de pianozaak van Houtman om de hoek; dat was dan zeker 25 meter! In die tijd was er
geen bouillon meer, daar hadden we geen spullen meer voor, het was trouwens later
door de prijsbeheersing verboden om bouillon te maken en te verkopen, omdat er te
veel de hand mee werd gelicht, d.w.z. dat het op gootwater ging lijken.
Het abattoir
In 1942 werd het Schiedamse abattoir geopend. Het was een regionaal slachthuis,
d.w.z. gebouwd voor Schiedam, Vlaardingen en Maassluis met Maasland, die toen
ongeveer 125.000 inwoners telden gezamenlijk.
In de loop van 1943 namen de verspreide bombardementen van de Amerikanen over
dag en de Engelsen in de nacht, toe en ook Schiedam, met zijn belangrijke industrie
kreeg zijn portie.
Wanneer er, al vèr buiten de kust vliegtuigen werden gesignaleerd, gingen de sirenes
van de luchtbescherming; meestal was het loos alarm en vlogen de toestellen over,
maar het gebeurde ook dikwijls, dat er enkele zware bommen voor Wilton waren
bestemd.
Het abattoir was hemelsbreed slechts enkele honderden meters van Wilton verwij
derd, en wanneer een bom op Wilton viel schudde de, onder het slachthuis gelegen
zware kelder, op zijn grondvesten en de mensen die erin zaten stonden doods
angsten uit.
En na enkele weken het ene alarm na het andere, gaven ze er allemaal de voorkeur
aan, om zo hard mogelijk van het terrein weg te rennen.
Ze draafden dan, en bloc, naar de huizen van de B.Klaan die op een 400 meter van
Wilton waren gelegen en iets uit de aanvalsrichting die de bommenwerpers meestal
gebruikten, lagen. Het gevolg was, dat er veel van de mensen, die op het slachthuis
werkten zich ziek meldden.
Met de bouw van het abattoir was zeer kort voor de oorlog begonnen. Maar toen het
met veel vertraging door de oorlog, al aardig dicht bij zijn voltooing was, is er in de zo
mer van 1941 een neerstortende Engelse Blenheimbommenwerper die kwam om Wil
ton te bombarderen, door de Duitse luchtafweer, die in een zeer grote concentratie
rond Rotterdam aanwezig was, neergeschoten en precies, brandend, op het in aan
bouw zijnde grote koelhuis terecht gekomen; de honderden kurkplaten, die waren be
stemd voor de isolatie van dat koelhuis, vatten onmidellijk vlam en de bouw van het
abattoir was met IV2 jaar vertraagd. Onze toenmalige Burgemeester van Haaren, heeft
toen in de muur van het abattoir, vlak naast ingang van de grote vleeshal een gedenk
steen ingemetseld, naar een ontwerp van een ambtenaar van de gemeente. Op die ge
denksteen is een, op een gebouw neerstortende bommenwerper afgebeeld, met daar
op de woorden 'In vertrouwen verder Bouwen'.
Korte tijd daarna, na enkele maanden, ging de vleeskeuringsdienst, met allen die
daar bij betrokken waren, weer naar de Sint Anna Zusterstraat terug en werd er, in die
kleine ruimte, ook weer geslacht. Dit laatste was nu niet zo'n erge ramp, omdat het
aantal slachtingen, doordat de rantsoenen steeds kleiner werden naarmate de oorlog
langer duurde en de moffen steeds meer vee gingen wegslepen, ten behoeve van de
Duitse bevolking en de Duitse legers, drastisch verminderde en er ruimte voldoende
was in het oude gebouw.
69