DE TREINHALTE KETHEL-SPALAND
K.P. Companje
Over enkele jaren zal er volgens de plannen van de gemeente Schiedam en de Neder
landse Spoorwegen aan de spoorlijn tussen Schiedam en Delft in de nieuw te bouwen
wijk Spaland een station worden gebouwd. Dit is geen nieuw idee, maar eigenlijk al
leen het herstel van een bezuiniging uit het verleden: in 1988 is het vijftig jaar geleden
dat de NS de halte Kethel bij de overweg aan de Kerklaan uit financiële overwegingen
ophief. Hoewel deze halte niet bepaald de allure van een modem Intercitystation
had, betekende dit toch het einde van een voor de Kethelaars belangrijke verbinding
met de nabijliggende steden.
De treinhalte aan de Kerklaan, 1907 (foto: gemeentearchief)
In de veertiger jaren van de negentiende eeuw werd door de Hollandsche IJzeren
Spoorweg Maatschappij, de HIJSM, de spoorlijn Rotterdam - Haarlem aangelegd.
Schiedam kreeg in 1847 een eigen stationnetje, maar Kethel, dat voor zijn inwoners
een directe verbinding met de veemarkten in Rotterdam en Leiden en de markt in
Delft goed kon gebruiken, werd door de trein alleen gepasseerd. Kethellappers moes
ten maar naar Schiedam lopen om met de trein te kunnen reizen. De spoorweg be
zorgde Kethel in feite slechts overlast: het grondgebied van enkele boeren werd door
sneden en de locomotieven verloren soms gloeiende sintels, waardoor mensen en
koeien brandwonden konden oplopen. Het belangrijkste nadeel was dat het gebied
van de toenmalige gemeente Kethel in twee stukken werd gedeeld, waardoor de
Noord-Kethelpolder, de Oost-Abtspolder en het oostelijk deel van de West-
Abtspolder van het dorp Kethel zelf werden afgesneden. Er was wel een overweg bij
de hoek Groeneweg - Kerkweg, maar de bewoners van de Oost-Abtspolder konden de
spoorlijn in de West-Abtspolder de spoorbaan alleen oversteken op een overpad van
de Polderweg naar de Kerklaan, die toen Buitenkerklaan heette. Dit overpad was in
1845 over de spoorbaan aangelegd en was uitsluitend bestemd voor voetgangers.
160