goudsbloemen. Hier en daar stond een zonnebloem groot te worden en vrijwel alle kinderen beleefden het plezier van een eigen tuin zoals het de organisatoren voor ogen gestaan. De namen van de werkers van het eerste uur zijn: M. Germeraad, B. van Bochove, L. Torreman en K.J. Heiboer. Velen zullen hieronder de naam van- een klassenonderwijzer herkennen. Een jaar later kwam ook meèster Hukshorn de staf versterken en vooral hij kreeg door zijn markante persoonlijkheid grote bekendheid. Zijn lichamelijke handicap (hij trok met een been) is nimmer een reden geweest om zich niet voor de jeugd in te zetten. Dit zonder de anderen overigens iets te kort te willen doen. Goedkoop kon je het bezit van een schooltuin niet noemen. Wekelijks moest 10 cent op tafel worden gelegd. In gezinnen waar de vader werkloos was leefde men op de rand van het bestaansminimum en hier kon zeker zo'n offer niet gedragen worden. Ongetwijfeld werd hierdoor het aantal kinderen dat een schooltuintje had sterk beperkt. Wat op de tuin zeker tot een hoop gemopper aanleiding zal hebben gegeven was het gebrek aan gewoon leidingwater. De vuile handen verkregen door het gewroet in de grond, moesten mee naar huis genomen worden, omdat het ontbreken van een aansluiting op de waterleiding het wassen op de tuin onmogelijk maakte. Maar later zou ook hierin verandering komen toen de boswachterswoning van een aansluiting op het waterleidingnet werd voorzien. 54

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1986 | | pagina 22