SCHIEDAM IN OUDE FOTO'S (14)
W.P. Rook
Voor wie geen tuin rondom het huis heeft is het bezit van een
volkstuin een plezierig alternatief. Zo'n perceeltje grond biedt
de bezitter de mogelijkheid om zijn of haar liefde voor de
natuur zichtbaar te maken in zeer fraai gearrangeerde
bloemenborders of grote hoeveelheden groentendie via de
vrieskist, voor langere tijd de huishoudelijke behoeften dekken.
In onze stad werden in 1909 de eerste Arbeiderstuinen
uitgegeven: Stukjes grond waar voornamelijk werklozen hun tijd
en energie op kwijt konden, daarmee tevens een bijdrage
leverend aan de nationale voedselvoorziening. Vier jaar later
waren het de Eurgertuinen die ook wel Familietuinen werden
genoemd. Hier konden de wat meer kapitaalkrachtigen hun
tuinlusten botvieren. Wél moest van deze tuinen, meestal zo'n
300 m2 groot minimaal 25% ingericht worden als siertuin. Maar
één ding hadden alle tuinen gemeen: zij waren gelegen in het
toen nog jonge Sterrebos dat, ruwweg aangeduid gelegen was
ten zuiden van de huidige BK-Laan en ten westen van de
Wilhelminahaven
Het ontstaan van deze tuinen zal ongetwijfeld verbonden zijn
geweest met de economische en vooral sociale toestanden van die
tijd. Er bleek ook onder de bevolking een grote behoefte aan
dit soort tuinen te bestaan en dat is niet zo verwonderlijk als
men kijkt naar de stedebouwkundige toestand van de stad
waarin de Schiedammers van toen leefden. Er waren doorgaans
smalle straatjes met veel kleine huisjes, gebouwd tussen andere
locaties in. Neergezet waar maar ruimte was, gaten opvullend in
het bestaande stadspatroonzodat het stadsgebied niet, maar
het inwoneraantal wél groter werd.
Voorbeelden van dergelijke opvullingen waren o.a. het
Willemshofje, de Bleekerstraatde Gang van Baas Been, de
Kleine Baan en de Weezenbuurt. Elke nieuwbouw was een
opeenhoping van woonhuisjes waar geen plaats was voor iets wat
op een echte tuin leek. En elk nieuw gebouwd huis haalde de
levensruimte bij een ander weg.
In deze stedelijke entourage groeide ook de Schiedamse jeugd op
en het zal duidelijk zijndat ook die jeugd het contact met de
natuur moest missen. In andere steden, zoals Den Haag, Baarn,
Zutphen en Leiden had men diezelfde omstandigheden. Hier
waren voor de kinderen oplossingen gezocht en gevonden door
stukken grond in te richten als gemeenschappelijke kindertuinen
naar het voorbeeld van de arbeiderstuinen. Het waren grote
51