de CPH niet voorbij. Het jeugdprogramma op zaterdagmiddag en het programma voor de ouderen op zaterdagavond verliepen goed. In het seizoen '36 - '37 ging Van der Sloot elk weekend voorstellingen geven in Rotterdam. Elk weekend zat voor hem bomvol. Van der Sloot was een routinier in filmdraaien geworden. Allerlei mankementen kon hij zodoende opvangen. Zo waren er vele Engelse films nog niet van Nederlandse ondertiteling voorzien. Al draaiende moest Van der Sloot vertalen. Zijn bekwaamheden brachten hem in wijder regionen. In 1936 begon de CPH zijn kampagne voor de Tweede Kamerverkiezingen van 1937. In oktober 1936 was er een CPH-kongres in de Rai in Amsterdam. Dat werd door een voor CPH-begrippen zeer groot aantal mensen bezocht, nl. 13.000. Van het kongres werd een propagandafilm gemaakt: "Het Congres der dertienduizend". In opdracht van de kommunistische leider Paul de Groot ging hij deze op verkiezingsbijeenkomsten draaien in het gebied van Noordwijk tot Goeree-Overflakkee. Van der Sloot maakte nu vele vergaderingen mee, waarbij hij meestal met de leidslieden van de CPH op stap was. Degenen, die enigszins met de geschiedenis van de CPH bekend zijn, kennen de namen, zoals: Lou de Visser, David Wijnkoop, Ko Beuzemaker enz.. Inmiddels was Van der Sloot ook aktief geworden voor de Internationale Rode Hulp (I.R.H.). Deze met de internationale kommunistische beweging verbonden organisatie had tot taak gevluchte Duitse arbeiders op alle mogelijke manieren te helpen. Duitse vluchtelingen liepen het risiko door de Nederlandse regering weer over de Duitse grens gezet te worden. De I.R.H. verrichtte dan ook veel van zijn opvangwerk in het geheim. Er moest voor onderdak gezorgd worden, eten enz.. Dat alles moest weer gefinancierd worden uit het geld dat de vaak arme achterban moest opbrengen. Ook in Schiedam werden vluchtelingen ondergebracht. Zelf heeft Van der Sloot een tijd een onderduiker gehad. 225

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1985 | | pagina 5