behoorde te zien. Hij was het type van de geknechte in een meedogenloze wereld van arbeid, al was hij zeker niet de geknechte van mijn vader, die zijn werkvolk steeds hu maan bejegende. En toch was hij er heel wat beter aan toe dan die andere duizenden geknechten uit het jenever-Schiedam van mijn jonge jaren, de brandersknechts en distillateursknechts, die al vroeg in de nacht de vuren moesten gaan stoken om de we reld te vergiftigen met het vloeiende vuur uit Gods gouden graan. De kurkenfabriek 'Het Anker' was niet meer dan een vasalbedrijf van de jenever industrie. Zoals die kurkenfabriek het milieu vormde, waarin een Piet Van Woensel zijn jaren versleet, was de jeneverstad Schiedam het milieu, waarin die kurkenfabriek haar arbeidsterrein vond. Het was een slechts kleine fabriek en ik geloof niet dat er ooit meer dan vijf werklieden tegelijk aan de arbeid zijn geweest. Vaak ging ik als jongen mee met een knecht om kurken af te leveren in de een of an dere distilleerderij. Dat waren dan meestal de distilleerderijen van de firma Daniël Visser en Zoonen aan de Lange Haven en van de firma Jan Houtman in de Westfran- kelandselaan. Zo raakte ik niet alleen reeds vroeg gewend aan de Schiedamse lucht jes van jenever en spoeling, maar kreeg ik ook mijn jongensvisie op het leven van de duizenden, die met een werkloon van 7 of 8 gulden per week hun gezinsleven moesten zien te onderhouden. 139 In de kurkenfabriek L. v.d. Toom, 1926. Collectie W. v.d. Toom, Schiedam.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1986 | | pagina 7