dersscholen waren uitsluitend jongensscholen - co-educatie was bij het katholieke
onderwijs niet aan de orde.
In de genoemde jaren leefden wij in de na-dagen van een standenmaatschappij.
Er werd waarschijnlijk mede door de broeders geselecteerd ten aanzien van families
die in aanmerking kwamen hun kinderen naar de ene dan wel de andere school te
sturen. Persoonlijk heb ik geen enkele herinnering aan een selectie; hoogstens was er
thuis de overweging dat de St. Jozefschool als leerinstituut goed stond aangeschreven.
Wellicht maakten de Broeders binnen hun communauteit ook een keus uit leerkrach
ten die geschikt waren voor de bepaalde scholen. In de huidige maatschappij
opvattingen zou ten aanzien van het bovenstaande al spoedig de kwalificatie 'discri
minatie' worden gehanteerd.
Mij overkwam het voorrecht om op de St. Jozefschool te worden geplaatst, zijnde
de school voor de gegoeden in die tijd. In mijn herinnering liet echter niemand van de
schooljeugd zich voorstaan op dat gegeven.
Het schoolgebouw
Het gebouw, in gebruik genomen in 1921, telde negen klaslokalen; zes stuks voor la
ger onderwijs en drie stuks voor MULO. De St. Jozefschool kende de klassen van één
tot en met negen; er werd dus niet gesproken van eerste, tweede en derde MULO-klas,
maar van zevende, achtste en negende klas. In een latere fase werd een ruimte boven
de grote toiletruimte toegevoegd als klaslokaal omdat er veel leerlingen voor MULO
bij kwamen van andere Broedersscholen. Zo waren er op een gegeven moment twee
zevende klassen. Behalve de genoemde leslokalen was er een lokaal speciaal in
gericht voor het onderwijs in natuurkunde. De banken in dat natuurkundelokaal
stonden in rijen maar de vloer was stapsgewijs naar achteren verhoogd, zodat alle
leerlingen voldoende zicht hadden op de proeven die werden uitgevoerd. Over het ge
hele gebouw was een grote zolder beschikbaar voor opslag van leermiddelen.
Het gebouw had een (kolengestookte) centrale verwarming, bovendien was er
elektrische verlichting. Deze beide gegevens zullen voor jongere mensen thans wat
vreemd lijken doch bedacht moet worden dat bij de meeste leerlingen thuis een
kolenkachel werd gestookt en gasverlichting normaal was. Het inwendige van het
schoolgebouw maakte een verzorgde indruk; veel tegelwerk aan de wanden in de gan
gen, granito gangvloeren en gladde, cementachtige, geschilderde vloeren in de klas
lokalen. Na de grote vakantie bleken de vloeren in de lokalen opnieuw te zijn geschil
derd. Ook de schoolbanken hadden dan meestal een nieuwe laag vernis gekregen
(schoolbanken uit Wychen).
Geheel nieuw in die tijd was het opnemen van gymnastiek in het schoolprogram
ma. Het schoolbestuur had daarvoor een gymnastieklokaal ingericht in hun voorma
lig klooster aan de Nieuwe Haven. Eens per week ging de klas naar dat lokaal waar
een speciale gymnastiekleraar, geen broeder, les gaf. In een latere fase kwam ook een
wekelijkse klassikale zwemles in het Sportfondsenbad op het programma.
Onderwijs
In die tijd gold als toelatingsregel het bereiken van het zesde levensjaar in het betref
fende kalenderjaar. Voor mij betekende dat het begin van de lagere school op vijfjari-
176