kommunistisch verzet op zich. De eerste vlugschriften werden
verspreid. Zo goed en zo kwaad als het ging, hield men ook het
jeugdwerk zo lang mogelijk draaiende onder het mom, dat het om
neutraal werk ging. Van der Sloot is erg aktief geweest in het
verzet. Opgenomen in het netwerk van het kommunistisch verzet
speelde hij o.a. een rol als boodschapper. Doordat hij nog veel
kontakten had in Gelderland, kon hij mensen daar aan een
onderduikadres helpen. De kommunisten werden uiteraard door
de Duitsers gezocht. Na de inval in Rusland werd het gevaar
voor de kommunisten nog groter. Kort daarna werden de
kommunisten inderdaad door de Duitsers opgehaald. Omdat ze
niet iedereen te pakken kregen, werd er nog enkele dagen
gezocht. Het lukte Willem Collé te ontvluchten. Hij was door een
politie-agent gewaarschuwd: "Willem, zorg dat je weg komt,
vannacht komen ze je halen." Dit was een signaal voor Van der
Sloot en één van zijn zwagers om de fiets te pakken en de
anderen te waarschuwen. Er waren er ook toen nog, die het nog
niet zo ernstig inzagen.
Collé dook eerst onder bij Piet Nieuwenburg, sympathisant
van de CPH. Hij had een kleine, onopvallende boerderij tussen
het station en de Stationsstraat. Kort daarna ging Collé naar zijn
geboorteplaats Culemborg, waar hij bij een nicht onderdak vond.
In april 1942 werd hij echter door een paar Schiedammers, die
hem goed kenden, gezien. Hij werd verraden, vluchtte daarom
ijlings, en hield zich schuil in een vissershuisje aan de Lek. Van
der Sloot wist een adres voor hem te vinden in Eerbeek. Onder
het mom, dat zijn schoonvader zijn gezondheid moest opvijzelen,
omdat hij de zenuwen had van de bombardementen op Rotterdam
werd Collé ondergebracht. De mensen konden wel wat geld
gebruiken. Collé bracht geruime tijd in Eerbeek door. De vrouw
des huizes kreeg echter achterdocht. Zij ontdekte, dat Bergsma
een schuilnaam was en dat ze met Willem Collé te doen had,
kommunistisch gemeenteraadslid in Schiedam. Op een gegeven
moment werd de grond hem zo heet onder de voeten, dat hij zijn
koffer pakte en ongezien het huis verliet. In een vrachtloods bij
het station Dieren bracht hij de nacht door. Informatie uit
Culemborg leerde, dat hij daar niet meer onder te brengen was.
Via het kommunistisch netwerk kreeg Van der Sloot echter het
adres van een boer in Enter in Overijssel. Na vijf dagen
onderdak moest Collé daar echter al weer vluchten, omdat de
Duitsers in Enter naar eventuele onderduikers gingen zoeken.
Collé vond weer onderdak in Beekbergen en verkaste in 1943 nog
naar Den Haag en Delft. In deze plaats kon hij tot het aan het
einde van de oorlog blijven.
Zelf werd Van der Sloot in 1942 bij zijn baas als "overtollig
personeel" ontslagen. Het gevolg was, dat hij zich moest laten
keuren, om na te gaan of hij naar Duitsland gestuurd zou
worden voor de arbeidsdienst. Toen hij zich 14 dagen na de
keuring meldde bij de arbeidsbeurs in Rotterdam, veinsde hij,
227